gedifferentieerd leren ontdekken

1 / 42
next
Slide 1: Slide
Leren-lerenMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 42 slides, with text slides and 7 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welkom
Dit programma heet "lessonup".
Michel en Nienke gebruiken het in de lessen om de leerlingen op hun eigen tempo en manier de les te laten volgen.

Doel van vandaag is dat jullie in groepjes gaan uitvinden wat gepersonaliseerd leren is en wat we komend jaar kunnen ontdekken en ontwikkelen. 

Slide 2 - Slide

Hoe werkt het?
Je gaat dus met je groepje zelfstandig langs de slides.
De slides bevatten filmpjes en theorie die je op je eigen tempo kunt doornemen. Ook kun je terugkijken naar de theorie die je eerder hebt gelezen.

De slides met de titel DOEN verwijzen naar een opdracht op je werkblad. Maak alleen de opdracht die op de slide wordt aangegeven. Er zit een opbouw in.

Slide 3 - Slide

veel succes en plezier

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Is dit herkenbaar?

Huidige inzichtien in onderwijs zeggen dat ons onderwijssysteem op de zelfde manier in elkaar zit.

De vraag is of we dat wel moeten willen.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video


Gepersonaliseerd leren
of gedifferenteerd leren



Een  orrientatie

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video


Wat is de aanleiding?
Waarom deze orrientatie?



Een  orrientatie

Slide 10 - Slide

Theorie...
De PSG heeft een centraal proffesionaliseringsplan waarin staat beschreven dat de organisatie zich ontwikkelt in dienst van de leerling. De organisatie gebruikt in dit plan de term 'maatwerk'. Daarmee wordt bedoeld dat het onderwijs zoveel mogelijk zal worden ingericht naar de behoeften van de individuele leerling. 'Maatwerk' is een begrip dat wordt genoemd in het innovatieplan. Het vertelt iets over de wens binnen PSG over meer geïndividualiseerd leren.
De PSG geeft aan dat het begrip maatwerk op schoolniveau invulling zal krijgen

Slide 11 - Slide

'Maatwerk' is een begrip dat wordt gebruikt door de overheid. Het gaat over het aanbieden van leerwegen die leerlingen zullen motiveren.  Uit een rapport van de onderwijsinspectie (2014) blijkt dat er zorgen zijn over gelaten en passieve houdingen van leerlingen die zich weinig betrokken tonen bij het onderwijs. Door meer autonomie aan de leerling toe te wijzen zou deze passieve houding kunnen veranderen. Naast de motivatie van leerlingen zijn de algemene ontwikkelingen in ICT belangrijke beweegreden die de maatschappelijke context tekenen. ICT is een belangrijke ondersteuner van gepersonaliseerd leren. Geen doel maar wel en middel en belangrijk hulpmiddel voor de docenten. Als laatste zijn gepersonaliseerd leren en 'maatwerk' een werkvorm om invulling te geven aan het containerbegrip ‘21st century skills’.  

Slide 12 - Slide

Het doel is dat we meer kinderen gaan bereiken met de manier waarop we ons onderwijs gaan inrichten. "We zouden meer oog moeten krijgen voor de verschillen tussen leerlingen", benoemt Annemarie Kok. De verschillen in leerlingen bestaan volgens haar uit verschillen in tempo, uitleg, verwerking, interesses en talenten.

Slide 13 - Slide

Doen...
Maak op je werkblad de oefening "waarom???"

Over eventuele antwoorden mag je met elkaar in gesprek. 
Het antwoord dat je opschrijft op je blad is individueel.

Slide 14 - Slide

Wat en waarom?
Uit het onderzoek afgelopen jaar bleek het 
volgende:
  • Opdracht van de PSG om invulling te geven aan 
       het begrip 'maatwerk' voor de eigen vestiging
  • Op zoek naar succesvolle manier om 
       motivatie van leerlingen aan te spreken
  • Zoeken naar een manier om meer kinderen 
       meer te laten leren
  • Data verzamelen om leerlingen te kunnen 
       bedienen in hun leervraag

Slide 15 - Slide

Wat is gedifferentieerd leren?

