2G ch5 semaine 22 les 2

• Frans
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo, havo
• Leerjaar 1,2

Préparation

Log in op lessonup.app                                 

Sur la table

-chromebook

-cahier d'activités 

-stylo

-weekplanner

Sain et sauf!

semaine 22/23

• Ik kan een quiz over gezondheid begrijpen
• Ik ken woorden die te maken hebben met gezondheid. 
• Ik kan vertellen dat ik ziek bent en waar ik last van heb 
• Ik weet wat je kunt zeggen als je even aarzelt.
• Ik kan een tekst schrijven over mezelf
• Ik weet je hoe je de ontkenning gebruikt. 
  
  AAAR 
  
• Ik kan een forum over het hebben van een huisdier begrijpen 
• Ik ken de maanden en woorden die te maken hebben met activiteiten 
• Ik ken woorden en zinnen om over activiteiten te praten 
• Ik weet hoe je en, an, en on uitspreekt          

Programme

Klas:
Samen:

Herhalen Phrases-clés
Zelfst:

L: voca A, B 

Samen:

Blok D Ontkenning

 AAAR:
Zelfstandig: M:

geplande taken

Klaar?

+ L: voca A,B

La négation / De ontkenning

De ontkenning 

Doel: 

ik kan een zin ontkennend maken in het Frans,

Dus: In het Frans zeggen dat iets niet zo is. 

In welke zin zit een ontkenning?

1. Ik hou niet van opruimen
2. Ik eet soms appels

In welke zin zit een ontkenning?

1. Hij eet geen vlees, hij is vegetarier
2. Mijn moeder kan goed koken

Ontkenning in het Nederlands

Je gebruikt dan de woorden 

niet of geen

Dus:

In het Nederlands: niet en geen

In het Frans altijd twee woorden: ne..... pas

Ne staat vóór de persoonsvorm

Pas staat direct achter de persoonsvorm

Stappenplan

1.   Zoek de persoonsvorm (meestal eerste werkwoord in de zin).

2.  Zet ne voor de persoonsvorm

3. Zet pas achter de persoonsvorm

LET OP!: Begint de persoonsvorm met een klinker/h  -> n'

NE/N'..........PAS

De betekenis van niet/geen is in het Frans: ne/n' ... pas

BV:          Mijn zus werkt                -        Ma soeur travaille 
                 Mijn zus werkt niet       -       Ma soeur ne travaille pas

BV:          Ik luister muziek                 -     J'écoute la musique
                 Ik luister geen muziek     -     Je n'écoute pas la musique

Essaye...

1. Il mange des pommes.
2. Nous jouons au foot.
3.  Je suis malade.
4.  Ils vont à l'école.

Hoe maak je deze zin ontkennend?
Je vais à l'école.

1. Ne pas je vais à l'école.
2. Je ne vais à l'école pas.
3. Je vais ne pas à l'école.
4. Je ne vais pas à l'école.

Tu es sympa (niet)

1. Tu ne es pas sympa
2. Tu es ne sympa pas
3. Tu n'es pas sympa
4. Tu n'es sympa pas

Maak de zin ontkennend:
Je regarde la télé.

Maak de zin ontkennend: Nous avons deux chiens.

Huiswerk voor volgende keer

- M: blok D online

- L: slim stampen D

2G ch5 semaine 22 les 2