Week 22 (week 9-2024) klas 2 K8

Guten Tag
Wie geht es euch?
1 / 40
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 1 - Slide


  • jas uit
  • muts/pet/capuchon af
  • oortjes uit
  • boek/schrift/pen/ laptop op tafel 

Slide 2 - Slide

Was machen wir heute?


Anfang Kapitel 9: Einkaufen

* Hören und sehen
* Wortschatz





Slide 3 - Slide

Einkaufen 
Was darf es sein?

Slide 4 - Slide

Lernziele dieses Kapitels:

  • Je kunt iets kopen in een winkel
  • Je kent het persoonlijk naamwoord en het vragend voornaamwoord in de derde naamval
  • Je kent de voorzetsels die de derde naamval krijgen

Slide 5 - Slide

Lernziele dieser Stunde:

  • Du lernst neue Wörter und Begriffe zum Thema Einkaufen

Slide 6 - Slide



Aber zuerst.....ein Filmchen!



Slide 7 - Slide

7

Slide 8 - Video

Wat bedoelt het meisje met 'Pfand'?

Slide 9 - Open question

Hoe noem je in het Duits een 'blikje'
A
Eine Kiste
B
Einen Blick
C
Eine Dose

Slide 10 - Quiz

Welche 2 Getränke kauft Melanie noch? Antworte auf Deutsch.

Slide 11 - Open question

Wat is lastig bij het uitzoeken van avocado's?

Slide 12 - Open question

Nenne mindestens 3 Obstsorten auf Deutsch:

Slide 13 - Open question

Wat zou Melanie bedoelen met: 'Einkaufen ist wirklich anstrengend'?

Slide 14 - Open question



Neem de woorden op pagina 132 goed door!



Slide 15 - Slide

Kann ich Ihnen helfen?
Wieviel kostet das?
Kan ich bar zahlen?
Sonst noch etwas?
Ist das alles?
Kan ik u helpen?
Hoeveel kost dat?
Kan ik contant betalen?
Anders nog iets?
Is dat alles?

Slide 16 - Drag question

Wo finde ich die Bäckerei?
Das ist aber günstig. 
Möchten Sie außerdem noch etwas?
Das ist mir zu teuer. 
Guten Morgen! Was wünschen Sie?
Waar vind ik de bakkerij?
Dat is goedkoop. 
Wilt u anders nog iets?
Dat vind ik te duur. 
Goedemorgen. Wat wenst u?

Slide 17 - Drag question

In welcher Abteilung ist Melanie gerade?
A
in der Obstabteilung
B
in der Gemüseabteilung
C
in der Getränkeabteilung

Slide 18 - Quiz

Brot
Parfum
Saft und Bier
Eis
Kleidung
Obst und Gemüse
Bücher
Torten
die Metzgerei
das Modegeschäft
die Drogerie
der Supermarkt
der Obst- und Gemüseladen
die Buchhandlung
die Eisdiele/der Eissalon
die Konditorei
die Bäckerei
Fleisch

Slide 19 - Drag question

An die Arbeit!
Aan het werk:
Was?    Macht Online: Kapitel 9 Einkaufen: 
              B; Wortschatz Aufgaben 3, 4, 5 und 6 
              (Seite 104/105 im Buch)
              Deze opdrachten zijn ook het huiswerk!
Wie?     Selbstständig 
Hilfe?    die Wörterliste auf Seite 132
Zeit       15 Minuten
Fertig? Lerne die Wörter auf Seite 132 
               




 

Slide 20 - Slide

Heb ik de leerdoelen behaald?

  • Habe ich neue Wörter gelernt?
  • Welche?

Slide 21 - Slide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 22 - Slide

Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!

Slide 23 - Slide

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 24 - Slide


  • jas uit
  • muts/pet/capuchon af
  • oortjes uit
  • boek/schrift/pen/ laptop op tafel 

Slide 25 - Slide

Was machen wir heute?


  • Hören und sehen
  • Lesen 

Slide 26 - Slide

Lernziele dieser Stunde:

  • Du kannst einen länger dauerenden Hörfragement folgen und verstehen und Fragen zu diesem Fragment beantworten. 
  • Du kannst einen Text auf Deutsch verstehen und Fragen dazu                            beanworten. 

Slide 27 - Slide



Aber zuerst.....ein Filmchen!



Slide 28 - Slide

Slide 29 - Link

An die Arbeit!
An die Arbeit:  Hören

Was?    Hören: Einkaufen in Hannover;
             A; Sehen: Aufgabe 1
Wie?    Zusammen
Hilfe?   keine
Zeit?     10 Minuten
Fertig? Wir besprechen die Antworte zusammen!





Slide 30 - Slide


Und jetzt.....Lesen!



Slide 31 - Slide

intensief en extensief lezen
extensief: lezen voor ons plezier; je leest niet om alles woord voor woord te begrijpen...

intensief: Je leest om een tekst inhoudelijk te begrijpen 

Slide 32 - Slide

twee extensieve leesstrategieën:
skimmen :
bij skimmen kijk je kort (maximaal een minuut) naar een tekst of alinea en haalt de belangrijkste informatie eruit. Daarna vertel je wat je gelezen hebt.

scannen: 
bij scannen ga je op zoek naar specifieke informatie n.a.v. een vraag (jaartal, naam, definitie). Je gaat vervolgens die vragen beantwoorden

Slide 33 - Slide

Orienterend lezen
hier begin je ALTIJD mee!!

- vertaal de titel
- bekijk de plaatjes en het onderschrift
- vertaal de tussenkopjes
- kijk naar opvallende dingen in de tekst (kaders, dikgedrukte/schuingedrukte woorden, getallen
-kijk naar wat voor soort tekst het is
- bedenk wat je al van het onderwerp weet

Slide 34 - Slide

An die Arbeit!
An die Arbeit:  Hören

Was?    Lesen: Aufgabe 14 auf Seiten 110/111
Wie?     zusammen, im Buch 
Hilfe?   ein Wörterbuch
Zeit?     20 Minuten
Fertig? Wir besprechen die Antworte zusammen!





Slide 35 - Slide

Heb ik de leerdoelen behaald?

  • Kann ich einen länger dauerenden Video folgen und verstehen und Fragen zu diesem Video beantworten?
  • Kann ich einen Text auf Deutsch verstehen und Fragen dazu beanworten?

Slide 36 - Slide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 37 - Slide

Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!

Slide 38 - Slide

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 39 - Slide


  • jas uit
  • muts/pet/capuchon af
  • oortjes uit
  • mobiel in de wandtas
  • boek/schrift/pen/ laptop op tafel 

Slide 40 - Slide