Welke onderdelen vinden wij belangrijk voor ons onderwijs?

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

3 differentiatie stromingen
  • gedifferentieerd leren
  • gepersonaliseerd leren
  • adaptief leren

wat is dat er wat zijn de verschillen?

Slide 18 - Slide

theorie...
Bij gedifferentieerd leren wordt in de lessen rekening gehouden met de verschillen van de leerlingen. Gedifferentieerd onderwijs heeft alles te maken met een klein aantal verschillende en vooraf vastgestelde leerroutes. Deze leerroutes hebben hetzelfde leerdoel, maar variëren van elkaar in aanpak en niveau. Op die manier sluit het lesmateriaal beter aan op de niveauverschillen in de klas. 
Convergent differentiëren heeft interventies gericht op intensivering en/of compensatie. Er is een basisgroep en  basisaanbod van doelen en inhouden.  Maar zo nodig is er extra instructie, leertijd en ondersteuning. Soms zullen voor bepaalde (groepen) leerlingen aanvullende, andere of juist minder doelen worden geformuleerd. Dat is divergent diffenteiteren. Een gedifferentieerd onderwijsaanbod zal altijd bestaan uit een combinatie van convergente en divergente maatregelen.

Slide 19 - Slide

Bij gepersonaliseerd leren ligt de focus namelijk op individuele leerroutes. De verschillen zijn het vertrekpunt voor leren. Op basis van formatieve toetsresultaten – bijvoorbeeld een diagnostische instaptoets – bepaalt de docent een aantal keer per schooljaar op welke manier een leerling de komende tijd het beste verder kan leren. Op deze manier krijgt iedere leerling een eigen leerroute. Daarna bepaalt de leerling (in meer of mindere mate) doorgaans zelf hoe en in welk tempo hij zijn leerroute doorloopt.
De personalisatie van de leerstof zit met name in de moeilijkheidsgraad en leerstijl. Daarnaast gaat deze vorm van onderwijs vaak gepaard met de inzet van ICT. Gepersonaliseerd onderwijs kenmerkt zich verder door formatieve toetsing: toetsen worden bij aanvang én tijdens het leerproces ingezet om van te leren, niet alleen achteraf om te toetsen wat een leerling heeft opgestoken van een hoofdstuk.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Adaptief lesmateriaal is in zekere zin gedifferentieerd en gepersonaliseerd. Toch hebben we het over iets anders, want adaptief lesmateriaal is – in tegenstelling tot louter gepersonaliseerd lesmateriaal – datagedreven. 
Op basis van de verzamelde data wordt het leermateriaal realtime aangepast aan wat – op dat moment – het beste bij een leerling past. De software houdt daarbij rekening met het niveau (de moeilijkheidsgraad), de leerstijl en de voorkeuren (verschillende oefen- en instructievormen) van de leerling. Zo sluit het leerproces zo nauw mogelijk aan op de individuele leerbehoeften van leerlingen. Hoe meer er bekend is over het leergedrag van leerlingen, hoe beter het leermateriaal op individuele behoeften en voorkeuren kan worden afgestemd.

Slide 22 - Slide

Over leren weten we inmiddels beter welke middelen er meer en minder leeropbrengsten opleveren.
 (daar is die weer...) Hattie (2003) heeft in een Meta-studie aan kunnen geven welke interventies er belangrijke waarden hebben op didactisch niveau;
  • Leerlingen kunnen elkaar uitleg geven (receptorial teaching).   
  • Werken in kleine groepjes waarin kan worden samengewerkt. 
  • De leerlingen zelf samen de doelen laten bepalen en het proces mogen bewaken. 
  • Uitdagingen worden gesteld.  
  • Blijven oefenen tot een leerling het kan.   
  • Het laten toepassen van studievaardigheden en metacognitieve strategieën  

