Laatste les voor toets

1 / 26
next
Slide 1: Slide
naskMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
- Toets is donderdag 20 april!!

- Zelfstandig leren: van overzicht of afsluiting maken

- Meedoen met klassikale opdrachten


Slide 2 - Slide

Wat is geluid?
Geluid is een trilling die zich door een tussenstof verplaatst. 

Slide 3 - Slide

Dus een trilling door een stof....
Trilling
Er komt een trilling van de bron, die een stof in beweging brengt. 
Tussenstof
De trilling van de bron beweegt zich door de stof naar je oor. 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Verschillende soorten tussenstof
Kijk mee in je boek; tabel 1 op blz 105


Snelheid van geluid
Snelheid van geluid in lucht is 340 m/s (= 1225 km/h)

Slide 6 - Slide

Afstand van onweer berekenen
Ik zie een flits en hoor 1,5 seconden later de donder. Hoe ver is het onweer van mij vandaan?

Slide 7 - Slide

Geluidsgolven en frequentie
Frequentie = aantal trillingen (golven) per seconde
Hoge toon = veel golven
Lage toon = weinig golven

Geluidssterkte = sterkte (volume) van het geluid
Hoge golf = hard geluid
Lage golf = zacht geluid

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Ik zie een onweersbui aankomen. Ik zie de flits en begin met tellen. Na 2,3 seconde hoor ik de donder. Hoe ver is het onweer van mij vandaan?

Slide 10 - Slide

Twee dolfijnen communiceren onder water. Dolfijn 1 hoort na 0,8 seconde de toon van dolfijn 2. Hoe ver zwemmen de dolfijnen van elkaar vandaan?

Slide 11 - Slide

Reken van de onderstaande golf de frequentie uit. 
Het hele beeld duurt 0,8 seconde.

Slide 12 - Slide

Reken van de onderstaande golf de frequentie uit. 
Het hele beeld duurt 0,01 seconde.

Slide 13 - Slide

Reken van de onderstaande golf de frequentie uit. 
Het hele beeld duurt 10 ms.

Slide 14 - Slide

Leg uit hoe je iets hoort.
Gebruik de volgende woorden: geluidsbron tussenstof trillingen trommelvlies



Antwoord
Een geluidsbron produceert trillingen. Deze trillingen gaan door een tussenstof naar je oor. Daar gaat je trommelvlies trillen en hoor je iets.

Slide 15 - Slide

Teken een golf van een hoge toon die zachtjes klinkt.

Slide 16 - Slide

Teken een golf van een lage toon die zacht klinkt. 

Slide 17 - Slide

Teken een golf van een lage toon die heel luid is.

Slide 18 - Slide

Een toon 45 Hz wordt gehoord door:

Slide 19 - Slide

Welke golf heeft een grotere amplitude?

Slide 20 - Slide

Piet staat elke dag voor werk in een luide omgeving. Hij hoort dan geluid tussen de 60 en 70 dB(A). Kan hij gehoorschade oplopen?

Slide 21 - Slide

Er wordt een nieuwe woonwijk aangelegd naast een snelweg. Bedenk een oplossing tegen het geluid bij de bron, ontvanger en tussen de bron en ontvanger.

- Bij de bron:


- Tussen bron en ontvanger:


- Bij ontvanger:

Slide 22 - Slide

Ik stem een gitaar en draai een van de snaren strakker. Wordt de toon hoger of lager?

Slide 23 - Slide

Ik zet een klem op de hals van de gitaar. Dat klemmetje heet een capo. Wat gebeurt er met alle tonen van de gitaar?

Slide 24 - Slide

Kijk naar de snaren van de gitaar. Zet de snaren op volgorde van de hoogste toon naar de laagste. 

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide