Inhoud

Inhoud
1 / 43
next
Slide 1: Slide
RekenenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Inhoud

Slide 1 - Slide

Inhoud


Alles wat in iets zit

Slide 2 - Slide

Inhoudsmaat

Maat waarmee je aangeeft hoeveel er van een vloeistof of gas in iets gaat.  

Slide 3 - Slide

lesdoel


Ik kan de inhoud van een maatbeker aflezen in liters (l), deciliters (dl) of milliliters (ml)

Slide 4 - Slide

Wanneer werken / gebruiken we inhoud.

Slide 5 - Slide

De inhoud van een zwembad (in kubieke meter: m³)
Het volume van een fles water (bijvoorbeeld in liter of milliliter)

Slide 6 - Slide

De inhoud van een doos of een kubus (ook in m³, dm³, cm³)
De inhoud van een vaas (bijvoorbeeld in liter)

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Dus...

Inhoud is de ruimte die een vloeistof of gas inneemt. 

We meten het vaak in liters, deciliters en milliliters.

Slide 9 - Slide

Afkortingen
Eenheden voor inhoud zijn 

liter (l) 
deciliter (dl) 
milliliter (ml)

Slide 10 - Slide

Liter

Liters gebruik je vaak bij grote hoeveelheden, zoals een fles frisdrank.

Slide 11 - Slide

deciliter

1 deciliter is handig voor kleinere hoeveelheden, zoals een glas sap.

Slide 12 - Slide

milliliter

Milliliters gebruik je voor zeer kleine hoeveelheden, zoals medicijnen.

Slide 13 - Slide

Liter - deciliter - milliliter

Slide 14 - Slide

I liter 

Slide 15 - Slide

I liter  = 10 dl

Slide 16 - Slide

I liter  = 10 dl = 1000 ml

Slide 17 - Slide

Nog een keer

Slide 18 - Slide

1/2 (halve) liter 

Slide 19 - Slide

1/2 (halve) liter = 5 dl

Slide 20 - Slide

1/2 (halve) liter = 5 dl = 5000 ml

Slide 21 - Slide

oefenen

Slide 22 - Slide

Hoeveel milliliter zit er in de maatbeker?
A
1 ml
B
10 ml
C
100 ml

Slide 23 - Quiz

Hoeveel deciliter (dl) zit er in de maatbeker?
A
3 dl
B
30 dl
C
300 dl

Slide 24 - Quiz

Er zit 1 liter in de maatbeker.
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quiz

Hoeveel milliliter (ml) is 1 liter (l)
A
1 liter = 1 ml
B
1 liter = 10 ml
C
1 liter = 100 ml
D
1liter = 1000 ml

Slide 26 - Quiz

Hoeveel liter is dit bij elkaar?

Slide 27 - Open question

Hoeveel deciliter (dl) zit er in de maatbeker?

Slide 28 - Open question

Hoeveel milliliter ml is dit bij elkaar?
A
200 ml
B
500 ml
C
600 ml
D
700 ml

Slide 29 - Quiz

Hoeveel liter (l) is dit bij elkaar.
A
een halve
B
1 l
C
2 l

Slide 30 - Quiz

Hoeveel deciliter zit er in de maatbeker?
A
6 dl
B
60 dl
C
600 dl

Slide 31 - Quiz

Ik wil 1 liter water.
Er zit nu 6 deciliter in de maatbeker.
Hoeveel dl moet er nog bij?
A
3 dl
B
4 dl
C
5 dl

Slide 32 - Quiz

Hoeveel milliliter zit er in de maatbeker?
A
4 ml
B
40 ml
C
400 ml

Slide 33 - Quiz

Ik heb 700 ml water nodig. In de maatbeker zit al 400 ml.
Hoeveel ml water moet er nog bij?
A
100 ml
B
200 ml
C
300 ml

Slide 34 - Quiz

In de kan zit 1/2 (een halve) liter water. Hoeveel dl water is dit?
A
5 dl
B
50 dl
C
500 dl

Slide 35 - Quiz

In de kan zit 1/2 (een halve) liter water. Hoeveel ml water is dit?
A
5 ml
B
50 ml
C
500 ml

Slide 36 - Quiz

Wat is de inhoud van het blikje cola?

Slide 37 - Open question

Wat is de inhoud van het blikje fristi?

Slide 38 - Open question

Hoeveel liter is dit bij elkaar?

Slide 39 - Open question

Dus...

Inhoud is de ruimte die een vloeistof of gas inneemt. 

We meten het vaak in liters, deciliters en milliliters.

Slide 40 - Slide

lesdoel


Ik kan de inhoud van een maatbeker aflezen in liters (l), deciliters (dl) of milliliters (ml)

Slide 41 - Slide

Vind je dat je de inhoudsmaten goed kan aflezen?
Ja, ik begrijp ze volledig.
Nee, ik heb daar moeite mee.
Soms, afhankelijk van de situatie.

Slide 42 - Poll

Slide 43 - Slide