BA-1 Les 2

Herhaling 1.1, 1.2 & 1.3
1.1 Administratie en Boekhouding
1.2 Functies van de Boekhouding
  • Waarom een onderneming een boekhouding heeft
  • Handelsonderneming & Eenmanszaak
1.3 De Inventarislijst


1 / 18
next
Slide 1: Slide
Praktische economie

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Herhaling 1.1, 1.2 & 1.3
1.1 Administratie en Boekhouding
1.2 Functies van de Boekhouding
  • Waarom een onderneming een boekhouding heeft
  • Handelsonderneming & Eenmanszaak
1.3 De Inventarislijst


Slide 1 - Slide

1.4 De Balans

Slide 2 - Slide

Verkorte Inventarislijst
De balans
(Voorbeeld 1 pag. 12)

Slide 3 - Slide

1.4 De Balans
Definitie Balans: een overzicht van de bezittingen en schulden en het eigen vermogen op een bepaald moment.
  • Met het eigen vermogen en vreemd vermogen kan niet worden betaald.

Liquide Middelen: Kasgeld en direct opeisbare tegoeden bij de bank (Betalen kunnen we alleen met geld).

Slide 4 - Slide

1.4 De Balans
Op de balans kunnen we zien:
  1. Welke bezittingen door de onderneming zijn aangeschaft (Activa-> Debetzijde);
  2. Hoe de onderneming aan het geld is gekomen om de bezittingen te kunnen aanschaffen.


Slide 5 - Slide

1.4 De Balans
  • De bronnen waaruit de activa wordt betaald-> Vermogen (Eigen vermogen en Vreemd vermogen
  • Eigen Vermogen en vreemd vermogen -> Schulden van de onderneming (rechterkant)
  • Eigen vermogen en vreemd vermogen -> Passiva

Slide 6 - Slide

Balans
wat doe ik met mijn geld?

- Ik koop spullen die langer dan 1 jaar meegaan = VASTE ACTIVA
- Ik koop spullen die korter dan een jaar meegaan = VLOTTENDE ACTIVA
-Kasgeld en banktegoeden van een onderneming = 
LIQUIDE MIDDELEN

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Rekening-courant krediet
Bij rekening-courant krediet krijgt de onderneming toestemming van de bank om tot een bepaald maximumbedrag rood te staan, het kredietplafond. 

Slide 9 - Slide

Voorbeeld 2 
pag. 16
Voorbeeld 2
pag. 17

Slide 10 - Slide

In welke 3 groepen kun je de debetzijde van de balans verdelen?
A
Activa, Passiva en Liquide middelen
B
Vaste activa, Vlottende activa en Passiva middelen
C
Vaste activa, Vlottende activa en Liquide middelen
D
Activa, Vaste activa en Vlottende middelen

Slide 11 - Quiz

Het vreemd vermogen is hetzelfde als
A
de kortlopende schulden van een bedrijf
B
de langlopende schulden van een bedrijf
C
alle schulden van een bedrijf
D
het eigen vermogen

Slide 12 - Quiz

Rekening-courant is:
A
Vreemd vermogen lang
B
Schuld op lange termijn
C
Vordering op een debiteur
D
Dagelijks opzegbaar krediet

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Video

Slide 15 - Link

Huiswerk
Huiswerk: H1 opgaven 2
Huiswerk: H1 opgaven 6 en 7

Slide 16 - Slide

vragen?

Slide 17 - Slide

Tot volgende week!

Slide 18 - Slide