Slide 23 - Slide

Er is een kanttekening bij het lijstje van de vorige slide. Dit lijstje is afkomstig uit de het Meta-onderzoek van Hattie (2003).  Doel van dit onderzoek was om zichtbaar te krijgen welke intervensie in het onderwijs in meerdere en mindere maten werken.
De oorspronkelijke lijst is vele malen groter en bestaat overwegend uit organisatorische items. Opvallend is om te zien dat het lijstje didactische items kleiner is dan het lijstje van actoren van de docent. 
Voor wie het leuk vindt: https://visible-learning.org/nl/hattie-lijst-van-effecten-op-prestaties/

Slide 24 - Slide

Doen...
Maak op je werkblad de oefeningen "wat??" en "kernwaarden"

Over eventuele antwoorden mag je met elkaar in gesprek. 
Het antwoord dat je opschrijft op je blad is individueel.

Slide 25 - Slide

Hoe zouden wij gedifferentieerd leren kunnen/ willen gebruiken?

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Theorie...
Zoals benoemd is gedifferentieerd leren nog slechts een concept. Scholen geven zelf inhoud aan het begrip. Daarbij lijken er drie basismodellen te zijn ontstaan vanuit de drie actoren van leren; docent, leerling en middelen (ICT) en/of de organisatie. 

Slide 28 - Slide

Binnen het docent gedreven-model bepaalt de docent overwegend wat de leerling leert terwijl de leerling steeds meer ruimte voor de invulling van het hoe en wanneer (zelfstandig werken). De leerling doorloopt de verplichte onderdelen in een eigen tempo dat aansluit bij de mogelijkheden of voorkeuren van de leerling. In het leerlinggedreven-model is de regie overwegend in handen van de leerling. Naast de verplichte nummers is er meer ruimte voor eigen inbreng, waarbij wordt aangesloten bij de belangstelling en talenten van de leerlingen. Leerlingen bepalen meer wat ze leren en waarschijnlijk ook wanneer en hoe. Tenslotte is er het middelengedreven-model waarbij meer inzet van ICT-toepassingen worden gewaardeerd. Zo kunnen leerlingen op verschillende plekken en momenten leren. Dit model sluit aan op het businessmodel van de 'agile scrum'.  Welke model heeft onze voorkeur nu en in de nabije toekomst?

Slide 29 - Slide

Gedifferentieerd leren is een organisatievorm die helpt leerlingen leerdoelen vast te laten stellen en grip te laten krijgen op het leerproces om zo de hoogst haalbare ontwikkeling van de leerling te behalen. Op weke manier kunnen wij leerlingen leerdoelen laten vaststellen? NB Meer dan dat we dat nu doen bij de driehoeksgesprekken.


Slide 30 - Slide

Belangrijke waarden van gedifferentieerd leren is het versterken van de motivatie van de leerling. Voor het versterken van de intrinsieke motivatie beschrijven Deci en Ryan (2000) drie bronnen tot het versterken van de intrinsieke motivatie; de sociale verbondenheid, de beheersing en het gevoel van autonomie. De sociale verbondenheid gaat over het krijgen van waardering en het vermijden van schuldgevoelens. De betreft het begrijpen van de zin van een opdracht en aansluiting bij het beheersingsniveau. Het gevoel van autonomie betekent voor een leerling dat het belangrijk is eigen gedrag te kunnen bepalen om een taak te kunnen voldoen. Uit veel onderzoek weten we inmiddels dat intrinsiek gemotiveerd leren leidt tot betere prestaties en verwerking. Op welke manier kunnen we de sociale verbondenheid en het gevoel van autonomie vergroten?

Slide 31 - Slide

Doel van de implementatie is meerdere leerlingen aan te spreken in het leerproces. De hoop is door meer leerlingen te bereiken in hun vermogen te leren gemiddeld over de breedte een hoger ontwikkelingsniveau te bereiken. Daarvoor is het belangrijk inzichtelijk te hebben wat dat leerproces beïnvloed. Welke items willen/ kunnen wij meetbaar maken om te zien een leerling zich ontwikkeld? Welke items willen we als team inzichtelijk hebben en welke items willen we als vakdocent inzichtelijk hebben om een leerling zo goed mogelijk te coachen en trainen?

