Het voltooid deelwoord

Het voltooid deelwoord
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Het voltooid deelwoord

Slide 1 - Slide

Inhoud
  • Toets schrijven verplaatst naar donderdag 20 januari 2022.
  • Uitleg voltooid deelwoord.
  • Herken jij het voltooid deelwoord in de zin?
  • Welke leerdoelen moeten er nog behaald worden?

Slide 2 - Slide

Wat is het voltooid deelwoord
  • Het voltooid deelwoord geeft aan dat iets afgerond is, het is voorbij.
  • Ik heb lang gezwommen / ik zwem nu niet meer.
  • Het vd is – anders dan de persoonsvorm – een werkwoord dat niet van vorm verandert.


Slide 3 - Slide

Hoe schrijf ik het voltooid deelwoord?
  • Welke vorm is juist gespeld? 
  • Het plan is veranderd / Het plan is verandert
  • Het plan is veranderwant Het plan veranderde.



Slide 4 - Slide

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Waarom ... Lotte jou niet?
A
gelooft
B
geloofd

Slide 5 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Zo heb ik het echt niet ...
A
bedoelt
B
bedoeld

Slide 6 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Wanneer ... onze opleiding naar het nieuwe gebouw?
A
verhuist
B
verhuisd

Slide 7 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Dillan ... dat hij ons gaat helpen.
A
belooft
B
beloofd

Slide 8 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Er is gisteren een ernstig busongeluk ... .
A
gebeurt
B
gebeurd

Slide 9 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Dat meisje met haar rode haar ... heel snel.
A
verbrandt
B
verbrand

Slide 10 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
De politie ... de verdachte al urenlang.
A
verhoort
B
verhoord

Slide 11 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Heb je mijn mail al ... ?
A
beantwoordt
B
beantwoord

Slide 12 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Ronald ... de taart in twaalf gelijke stukken.
A
verdeelt
B
verdeeld

Slide 13 - Quiz

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
De gemeente ... de fout geparkeerde fietsen.
A
verwijdert
B
verwijderd

Slide 14 - Quiz

Leerdoelen deze periode
1. Ik kan doelgroep en doelgericht een zakelijke brief schrijven.
2. Ik kan vanuit betrouwbare bronnen een samenhangend artikel schrijven.
3. Ik weet dat schrijven een proces is en heb aandacht voor elke fase van het schrijfproces. (voorbereiding, uitvoering, afronding)
4. Ik ken en beheers de basisregels van algemene spelling en werkwoordspelling.
5. Ik kan zien of een zin een enkelvoudige zin of een samengestelde zin is en kan hoofdzinnen en bijzinnen onderscheiden.
6. Ik kan in een zin de persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde en onderwerp benoemen.
7. Ik kan fouten in zinsbouw en spelling uit geschreven werk halen.
8. Ik kan de kwaliteit van geschreven werk van mezelf en van anderen beoordelen.
9. Ik kan structuur en samenhang aanbrengen in zowel brieven als artikelen.

Slide 15 - Slide