Brand!

                Brand!
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

                Brand!

Slide 1 - Slide

Doelen 
Jij kunt na de les vertellen wat de drie voorwaarden zijn voor brand. 

Jij weet hoe je een oliebrand kunt blussen. 


Slide 2 - Slide

Branddriehoek
Brand moet voldoen aan deze drie voorwaarden
1.    Er moet een brandstof aanwezig zijn
2.   De temperatuur van de brandstof moet hoger 
      zijn dan de ontbrandingstemperatuur
3.   Er moet voldoende zuurstof aanwezig zijn 



Slide 3 - Slide

Brand blussen

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Video

Blusdeken
Blusdeken

Slide 6 - Slide

Practicum: Brand blussen
Hoe: In tweetallen.
Nodig: Schaaltje, lucifers, een natte doek, spuitbus met water, spuitbus met schuim. 
De olie doen wij in het schaaltje.

Uitvoering:
  1. Labjas aan en bril op.
  2. De benodigdheden pakken. 
  3. Steek het schaaltje gevuld met benzine aan met de lucifers. 
  4. Blus het vervolgens met water. 
  5. Blus de brand met de natte doek. Altijd van je af, niet naar je toe!
  6. Vul het schaaltje opnieuw. 
  7. Blus deze nu met schuim. 

Klaar: Tafel opruimen!

Slide 7 - Slide

Wat gebeurt er als je een oliebrand blust met water?
A
Het vuur wordt geblust
B
Het vuur brandt door

Slide 8 - Quiz

Welk onderdeel uit de branddriehoek probeer je met behulp van water weg te halen.
A
Warmte
B
Brandstof
C
Zuurstof

Slide 9 - Quiz

Welk onderdeel uit de branddriehoek probeer je met behulp van schuim weg te halen?
A
Warmte
B
Brandstof
C
Zuurstof

Slide 10 - Quiz

Wat is nodig voor een verbranding?
A
Brandstof, water, vuur
B
Warmte, brandstof, zuurstof
C
Zuurstof, stikstof en waterstof
D
Warmte, lucht en zuurstof

Slide 11 - Quiz

Wat is onvolledige verbranding?
Een verbranding met ........
zuurstof
A
te veel
B
te weinig
C
geen

Slide 12 - Quiz

Welke stof is gevaarlijk bij een ONVOLLEDIGE verbranding
A
Aardgas
B
Zuurstof
C
Koolstofmonoxide
D
Waterdamp

Slide 13 - Quiz

Voor een goede verbranding heb je altijd ...... nodig?
A
ontbrandingstemperatuur, zuurstof, brandstof
B
zuurstof en ontbrandings-temperatuur
C
brandbare stof, ontbrandingstemperatuur koolstofdioxide
D
zuurstof, stikstof koolstofdioxide

Slide 14 - Quiz

Een oliebrand kun je NIET blussen met...?
A
zand
B
schuim
C
blusdeken
D
water

Slide 15 - Quiz

Een mobiel maakt gebruik van .... energie.
A
chemische
B
zonne-
C
elektrische

Slide 16 - Quiz

Hoe heet de opgeslagen energie in een brandstof?
A
Chemische energie
B
Verbrandingsenergie
C
Brandstof energie
D
Elektrische energie

Slide 17 - Quiz

Bij een onvolledige reactie ontstaat koolstofmonoxide, waterdamp en roet.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Noem de 3 voorwaarden voor brand

Slide 19 - Open question

Hoe blus je een oliebrand?

Slide 20 - Open question

                Brand!

Slide 21 - Slide