6.1 - arbeid

6.1 - Arbeid
'Liever lui dan moe'
'Zich uit de naad werken'
'Wie een gat graaft voor een ander, is een arbeider'
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

6.1 - Arbeid
'Liever lui dan moe'
'Zich uit de naad werken'
'Wie een gat graaft voor een ander, is een arbeider'

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

De komende weken

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

6.1 - Arbeid
'Liever lui dan moe'
'Zich uit de naad werken'
'Wie een gat graaft voor een ander, is een arbeider'

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat zegt chattie?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wel redelijk omschreven
Hier klopt geen *** van

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Arbeid
W = F * s
W (work) in Nm
F (force) in N
s (space) in m

Wat weten we van krachten op een blokje?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
W = F * s
Wtot = W1+W2+...

Wtot =

Slide 7 - Slide

Op het bord schrijven, en aan de hand van het voorbeeld van de tafel.
Als ik met 50 newton de tafel 10 centimeter verplaats, en iemand anders duwt met me mee, wat is dan de totale verplaatsing.

Daarnaast een ander voorbeeld; we doen hetzelfde, maar iemand duwt tegen me in. Hoeveel arbeid is er dan verricht op de tafel? Nul; de arbeiden heffen elkaar op.
Checkvragen
Bereken telkens de arbeid

1. Je duwt een doos met een kracht van 40 newton 5 meter.

2. Je tilt een fles water van 1.2 kg 1,2 meter omhoog.

3. Je houdt een rugtas van 5 kg stil op 1.5 m hoogte.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

6.2 Energiesoorten
'Ik word daar zo moe van, van energiesoorten'
-Kabouter Lui

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

De energiesoorten
  1. Chemische energie
  2. Kinetische energie
  3. Zwaarte-energie
  4. Warmte

Energie gaat nooit verloren

Slide 14 - Slide

Hier geef ik de formules voor alle energieën, dat moeten ze in een tabel zetten. We Beginnen met Kinetische en Zwaarte-energie. De rest komen we waarschijnlijk niet aan toe.
Zwaarte-energie berekenen
Ez = mgh

m = 81,5 kg
g = ...
h = ...

Slide 15 - Slide

Ik ga op de grond staan, op een stoel en daarna op de tafel.

Zo kunnen de leerlingen drie keer de zwaarte-energie uitrekenen.
Zwaarte-energie berekenen
Ez = m*g*h
m = 81,5 kg
g = 9,81 m/s2
h = 1,2 meter
Ez = 960 J

W = F * s
Wat is W door de zwaartekracht?

Slide 16 - Slide

Ik ga op de grond staan, op een stoel en daarna op de tafel.

Zo kunnen de leerlingen drie keer de zwaarte-energie uitrekenen.

Als ik van de tafel af spring, kunnen ze ook de arbeid uitrekenen. 

De arbeid die de zwaartekracht tijdens mijn sprong uitgeoefend heeft.
Kinetische energie berekenen
Ek = 0.5 * m*v2
Energie in Joule
m in kg
v in m/s

Formule vergeten? En nu?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting - vergelijken

Slide 19 - Slide

Ik ga op deze slide vertellen wat we geleerd hebben.
Ook ga ik aanstippen wat het verschil is tussen kinetische energie en arbeid.
In formuletaal heeft het niets met elkaar te maken, maar gevoelsmatig misschien wel.

Ez = m g h
Ek = 1/2 mv^2
W = F * s