Biologieoeoeoeoeo

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Waar gaat deze les over?

Kado; je moest dit al kennen:

Organismen zijn verdeeld in vier rijken (groepen):

Bacterien; zijn eencellige kleine organismen ZONDER celwand en bladgroenkorrels.

Schimmels; een/meer-cellige organismen met celwand, celkernen maar geen bladgroenkorrels.

Planten; een/meer-cellige organismen met celwand waardoor ze moeilijk te vertreren zijn, celkern en bladgroenkorrels.

Dieren; een/meer-cellig, celkern, maar GEEN celwand en bladgroenkorrels.

De darmlengte v/d darmkanaal is aangepast aan het type voedsel dat het dier eet. Kies 1 juiste feit hierbij

1. Vleeseters hebben lang darmkanaal; vlees= makkelijk verteerbaar
2. Planeteneters hebben lang darmkanaal; planten= moeilijk vertreerbaar
3. Alleseters hebben lang darmkanaal; alles= moeilijk vertreerbaar
4. Het maakt niet uit of ze lange of korte darmkanaal hebben

Planteneters hebben dus een lang darmkanaal omdat Planten moeilijk verteerbaar zijn. Maar hoe komt dat dan?

1. De cellen van planten zijn door celwanden omgeven
2. Omdat planten taai zijn
3. Planten bevatten veel stoffen die verteerd moeten worden
4. De bladgroenkorrels in planten zijn moeilijk te verteren

Zoolganger

Hoefganger

(topganger)

Teenganger

Koe

Paard

Kat

Beer

Hond

Tapir

Orang Oetan

Rat

Kameel

Hyena

Mens

Neushoorn

Leeuw

Planteneter

Vleeseter

Alleseter

Bladeren vangen met hun grote oppervlak veel licht op (zon duh), wat gebeurt er daarna met de energie van dat licht?
(welke stoffen onstaan na het omzetten van welke stoffen met welke stoffen?)

Het gaat zo:

De energie uit licht wordt gebruikt om 

koolstofdioxide met 

water om te zetten in 

glucose (suiker), daarbij ontstaat ook 

zuurstof. 

Dát is fotosynthesie!

Welke dieren zijn gewervelden?

(gewervelden= dieren met skelet botten benen blabka)

Gewervelden

Welke dieren zijn geen gewervelden?

Gewervelden

Vissen

Amfibïen

Reptielen

Vogels

Zoogdieren

kieuwen

longen

longen

kieuwen bij jongen, later longen

longen

levend barend

eieren OP land

eieren op land

eieren in water

eieren in water

warmbloedig

koudbloedig

warmbloedig

koudbloedig

koudbloedig

slijmhuid met huidademhaling

beenschubben

veren

haren

hoornschubben

Waar

Niet waar

Dieren zijn consumenten

piramide van biomassa heeft áltijd piramidevorm

biomassa is de totale massa dat producten eten

planten en schimmels zijn allebei recudenten

schimmels en bacterien zijn reducentne

in de cellen met bladgr.korrels vindt fotosynthesie plaats