3.4 Keizers aan de macht

3.4 Keizers aan de macht
Lesdoel= Hoe bestuurden Romeinse keizers het Romeinse rijk ?


Maar eerst een stukje herhaling
1 / 23
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.4 Keizers aan de macht
Lesdoel= Hoe bestuurden Romeinse keizers het Romeinse rijk ?


Maar eerst een stukje herhaling

Slide 1 - Slide

Wat zijn proletariërs?
A
Arme Romeinen
B
Slaven
C
Arme en werkeloze Romeinen
D
Ambachtslieden

Slide 2 - Quiz

Claudius. Hij is rijk en bezit veel slaven.

Claudius woont in een:

A
villa
B
insula
C
amfitheater
D
woonkazerne

Slide 3 - Quiz

Julius. Hij is een arme Romein van 41 jaar oud.

Julius woont in een:


A
villa
B
insula
C
amfitheater
D
villa van een grootgrondbezitter

Slide 4 - Quiz

Antonius. Hij was eerst boer, maar hij is naar Rome verhuisd, in de hoop daar werk te vinden.

Antonius woont in een:


A
villa
B
woonkazerne
C
amfitheater
D
slavenkazerne

Slide 5 - Quiz

Wat is de beste omschrijving van een agrarisch-stedelijke samenleving?

A
Samenleving waarin sommige mensen op het platteland leven en andere mensen in steden.
B
Samenleving waarin de meeste mensen in steden leven en een klein aantal op het platteland.
C
Samenleving waarin de meeste mensen op het platteland leven en een klein aantal in steden.
D
Samenleving waarin agrariërs (boeren) ook in de stad leven.

Slide 6 - Quiz

Welke uitspraak is juist?
A
De Nobiles hebben het meest aanzien
B
De vrije boeren hebben het meest aanzien
C
De proletariers staan het laagst in aanzien
D
Nobiles en proletariers vormen het bestuur

Slide 7 - Quiz

Wat was het belangrijkste wat Tiberius Gracchus wilde bereiken?

Slide 8 - Open question

Wat was de reactie van de senaat op de hervormingen van Gaius Gracchus?

Slide 9 - Open question

3.4 Keizers aan de macht
Lesdoel= Hoe bestuurden Romeinse keizers het Romeinse Rijk?

Slide 10 - Slide

De republiek wordt een keizerrijk
  • Het aantal soldaten steeg.
  • Generaals werden steeds machtiger.
  • Beroepssoldaten waren namelijk trouwer aan hun generaals dan aan Rome

Slide 11 - Slide

Julius Caesar
  • Julius Caesar was een generaal.
  • Behaalde veel overwinningen.
  • Zorgde goed voor zijn soldaten.
  • Erg populair!

Slide 12 - Slide

Julius Caesar
  • In 44 v.C. werd hij tijdens een vergadering van de senaat door een groep senatoren vermoord.

Slide 13 - Slide

Augustus
  • Geadopteerde zoon van Julius Caesar.
  • Augustus had nu alle macht in handen.

Slide 14 - Slide

Keizer
  • Als eerbetoon gebruikte Augustus de naam Caesar als titel: keizer.
  • Augustus was de eerste Romeinse keizer.
  • Senaat had weinig macht meer.

Slide 15 - Slide

Romeinse vrede
  • O.l.v. Augustus werden er veel gebieden veroverden, vooral buiten Europa. Egypte bijvoorbeeld.
  • Er brak een langdurige periode van rust en vrede aan: pax romana.

Slide 16 - Slide

Pax  romana
  • Wegen aangelegd.
  • Bruggen gebouwd.
  • Steden gesticht.
  • Handel nam toe.
  • Meer welvaart.


Slide 17 - Slide

Romeinse rijk
In 117 n.C. was het Romeinse Rijk 
op zijn grootst.

In 17 n.C. hoorde het zuiden van
ons land officieel bij het Romeinse
Rijk.

Slide 18 - Slide

Romeinse limes
Langs de grenzen hadden de Romeinen een sterke verdedigingslinie met forten opgezet.

Forten waren verbonden door wegen of waterwegen.

Slide 19 - Slide

Romeinse limes
  • Romeinse soldaten werden ingezet om de grens te bewaken.
  • Kregen hierbij hulp van overwonnen volken.

Slide 20 - Slide

Romeinse limes
  • Bekendste verdedigingswerk stond in Engeland.
  • Keizer Hadrianus had in 122 n.C. opdracht gegeven om een muur te bouwen.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

zelfstandig werken
  • Voorbereiden MO (3.2 en 3.3)
  • Lees par 4
  • maak par 4
  • bekijk  de ontdekkingsplaat
timer
10:00

Slide 23 - Slide