8hv_Werkwoordsoorten_herhaling

Lezen (10 min) stilte
1 / 52
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 52 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Lezen (10 min) stilte

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Herhaling:
-Verschillende werkwoordsoorten herkennen
-Oefenen met werkwoordsoorten herkennen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Werkwoord soorten

  1. Zelfstandig werkwoord 
  2. Hulpwerkwoord
  3. Koppelwerkwoord

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Een operatie aan je keelamandelen schijnt op hogere leeftijd bijzonder vervelend te zijn.






Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Een operatie aan je keelamandelen schijnt op hogere leeftijd bijzonder vervelend te zijn.

Werkwoorden? schijnt, zijn






Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Een operatie aan je keelamandelen schijnt op hogere leeftijd bijzonder vervelend te zijn.

Werkwoorden? schijnt, zijn
Belangrijkste ww? zijn






Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Een operatie aan je keelamandelen schijnt op hogere leeftijd bijzonder vervelend te zijn.

Werkwoorden? schijnt, zijn
Belangrijkste ww? zijn
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja

 






Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Een operatie aan je keelamandelen schijnt op hogere leeftijd bijzonder vervelend te zijn.

Werkwoorden? schijnt, zijn
Belangrijkste ww? zijn
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Elkaar vervangen? ja 
Zijn = koppelwerkwoord
 






Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Een operatie aan je keelamandelen schijnt op hogere leeftijd bijzonder vervelend te zijn.

Werkwoorden? schijnt, zijn
Belangrijkste ww? zijn
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Elkaar vervangen? ja 
Zijn = koppelwerkwoord, schijnt = hulpwerkwoord
 






Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Met deze maatregel zullen deze problemen niet meer voorkomen.





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Met deze maatregel zullen deze problemen niet meer voorkomen.

Werkwoorden? zullen, voorkomen




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Met deze maatregel zullen deze problemen niet meer voorkomen.

Werkwoorden? zullen, voorkomen
Belangrijkste ww? voorkomen




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Met deze maatregel zullen deze problemen niet meer voorkomen.

Werkwoorden? zullen, voorkomen
Belangrijkste ww? voorkomen
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Nee




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Met deze maatregel zullen deze problemen niet meer voorkomen.

Werkwoorden? zullen, voorkomen
Belangrijkste ww? voorkomen
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Nee
Voorkomen = zelfstandig werkwoord



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Met deze maatregel zullen deze problemen niet meer voorkomen.

Werkwoorden? zullen, voorkomen
Belangrijkste ww? voorkomen
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Nee
Voorkomen = zelfstandig werkwoord, zullen = hulpwerkwoord



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Super Mario zal altijd de held uit mijn kinderjaren blijven.





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Super Mario zal altijd de held uit mijn kinderjaren blijven.

Werkwoorden? zal, blijven





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Super Mario zal altijd de held uit mijn kinderjaren blijven.

Werkwoorden? zal, blijven
Belangrijkste ww? blijven





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Super Mario zal altijd de held uit mijn kinderjaren blijven.

Werkwoorden? zal, blijven
Belangrijkste ww? blijven
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Super Mario zal altijd de held uit mijn kinderjaren blijven.

Werkwoorden? zal, blijven
Belangrijkste ww? blijven
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Elkaar vervangen? ja 
blijven = koppelwerkwoord




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Super Mario zal altijd de held uit mijn kinderjaren blijven.

Werkwoorden? zal, blijven
Belangrijkste ww? blijven
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Elkaar vervangen? ja 
blijven = koppelwerkwoord, zal = hulpwerkwoord




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Ondanks de aanwezigheid van de politie zijn de betogers in groepjes teruggekomen.




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Ondanks de aanwezigheid van de politie zijn de betogers in groepjes teruggekomen.

Werkwoorden? zijn, teruggekomen
Belangrijkste ww? teruggekomen
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Nee
teruggekomen = zelfstandig werkwoord, zijn = hulpwerkwoord


Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Ondanks de aanwezigheid van de politie zijn de betogers in groepjes teruggekomen.

Werkwoorden? zijn, teruggekomen



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Ondanks de aanwezigheid van de politie zijn de betogers in groepjes teruggekomen.

Werkwoorden? zijn, teruggekomen
Belangrijkste ww? teruggekomen



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Ondanks de aanwezigheid van de politie zijn de betogers in groepjes teruggekomen.

Werkwoorden? zijn, teruggekomen
Belangrijkste ww? teruggekomen
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Nee
teruggekomen = zelfstandig werkwoord


Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
De negentigste verjaardag van mijn overgrootmoeder is een groot feest geweest.





