De vader van Maarten Prins (12 jaar in dit fragment is een van de eerste leden van de NSB in Nederland. Maarten wordt thuis grootgebracht met hun ideeën.
Hij zit in de klas bij Arthur (zijn beste vriend) en Eva en Moshe (broer en zus, joods). Maarten is stiekem verliefd op Eva.
Maartens vader heeft een tijdje in de gevangenis gezeten vanwege zijn Nazi-sympathieën, maar nadat Nederland zich heeft overgegeven, wordt hij door de Duitsers vrijgelaten en lijkt alles weer normaal...