Onderwerp 3 Persoonsvorm

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Nederlands
Cursus 5: Grammatica

Paragraaf 2.
Persoonsvorm

Slide 3 - Slide

  1. Schooltaalwoorden week 4
  2. Leerdoelen (dia 4)
  3. Voorkennis activeren (dia 5)
  4. Aan de slag
  5. Uitleg (dia 6-9)
  6. Bespreken opdracht 1
  7. Afsluiting




Wat gaan we doen?

Slide 4 - Slide

Schooltaalwoorden
De muziek die je luistert, kan echt _____ hebben op je stemming.
De leerlingen uit de brugklas kregen een _____ overzicht van de verschillende vakken die ze dit schooljaar zouden gaan volgen.
Tijdens het project moesten we _____ zoeken over de verkiezingen van 22 november.
De brugklas heeft _____ les in de basisvakken zoals Nederlands, wiskunde en Engels.

informatie

globaal

hoofdzakelijk

invloed

Slide 5 - Drag question

Leerdoelen
  • We kunnen de persoonsvorm in een zin     vinden.


Slide 6 - Slide

Voorkennis
Werkwoorden

Slide 7 - Slide

Aan de slag

Slide 8 - Slide

Uitleg
In een zin staan één of meer werkwoorden.
Maud vindt het een beetje saai om elke les een boek te lezen.
vindt
Het woord 'vindt' is een werkwoord. Je kunt het doen.
lezen
Het woord 'lezen' is een werkwoord. Je kunt het doen.

Slide 9 - Slide

Uitleg
Één van de werkwoorden is de persoonsvorm (pv).
Er zijn twee manieren om de persoonsvorm te vinden.
De vraagproef
De tijdproef

Slide 10 - Slide

Uitleg
De vraagproef
Maak van de zin een vraagzin met precies dezelfde woorden.

Het werkwoord dat vooraan staat is de persoonsvorm.
  • Zin: Marit en Sem schrijven zich elke week in voor de kwt van meneer Verweij.

  • Vraagzin: Schrijven Marit en Sem zich elke week in voor de kwt van meneer Verweij?

Slide 11 - Slide

Uitleg
De tijdproef
Zet de zin in een andere tijd.

Het werkwoord dat verandert is de persoonsvorm.
  • Zin: Marit en Sem schrijven zich elke week in voor de kwt van meneer Verweij.

  • Andere tijd: Marit en Sem schreven zich elke week in voor de kwt van meneer Verweij.

Slide 12 - Slide

Afsluiten
Bespreken opdracht 1

Slide 13 - Slide

Kies de pv: Feyenoord heeft zondagmiddag met 1-0 gewonnen van AZ.
A
gewonnen
B
AZ
C
met
D
heeft

Slide 14 - Quiz

Maak een vraagzin met dezelfde woorden: Kailey gaat iedere zaterdag turnen.

Slide 15 - Open question

Zet de zin in een andere tijd: Isabel had al drie boeken uitgelezen.

Slide 16 - Open question

Afsluiten
Deze les:

1. Wat hebben we geleerd?


2. Wat was nog lastig?

3. Zijn er nog vragen?
Volgende les:

Verder met de persoonsvorm

Slide 17 - Slide