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
De negentigste verjaardag van mijn overgrootmoeder is een groot feest geweest.

Werkwoorden? is, geweest





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
De negentigste verjaardag van mijn overgrootmoeder is een groot feest geweest.

Werkwoorden? is, geweest
Belangrijkste ww? geweest





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
De negentigste verjaardag van mijn overgrootmoeder is een groot feest geweest.

Werkwoorden? is, geweest
Belangrijkste ww? geweest
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja





Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
De negentigste verjaardag van mijn overgrootmoeder is een groot feest geweest.

Werkwoorden? is, geweest
Belangrijkste ww? geweest
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Elkaar vervangen? ja 
geweest = koppelwerkwoord




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
De negentigste verjaardag van mijn overgrootmoeder is een groot feest geweest.

Werkwoorden? is, geweest
Belangrijkste ww? geweest
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Elkaar vervangen? ja 
geweest = koppelwerkwoord, is = hulpwerkwoord




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
De weersvoorspelling voor komend weekend blijkt gunstig te zijn.




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
De weersvoorspelling voor komend weekend blijkt gunstig te zijn.

Werkwoorden? blijkt, zijn



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
De weersvoorspelling voor komend weekend blijkt gunstig te zijn.

Werkwoorden? blijkt, zijn
Belangrijkste ww? zijn



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
De weersvoorspelling voor komend weekend blijkt gunstig te zijn.

Werkwoorden? blijkt, zijn
Belangrijkste ww? zijn
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
De weersvoorspelling voor komend weekend blijkt gunstig te zijn.

Werkwoorden? blijkt, zijn
Belangrijkste ww? zijn
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Elkaar vervangen? ja 
zijn = koppelwerkwoord


Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
De weersvoorspelling voor komend weekend blijkt gunstig te zijn.

Werkwoorden? blijkt, zijn
Belangrijkste ww? zijn
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Elkaar vervangen? ja 
zijn = koppelwerkwoord, blijkt = hulpwerkwoord


Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Mijn grootouders zijn een maand langer in Thailand gebleven.




Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Mijn grootouders zijn een maand langer in Thailand gebleven.

Werkwoorden? zijn, gebleven



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Mijn grootouders zijn een maand langer in Thailand gebleven.

Werkwoorden? zijn, gebleven
Belangrijkste ww? gebleven



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Mijn grootouders zijn een maand langer in Thailand gebleven.

Werkwoorden? zijn, gebleven
Belangrijkste ww? gebleven
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Mijn grootouders zijn een maand langer in Thailand gebleven.

Werkwoorden? zijn, gebleven
Belangrijkste ww? gebleven
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Vervangbaar? Nee
gebleven = zelfstandig werkwoord


Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Mijn grootouders zijn een maand langer in Thailand gebleven.

Werkwoorden? zijn, gebleven
Belangrijkste ww? gebleven
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Ja
Vervangbaar? Nee
gebleven = zelfstandig werkwoord, zijn = hulpwerkwoord


Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Het veulen blijkt vannacht uit de wei te zijn verdwenen.



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Het veulen blijkt vannacht uit de wei te zijn verdwenen.

Werkwoorden? blijkt, zijn, verdwenen



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Het veulen blijkt vannacht uit de wei te zijn verdwenen.

Werkwoorden? blijkt, zijn, verdwenen
Belangrijkste ww? verdwenen



Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Het veulen blijkt vannacht uit de wei te zijn verdwenen.

Werkwoorden? blijkt, zijn, verdwenen
Belangrijkste ww? verdwenen
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Nee
verdwenen = zelfstandig werkwoord


Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 50 - Slide

This item has no instructions

Samen oefenen
Zin: 
Het veulen blijkt vannacht uit de wei te zijn verdwenen.

Werkwoorden? blijkt, zijn, verdwenen
Belangrijkste ww? verdwenen
Vorm van ZIJN, WORDEN, BLIJVEN? Nee
verdwenen = zelfstandig werkwoord, blijkt = hulpwerkwoord, zijn = hulpwerkwoord


Zinnen uit opdracht 12 (bladzijde 126)

Slide 51 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Wat? Opdracht 14 (bladzijde 126) - t/m het koppelwerkwoord.



Hoe? Alleen en in stilte. Je werkt in je eigen schrift
Hulp? Steek je vinger op en ik kom langs
Tijd? tot het einde van de les

Klaar? Haal het antwoordenblad op van mij bureau


Opdracht maken

Slide 52 - Slide

Leerlingen worden aan de slag gezet door middel van een visueel WHHTUK-model.