Slide 32 - Slide

Doen...
Maak op je werkblad de oefeningen "Hoe?"

Over eventuele antwoorden mag je met elkaar in gesprek. 
Het antwoord dat je opschrijft op je blad is individueel.

Slide 33 - Slide

Wat zou je willen terugzien zien in jullie lessen/ lesaanbod?

Slide 34 - Slide

Doen...
Maak op je werkblad de oefeningen "jij"

Over eventuele antwoorden mag je met elkaar in gesprek. 
Het antwoord dat je opschrijft op je blad is individueel.

Slide 35 - Slide

Theorie...
Scholen met een traditionele onderwijsvorm lijken volgens Bomers (1990-22) voorbestemd tot ‘verbeterend‘ leren. Om een innovatie te laten plaatsvinden is het belangrijk dat het verbeterd leren wordt doorbroken opdat een innovatie wordt doorgevoerd. Daarbij worden doelen gesteld en geëvalueerd om daaruit nieuwe doelen te stellen. De vraag is daarom of gedifferentieerd leren kan worden ingevoerd in de huidige lesroutine zonder de onderwijsorganisatie te moeten veranderen. Of willen wij de huidige lesroutine veranderen om te komen tot een innovatie? 

Slide 36 - Slide

Een verandering kan worden bepaald wanneer wordt vastgelegd wat het verschil is tussen de huidige en de gewenste situatie. De weg van de huidige naar de gewenste situatie bepaalt het veranderingsproces. Dit veranderingsproces wordt gekenmerkt door de kwaliteitscirkel en de gepersonaliseerde leerroutines bij het bestaande onderwijs. Het is bovendien afhankelijk van ons als groep. Er worden verwachtingen bij ons neergelegd van individueel gedrag. We willen de competenties van ons  als docenten vergroten en opbrengstgericht werken.  

Er zijn daarom een aantal stappen uitgedacht ...

Slide 37 - Slide

de 3 punten waar we met elkaar aan gaan werken:
1. Bepalen waarom de onderwijshervorming moet worden ingezet en wat het dient op te leveren. Daarbij moet een duidelijke omschrijving worden gemaakt van taken, stappen en kenmerken. Verwachtingen van verschillende rollen binnen de organisatie moeten daarbij worden omschreven. Bij de implementatie van gepersonaliseerd leren binnen de SG Antoni Gaudí zijn de participanten de docenten, management en onderwijsondersteunend personeel en de leerlingen en ouders. 
2. Het creëren van draagvlak. Wij als team zijn de verandering en de school. Geen "pocket-veto"
3. Training en coaching

Slide 38 - Slide

Het komende schooljaar staat in het teken van gedifferentieerd leren.

Daarin gaan we een aantal dingen ondernemen:
1. We krijgen praktische scholing over gedifferentieerd leren.
2. We gaan oefenen met verschillende organisatievormen en het schrijven van lessen(series) bij gedifferentieerd leren. Daarbij komen Michel en Nienke je heel graag helpen in de praktijk.
3. De intervisie is gericht op het bespreken van gedifferentieerd leren
4. We organiseren 'rondetafel gesprekken'. Dit zijn gesprekken met de grote secties en hebben als doel om samen te werken aan de organisatie van gedifferntieerd leren.
5. we gaan voor de kerstvakantie een pilot draaien waarin we een andere organisatievorm gaan proberen.

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Video

Doen...
Maak op je werkblad verder af

Slide 41 - Slide

Dankjewel
We hopen dat je het interressant vond;
  • dat de vragen je hebben aangezet tot denken en tot discussie
  • dat je het een leuke werkvorm vond


We verzamelen ons weer in lokaal 1.23

Slide 42 - Slide