Gezonde leefstijl

Gezonde leefstijl
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Gezonde leefstijl

Slide 1 - Slide

Lesdoelen/ Na deze les kun je:
  • Uitleggen en begrijpen wat een gezonde leefstijl inhoudt
  • Een schijf van 5 maken 

Slide 2 - Slide

Gezonde voeding
Onderwerp: Gezonde voeding

Slide 3 - Slide

Leefstijl betekent: manier van leven
  • Je leefsituatie: wonen & vrije tijd
  • Je leer- en/of werksituatie
  •  Je fysieke gezondheid
  • Je psychische gezondheid
  • Sociaal leven
  • Interesses
  • Persoonlijke ontwikkeling en leren
  • Je dag- en week-programma








Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Verkeerde eetgewoonte
- laat ontbijten
- te veel eten
- niet gevarieerd eten
- weinig groente en fruit
- weinig beweging
- niet goed kauwen
- weinig drinken

Slide 6 - Slide

Hoe zorg je voor een gezonde leefstijl?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Voedingsmiddelen zitten in voedingsstoffen
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Voorbeelden van voedingsstoffen zijn:
A
Koolhydraten, suiker en boter
B
Appels, brood en kaas
C
Vetten, eiwitten en vitamines
D
Vitamines, mineralen en kaas

Slide 12 - Quiz

Wat is een gezonde leefstijl?
A
als je goed voor je bent voor je mentale gezondheid
B
regelmaat in eten
C
als je goed voor je lichaam en geest zorgt
D
niks aan je zelf doen

Slide 13 - Quiz

Wat hoort niet bij een gezonde leefstijl
A
Groente en fruit eten
B
Roken
C
Sporten
D
Voldoende slapen

Slide 14 - Quiz

Het bewegingspatroon en dagritme zijn van invloed op iemands gezondheid. Maar ook:
A
Leefstijl
B
Gezonde voeding
C
Leeftijd
D
A,B en C zijn waar

Slide 15 - Quiz

Wat past in een gezonde leefstijl?
A
op vaste tijden slapen en opstaan
B
2 x per week douchen
C
drug gebruiken
D
onveilig vrijen

Slide 16 - Quiz

Noem een voedingsmiddel dat vult maar niet voedt

Slide 17 - Open question

Gevarieerd eten betekent..
A
dat je veel van dezelfde producten eet
B
dat je verschillende producten eet
C
dat je zuivel eet

Slide 18 - Quiz

Praktijkopdracht
Maak je eigen schijf van 5 
zie laatste pagina boekje

Slide 19 - Slide