Wonen en huishouden les 4

Wonen en huishouden 
les 4


Onderhoud aan huishoudelijke apparaten
1 / 30
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Wonen en huishouden 
les 4


Onderhoud aan huishoudelijke apparaten

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
Aan het eind van deze les: 
  • Hebben we de opgedane kennis van les 1-2-3 herhaald, d.m.v. een quiz. 
  • Weet je wat onderhoud aan huishoudelijke apparaten is en waarom het belangrijk is. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat betekent zelfredzaamheid?
A
Werken volgens de schoonmaakregels
B
Milieubewust werken
C
De client doet zoveel mogelijk zelf en jij ondersteunt.
D
Ergonomisch werken

Slide 4 - Quiz

Wat betekent dit
gevarensymbool?
A
Bijtende stoffen
B
Gevaarlijk voor het milieu
C
Giftig
D
Ontvlambaar

Slide 5 - Quiz

Wat is een taak die je dagelijks doet?
A
Keuken opruimen + afwassen
B
Badkamer schoonmaken
C
Koelkast schoonmaken
D
Woonkamer dweilen

Slide 6 - Quiz

Geef een voorbeeld van ergonomisch werken.

Slide 7 - Mind map

Wat betekent dit
gevarensymbool?
A
Bijtende stoffen
B
Gevaarlijk voor het milieu
C
Giftig
D
Ontvlambaar

Slide 8 - Quiz

Een van de schoonmaakregels is:
'Werk van vuil naar schoon'.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Een van de schoonmaakregels is:
'Werk van droog naar nat'.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

Onzichtbaar vuil kun je niet met het blote oog zien, het bestaat uit micro organismen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Wat zijn tips om rekening te houden met het milieu, bij het gebruik van schoonmaakmiddelen?

Slide 12 - Mind map

Wat betekent dit
pictogram?
A
Buiten bereik van kinderen bewaren
B
Niet mengen met andere schoonmaakmiddelen.
C
Bij contact met de ogen, direct uitspoelen

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Schoonmaken of onderhoud
Wat is het verschil?

Slide 15 - Slide

Waar denk je aan bij
onderhoud?

Slide 16 - Mind map

Het verschil tussen onderhoud en schoonmaken

  • Schoonmaken is bijvoorbeeld stofzuigen, reinigen of afstoffen. Het is bedoeld om iets schoon te krijgen.
  •  Onderhoud zorgt ervoor dat iets in goede staat blijft. Zodat een elektrisch apparaat goed kan werken of langer meegaat.

Slide 17 - Slide

Onderhoud: 

  • Onderhoudsplan: welk onderhoud + frequentie
  • Visuele controle
  • Wat doe je als iets kapot is?
  • Preventief onderhoud.  

Slide 18 - Slide

Welk onderhoud hoort niet bij de taken van een helpende?
A
Filter afzuigkap schoonmaken
B
Lekke band rollator plakken
C
Waterkoker ontkalken
D
Stofzuigerzak verwisselen

Slide 19 - Quiz

Waarom moet je een waterkoker regelmatig ontkalken?
A
Omdat je anders wit water krijgt
B
Omdat het water dan niet meer gaat koken
C
Omdat de waterkoker anders sneller kapot gaat

Slide 20 - Quiz

Kalkaanslag
  • In ons water zit kalk en magnesium. Dit gaat op verwarmingselementen van onze huishoudelijke apparaten zitten. Dit noem je kalkaanslag.
  •  Hierdoor wordt het water minder snel warm en kan het apparaat sneller kapot gaan. Ook is het slecht voor het milieu, omdat het meer energie kost om het apparaat te verwarmen.

Slide 21 - Slide

Wat hoort bij onderhoud van een vaatwasser?
A
In- en uitruimen
B
Glazen droogmaken, als je ze uit vaatwasser haalt
C
Filter reinigen

Slide 22 - Quiz

Onderhoud apparaten thuis of in een organisatie

  • In een bedrijf zijn apparaten meestal groter
  • In een bedrijf worden apparaten veel vaker gebruikt en moet het dus ook vaker onderhouden worden
  • Bedrijven hebben vaker een onderhoudsschema, waarin staat wanneer wat onderhouden wordt

Slide 23 - Slide

Hoe kun je vetluis is de wasmachine voorkomen?

A
Antiluizenmiddel
B
Wassen op 90 graden, zonder was
C
Wassen op 40 graden, zonder was
D
Wassen met ruim wasmiddel, zonder was

Slide 24 - Quiz

Juist of onjuist:
Een vaatwasser kan gaan stinken als je het filter niet regelmatig schoonmaakt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quiz

Juist of onjuist:
Een oven kun je schoonmaken met citroenschijfjes
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Welk vergeten onderhoud van elektrische apparaten is oorzaak nr. 1 van brand in huis?
A
Telefoonoplader in stopcontact laten zitten
B
TV op standby laten staan
C
De waterkoker aan laten staan
D
De pluizenfilter van de wasdroger niet schoonmaken

Slide 27 - Quiz

Hoe vaak maak je het pluizenfilter van de wasdroger schoon?
A
Elke dag
B
Na elke keer gebruik
C
Elke week
D
Elke maand

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Slide

Huiswerk volgende week:
Opdracht 6.25 + 6.26  blz. 195 - 196


                                            tot volgende week 

Slide 30 - Slide