Les 2vwo, week 40/les 9/dinsdag 29 september

1 / 24
next
Slide 1: Video
chineesMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Op tafel: je werkboek
Structuur lesuur 1:
• Toets nakijken.
• Karakters leren schrijven.
• Zelf karakters schrijven.

Slide 2 - Slide

Na dit blokuur
Na dit blokuur:
• Weet je wat je fout hebt gedaan op je toets.
• Kan je de laatste karakters van pagina 19-20 allemaal schrijven.
• Weet je hoe je het woordje voor ‘maar’, 可是 moet gebruiken.
• Weet je iets meer over hoe je met aantallen in het Chinees om moet gaan.
• Weet je hoe je het woordje ‘hebben’, 有 moet ontkennen en hoe je er een vraag mee stelt.
• Weet je hoe je een vraag met het woordje ‘zijn’ 是 kan stellen.
• Kan je de dialoog uitspreken.

Slide 3 - Slide

Toets nakijken
Ik deel pas de toetsen uit als iedereen stil is.


• We bespreken het eerst klassikaal.
• Als je dan zelf nog vagen hebt dan kan je dat vragen als ik 
de toetsen weer ophaal.

Slide 4 - Slide

Algemene fouten in opdr. 1
  • Sommige van jullie verwarde 的 met 们, dus vertaalden het naar ‘onze’ , in plaats van ‘mijn’. (opdracht 1.1.).
  • Er zijn veel Amerikanen (niet: Amerika is groot).
  • Let op: jouw met een w (bezittelijk!)

Slide 5 - Slide

Antwoorden opdracht 2.
A, C, A, A, C, D.

Slide 6 - Slide

Opdracht 3
  1. Let op: Je zegt bijna altijd ‘会’ bij 说. En sommigen zeiden Frans (法文) in plaats van Engels ‘英文‘。En denk aan het vraagwoord. 你会说英文吗?
  2. Vergeet niet ‘很‘. 我很不喜欢老师。
  3. Zinsvolgorde, 明天是她的生日。
  4. 你的中文很好!
  5. 我学地理和历史。
  6. 您多大?of 您几岁?

Slide 7 - Slide

Opdracht 4 en 5
Deze opdrachten gingen eigenlijk bij iedereen goed. Individuele vragen mag je stellen als ik de toets kom ophalen.


Slide 8 - Slide

Opdracht 6
  1. 26 jaar oud
  2. Ze geeft Frans (我是法文老师)
  3. Haar leerlingen zijn Chinees (我的学生是法国人, 他们是中国人)。

Slide 9 - Slide

Karakters
  • Let goed op de streepjesvolgorde.
  • Hou de streepjesvolgorde goed aan, zodat je de beweging van het karakter letterlijk goed in de vingers krijgt!

Slide 10 - Slide

Tot de pauze
  • Schrijf de karaktervakjes op bladzijde 19 en 20 goed vol.
  • Klaar? Werk aan opdracht 1 – 7. 

Ik check de absentie

Slide 11 - Slide

Op tafel: je lesboek en een pen.
Structuur lesuur 2:
  • Grammatica
  • Werken aan het huiswerk
  • De dialoog nakijken
  • Nakijken opdracht 1-3
  • Tijd over? De dialoog


Slide 12 - Slide

Grammatica: 可是 / 'maar'
Je gebruikt het op dezelfde manier als dat je 'maar' in het Nederlands gebruikt. Dus vaak na de komma:

  • 我喜欢她,可是她不喜欢我。
  • 我姐姐喜欢学中文, 可是她的中文不好。

Slide 13 - Slide

Aantallen
  • In het Nederlands: ik heb een zus. Dan bedoel je: ik heb 1 zus.
  • In het Chinees zeg je 'Wǒ yǒu jiějie'. Hiermee kan je bedoelen 'ik heb 1 oudere zus', of 'ik heb oudere zussen'. 
  • Je kan dus enkelvoud of meervoud bedoelen.
  • Uiteraard kan je ook zeggen 'ik heb 4 zussen', maar hoe je dat doet leer je in les 10!


Slide 14 - Slide

没有: 'hebben' ontkennen
Bij het ontkennen van '有' yǒu, 'hebben', gebruik je 没/méi en niet 不/bù.

  • 你有哥哥吗?Nǐ yǒu gēge ma?
  • 我没有哥哥。 wǒ méiyǒu gēge.

Slide 15 - Slide

有没有 / yǒu méiyǒu
  • Yǒu méiyǒu betekent letterlijk 'hebben niet hebben' 
  • In het Nederlands vertaal je dit naar 'Heb jij...?', of 'Heeft hij?'
  • Een vraag dus!
  • 你有没有弟弟?/ Nǐ yǒu méiyǒu dìdi?

Slide 16 - Slide

是不是
  • Ook een zin met 是/shì kan je vragend maken
  • 是不是 shì búshì. Letterlijk: 'zijn niet zijn' 
  • We vertalen dit naar 'Ben je...?', of 'Is hij..?' 
  • 你是不是中国人?Nǐ shì búshì zhōngguórén?
  • Let op: bij deze vraagvorm hoef je geen ander vraagwoord te gebruiken!

Slide 17 - Slide

Huiswerk maken in stilte
Op tafel: je werkboek en een pen/potlood.

Huiswerk: 
  • opdracht 1 – 7 (op pagina 14, 15 en 16) 
  • de karakters van pagina 19-20
Let op! We kijken zo opdracht 1-3 na.


Slide 18 - Slide

Dialoog en opdrachten nakijken
  • Dialoog vertaling nakijken.
  • Daarna nakijken opdracht 1 - 3

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Drag question

Slide 21 - Drag question

Slide 22 - Drag question

ik

Slide 23 - Drag question

Huiswerk vrijdag 2 oktober
  • Huiswerk: opdracht 1 – 7 uit les 9
  • de karakters van pagina 19-20.

Slide 24 - Slide