Leven op aarde

Leven op aarde - de eerste cel
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Leven op aarde - de eerste cel

Slide 1 - Slide

Op de agenda
Deadlines
Terugblik vorige les 

Evolutie, terug in de tijd?
Waar komt het leven op aarde vandaan? (overzicht tijdlijn)
De eerste cel
Waar kwamen de organellen vandaan?
Hoe kwamen de organellen samen?

Oefenvragen
Opdrachten - werkblad 7


Slide 2 - Slide

Terugblik theorieën
Panspermie= inmenging buitenaards leven (sporen)

Creationisme= schepper

Generatio spontanea= spontaan nieuw leven door opvallende ingrediënten

Intelligent design=scheppingskracht + evolutie

Abiogenese= chemische evolutie + endosymbiose (zie deze presentatie)

Slide 3 - Slide

Het levenskenmerk ....(vul in).... door planten wordt beïnvloed door het ontbreken van koolstofdioxide

Slide 4 - Open question

Iets leeft wanneer het ... vertoont

Slide 5 - Mind map

Het levenskenmerk ...(vul in)... door dieren, wordt beïnvloed door het ontbreken van een vaste aardkorst

Slide 6 - Open question

Evolutie, terug in de tijd (herhaling lj2) 
Mutatie --> variatie in genotype/fenotype --> survival of the fittest --> natuurlijke selectie --> isolatie --> nieuwe soort

Slide 7 - Slide

Waar komt dat leven nu toch vandaan?
Start is onduidelijk, maar deze volgorde is het meest aannemelijk.
  1. Chemische-evolutie (vetten, rna/dna, eiwit)
  2. Endosymbiose
  3. Chemo-autotrofe cel
  4. Endosymbiose (bladgroenkorrel)
  5. Autotrofe cel (cyanobacterie)
De eerste cel

Slide 8 - Slide

Wat zijn de meest noodzakelijke 'onderdelen' van een cel?

Slide 9 - Open question

Bouw eerste cel-organellen
CHEMISCHE EVOLUTIE
Zie ook chemische evolutie bij 03:00
Eiwitten
DNA/RNA
Celmembraan

Slide 10 - Slide

De eerste cel(len)

Slide 11 - Slide

Vorming organellen - Eiwitten 
Blikseminslag en vulkaanuitbarstingen in de oersoep met daarin H/N/O/P/C-verbindingen (methaan, ammonia, koolstofdioxide, stikstof en water)

Moleculen samen --> aminozuur -->
aminozuren samen --> eiwit 
=Chemische evolutie

Slide 12 - Slide

Vorming organellen - RNA/DNA
Dezelfde oersoep:
Stikstof, koolstof, water, fosfaat + zuurstof vormden eerst complexe 'suikers' --> later werd dit RNA/DNA

Nieuwe verbindingen: RNA
Handleiding voor de cel & Erfelijk materiaal (verdubbeling nodig, dan pas nieuwe cel)
=Chemische evolutie

Slide 13 - Slide

Vorming organellen - Vetlaag (celmembraan)
Dezelfde oersoep:
C/H/O en P moleculen --> fosfolipide (vetmolecuul)

Vetmoleculen hebben een hydrofobe kant, dus klonteren samen --> soms een bubbelvorm --> celmembraan


=Chemische evolutie

Slide 14 - Slide

Endosymbiose - wat?
De eerste cel kwam per toeval tot stand.

Golfslag, hitte/blikseminslag en puur stom toeval.

Het samenwerken van de eerste organellen noemen we 'endosymbiose'

Slide 15 - Slide

Wat waren dan die cyanobacteriën uit leerjaar 2?
Nadat de eerste bacteriën meer en meer stoffen opnamen, denkt men dat zij op zichzelf bestaande bladgroenkorrels opnamen.
Gevolg: (cyano)bacteriën die aan fotosynthese doen

Slide 16 - Slide

'Werkt' elke nieuwe cel?
Cel functioneert wanneer er sprake is van:
Zelfreplicatie = voortplanting (dus RNA/DNA)
Zelforganisatie =  vormen van een eenheid (cel)
Autokatalyse = de reacties in de cel zorgen voor stoffen, die de cel zelf weer kan gebruiken!
Voeden = De cel zal stoffen op moeten kunnen nemen! Voor zowel verbranding als groei
Verdedigen = overleven in extreme milieus (hitte, droogte, kou, enz)

Slide 17 - Slide

Wat is het voornaamste nut van het celmembraan?
A
Cel bij elkaar houden en voortplanting
B
Voortplanting en soms stoffen doorlaten
C
Cel besturen en voortplanting
D
Cel bij elkaar houden en soms stoffen doorlaten

Slide 18 - Quiz

Dit organel zorgt voor verdubbeling/voortplanting van de cel
A
Eiwitten
B
Celmembraan
C
RNA/DNA
D
Cytoplasma

Slide 19 - Quiz

Welk organel zorgt voor chemische processen binnen de cel, incl. opbouw van de cel?
A
RNA/DNA
B
Eiwitten
C
Celmembraan
D
Cytoplasma

Slide 20 - Quiz

Welk organel heeft een hydrofoob gedeelte?
A
Vet
B
Eiwit
C
RNA/DNA
D
Celmembraan

Slide 21 - Quiz

De eerste cel was een (1) (kies een rijk)
en (2) (autotroof/heterotroof)
A
Bacterie, heterotroof
B
Plant, heterotroof
C
Plant, autotroof
D
Bacterie, autotroof

Slide 22 - Quiz

Abiogenese
Valt dus onder te verdelen in 2 fasen (grofweg)

1.) Chemische evolutie
Van simpele moleculen naar complexe moleculen (door blikseminslag, hitte, water, enz.).
2.) Endosymbiose 
Wanneer meerdere organellen samengaan en succesvol samenwerken als 1 geheel.


Slide 23 - Slide

Vragen?

Slide 24 - Open question

Slide 25 - Slide

Vetmolecuul (detail)

Slide 26 - Slide