Herhaling hoofdstuk 7

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Zet de kleuren van de regenboog op de juiste plek. 

Oranje

Geel

Rood

Blauw

Violet

Groen

Indigo

Je wil met een aantal gekleurde lampjes wit licht maken. Is het dan nodig om alle kleuren uit de vorige vraag te mengen? Leg uit.

Infrarood kan je niet zien. Hoe kan je dit toch waarnemen?

Wat gebeurd er als je UV-straling op je huid krijgt?

Je hebt een blauw met wit gestreepte trui aan. Je staat onder een rode lamp. welke kleur lijkt jouw trui nu te hebben?

Het blauwe deel van de trui lijkt nu

Het witte deel van de trui lijkt nu 

rood

zwart

wit

groen

geel

Een lichtstraat valt op het glas van een horloge. Teken een vergelijkbare tekening na en teken de teruggekaatste lichtstraal.

Het rondje stelt het oog voor. Arceer het gebied dat je in de spiegel kan zien. (Dit plaatje staat in je werkboek op p.131)

Welke van deze 4 tekeningen van een positieve lens en zijn beeld klopt?

1. 
2. 
3. 
4. 

Anton heeft een foto van Dieuwke gemaakt. Op de foto is Dieuwke 4,7 cm groot. In het echt is Dieuwke 1,57 meter. Bereken de vergroting van de foto.

bijschaduw

kernschaduw

Welke pijl in het figuur hiernaast geeft de grootste schaduw? leg uit.

zet de aarde en de maan op de juiste plek. 

zonsverduistering 

maansverduistering