3m bte p3 T: herhalingsles

bte theorie les 4: presentaties kunstwerk analyse + examenvraag
1 / 32
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

bte theorie les 4: presentaties kunstwerk analyse + examenvraag

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

              Startklaar








  • Op je plek zitten.  Telefoon in het Zakkie 
  • Schoolspullen op tafel: laptop, mapje, pen, papier
  • LOG IN OP LESSON UP
timer
1:00

Slide 2 - Slide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
          vandaag +
          leerdoelen
  1. overzicht leren
  2. quiz oefenvragen
  3. oefentoets
  4. nakijken

-Ik kan mijn eigen werk beoordelen en uitleggen waarom het goed/beetje goed/fout was.
-ik kan inschatten waar ik nog moeite mee heb.




Slide 3 - Slide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.      
Noem alle vormgevingsaspecten in 1x

Slide 4 - Mind map

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 
Noem alle voorstellingsaspecten in 1x

Slide 5 - Mind map

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 
Voorstelling & Vormgeving

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent de hanteringswijze van de kunstenaar?

Slide 7 - Mind map

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 
Hanteringswijze: 
De manier waarop de maker materiaal en gereedschap heeft gebruikt. 

Bijvoorbeeld: tekenachtig, schetsmatig, grove toets, lichte toets, gladde toets, dikke klodders verf, ingekrast, vrij geschilderd, precies geschilderd. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat ga je leren?
-Samenvatting Beeldende Aspecten op Teams.
-Oefenen met oefenvragen op Teams.
-Lesson-up: extra herhalen begrippen + oefenvragen

De vragen worden moeilijker.
De bronnen en tekst zijn meer.
Dus: grotere en moeilijkere vragen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

kleine quiz
5 Quizvragen 
in duo's beantwoorden

met overleg

antwoord op wisbordje

1 punt per vraag

Slide 10 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen.
Vraag 1
Wat is het aandachtspunt bij een kunstwerk?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Antwoord:
Je kijkt als eerste naar het aandachtspunt. 
(Er kunnen meerdere aandachtspunten in een kunstwerk zitten)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

vraag 2
Noem 4 aspecten die zorgen voor een sterke ruimtesuggestie

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Antwoord: 4 van de volgende
1. lijnperspectief
2. atmosferisch perspectief
3. verkleining
4. overlapping
5. afsnijding
6. vervaging
7. verkorting

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

vraag 3
Wat is het verschil tussen een lichtbron en lichtrichting?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Antwoord:
Lichtbron is wat het licht brengt (natuurlijk of kunstmatig)

Lichtrichting is van welke kant het licht komt.
(zijlicht,meelicht etc)

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Vraag 4:
Wat is het effect van strijklicht in een kunstwerk?

A. het maakt kleuren feller.
B. het vervaagt contourlijnen.
C. Het maakt texturen en reliëf goed zichtbaar.
D. Het zorgt voor een symmetrische compositie.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Antwoord:
C. Het maakt texturen en reliëf goed zichtbaar.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Vraag 5: Welke kleurcontrasten?
1 =
2 =

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Antwoorden:
1 = kleur-tegen-kleurcontrast
2 =kwaliteitscontrast

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

5 vragen, 5 punten
Hoeveel punten heeft iedereen?

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Oefentoets maken
Zelfstandig 

                                                          in stilte

Schrijf antwoorden op papier.

Klaar? ga leren voor de toets. Blijf stil voor de anderen.
timer
15:00

Slide 22 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen.
zelf nakijken 
Waarom?

Zet een cirkel om vraag die je wil bespreken in de klas

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Tips voor op de toets:
-Schrijf gelijk alle voorstelling/vormgeving op papiertje.
-Woordenboek mee
-Geef uitgebreid en duidelijk antwoord.
                  NIET: "De kleur."  "Dat zie ik aan de kleur."

-Lees goed de tekst en de vraag. Wat moet ik doen?

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

3. Antwoorden bespreken

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

(3p) 19.In het schilderij van Asselijn is de kracht van de natuur te zien. Noem drie aspecten van de voorstelling waaraan je de kracht van de natuur kunt zien. 

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

(3p) 19.In het schilderij van Asselijn is de kracht van de natuur te zien. Noem drie aspecten van de voorstelling waaraan je de kracht van de natuur kunt zien. 

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Links op de afbeelding staan mensen.

(2p) 20. Leg aan de hand van de aspecten kleur en ordening uit waardoor deze mensen opvallen.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Links op de afbeelding staan mensen.

(2p) 20. Leg aan de hand van de aspecten kleur en ordening uit waardoor deze mensen opvallen.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

(2p) 21. De wolken op het schilderij zien er dreigend uit.
Leg aan de hand van twee aspecten van de vormgeving uit waardoor de wolken er dreigend uitzien.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

(2p) 21. De wolken op het schilderij zien er dreigend uit.
Leg aan de hand van twee aspecten van de vormgeving uit waardoor de wolken er dreigend uitzien.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

(1p) 22. Het schilderij van Asselijn is
A  dramatisch.
B   statisch.
C    surrealistisch.

Slide 32 - Slide

This item has no instructions