LOB P4

• LOB
• MBO
• Studiejaar 1

LOB

LOB
Anita Oomen

Leerjaar 1 

Planning

• Wat weet je (nog/ al) van LOB?
  
• Overzicht loopbaancompetenties
• Eindopdracht

Hoe gaat het met je vandaag?

😒🙁😐🙂😃

Waar staat LOB voor

1. Loopbaan ontwikkeling en begeleiding
2. Loopbaan oriëntatie en begeleiding
3. Loopbaan oriëntatie naar beroep
4. Leren op beroepsvlakken

Hoeveel loopbaan competenties
zijn er ?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Wat leer je bij LOB?

1. Over de maatschappij
2. Waar je goed in bent
3. Hoe je een powerpoint presentatie kan maken
4. Hoe je sollicitatiebrieven kan schrijven

Wat leer je niet bij LOB

1. Welke baan je gaat krijgen
2. Wat jouw kwaliteiten zijn
3. Wat jij belangrijk vindt in een toekomstige werkplek
4. Wat jij belangrijk vindt in het leven

Welke loopbaancompetentie
hoort er niet bij

1. Werkplekexploratie
2. Motievenreflectie
3. Netwerken
4. Sollicitatievaardigheid

Hoe was het ook al weer?

• Loopbaan Oriëntatie en Begeleiding
• 5 loopbaan waarden
• Leerjaar 1: kwaliteitenreflectie,
  motievenreflectie, werkexploratie
• Leerjaar 2:
  netwerken en loopbaansturing

Kwaliteitenreflectie
(wat kan ik het beste en hoe weet ik dat?)

Nadenken over wat je (niet) kunt en het bepalen hoe je kwaliteiten kunt inzetten in je (studie) loopbaan.
Studenten reflecteren hun eigen kwaliteiten
en vragen feedback van anderen.

Motievenreflectie
(waar ga en sta ik voor en waarom dan?)

Nadenken over wensen en waarden die van belang zijn voor de eigen loopbaan. Studenten worden zich bewust van wat ze belangrijk vinden in hun leven, opleiding en werk. Zij ontdekken wat hen voldoening geeft en wat zij (nog) nodig hebben om zinvol en prettig te kunnen werken.

Werkexploratie
(waar ben ik op mijn plek en waarom daar?) 

Onderzoeken van werk en werkzaamheden, bestaande en mogelijke eisen en waarden in een mogelijk toekomstige beroep. Studenten ontwikkelen de competentie om werk(zaamheden) te vinden waarin hun persoonlijke waarden overeenkomen
met de normen en waarden die in dat werk gelden en waarin hun kwaliteiten
aansluiten bij de ontwikkelingen die in dat werk voorkomen. 

Loopbaansturing
(hoe bereik ik mijn doel en waarom zo?) 

Staat voor het plannen, beïnvloeden en bespreken van leren en werken gericht op loopbaanontwikkeling. Jongeren ontwikkelen de competentie om zelf verantwoordelijkheid te nemen en om een plek op de arbeidsmarkt te verwerven, te behouden of te wijzigen. 

Netwerken
(wie kan mij helpen mijn doel te bereiken)  

Staat voor een eigen netwerk, gericht op de loopbaanontwikkeling
en het opbouwen en onderhouden van een netwerk zodat de loopbaanontwikkeling optimaal kan verlopen.

Welke loopbaanvraag hoort bij:
motievenreflectie ?

1. Wat kan ik?
2. Wat wil ik?
3. Waar kan ik dat doen?
4. Wie kan mij daarbij helpen?

Op bezoek gaan bij een open dag
is een voorbeeld van

1. Loopbaansturing
2. Werkexploratie
3. Motievenreflectie
4. Netwerken

Op LinkedIn contacten zoeken die je misschien kunnen helpen bij het vinden van een stage

1. Loopbaansturing
2. Werkexploratie
3. Netwerken
4. Kwaliteitenreflectie

Emma maakt een stappenplan om een stage te vinden en neemt zelf contact op met bedrijven. Welke loopbaancompetentie past hierbij?

1. Loopbaansturing
2. Netwerken
3. Werkexploratie
4. Motievenreflectie

Je hebt een bijbaan in een winkel en je merkt dat je heel goed bent in klantcontact is ..

1. Loopbaansturing
2. Kwaliteitenreflectie
3. Motievenreflectie
4. Netwerken

Ravi twijfelt tussen twee opleidingen.
Hij maakt een lijstje met wat hij belangrijk vindt in een baan, zoals vrijheid, afwisseling en iets bijdragen aan de maatschappij.

1. Loopbaansturing
2. Motievenreflectie
3. Werkexploratie
4. Kwaliteitenreflectie

Na een gastles beseft Amir dat hij graag wil werken in een sector die bijdraagt aan een betere wereld. Hij gaat op zoek naar opleidingen
die daarbij passen.

1. Kwaliteitenreflectie
2. Loopbaansturing
3. Werkexploratie
4. Motievenreflectie

Opdracht periode 4