BS 3 Hart

Hart

Je kent de ruimtes en bloedvaten van het hart
Je kent de stroomroute van bloed door je hart
Je weet op welke plekken bloed zuurstofarm en zuurstofrijk is
1 / 45
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Hart

Je kent de ruimtes en bloedvaten van het hart
Je kent de stroomroute van bloed door je hart
Je weet op welke plekken bloed zuurstofarm en zuurstofrijk is

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Het Hart

4 ruimtes:

2 rechts en 2 links
2 boezems (bovenop)
2 kamers (onderop)

Slide 4 - Slide

Bloedvaten rond het hart
4 bloedvaten rondom het hart:

Gekoppeld aan de rechterboezem: Holle ader
Gekoppeld aan de linkerboezem: Longader
Gekoppeld aan de rechterkamer: Longslagader
Gekoppeld aan de linkerkamer: Aorta

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Kransaders en kransslagaders

Kransaders brengen zuurstofarm bloed vanaf het hart, weer terug naar de holle ader, zodat het weer naar de longen kan

Kransslagaders brengen zuurstofrijk bloed vanaf de aorta, naar het hart, zodat het hart weer zuurstof aan de cellen kan brengen

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Stroomroute kleine bloedsomloop

Begint rechterkamer --> Longslagader --> Longen --> Longader --> Linkerboezem

Slide 9 - Slide

Stroomroute grote bloedsomloop

Begint Linkerkamer--> Aorta--> Organen--> Holle ader --> Rechterboezem

Slide 10 - Slide

Stroomroute hele bloedsomloop


Begint rechterkamer --> Longslagader --> Longen --> Longader --> Linkerboezem --> Linkerkamer--> Aorta--> Organen--> Holle ader --> Rechterboezem

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Samentrekken Hart

Slide 13 - Slide

Welke ruimte van het hart, is het sterkst?
A
Rechterboezem
B
Linkerboezem
C
Linkerkamer
D
Rechterkamer

Slide 14 - Quiz

Kransslagaders brengen bloed naar het hart, is dit zuurstofarm of zuurstofrijk?
A
Zuurstofarm
B
Zuurstofrijk

Slide 15 - Quiz

Grote bloedsomloop
Kleine bloedsomloop
Organen
Rechterkamer
Rechterboezem
Longen
Linkerkamer
Linkerboezem
Aorta
Longslagader
Holle ader
Longader

Slide 16 - Drag question

Zuurstofarm
Zuurstofrijk
Beide
Organen
Rechterkamer
Rechterboezem
Longen
Linkerkamer
Linkerboezem
Aorta
Longslagader
Holle ader
Longader

Slide 17 - Drag question

In welk deel van het hart komt het zuurstofrijke bloed binnen?
A
Rechterboezem
B
Linkerboezem
C
Rechterkamer
D
Linkerkamer

Slide 18 - Quiz

Welke helft van je hart is het grootst?
A
De linkerhelft
B
De rechterhelft

Slide 19 - Quiz

Het hart krijgt zuurstof dankzij de...
A
Aorta
B
Longslagader
C
Holle ader
D
Kransslagaders

Slide 20 - Quiz

Hoe heet het bloedvat dat van het hart naar de longen gaat?
A
De bovenste holle ader
B
De aorta
C
De longslagader
D
De longader

Slide 21 - Quiz

Hoe heten de kleppen die in je hart zitten?
A
Bloedkleppen
B
Hartkleppen
C
Aderkleppen
D
Halvemaanvormige kleppen

Slide 22 - Quiz

Hoe voorziet het hart zichzelf van zuurstof en voedingsstoffen?
A
De stoffen worden vanzelf opgenomen uit het bloed in het hart
B
Door het bloed dat door de kransslagaderen gepompt wordt

Slide 23 - Quiz

Deze bloedvaten voeren bloed van het hart af
A
Slagaders
B
Haarvaten
C
Aders
D
Holle aders

Slide 24 - Quiz

Je ziet hier een afbeelding van het hart. Nummer 1 is ...
A
de rechter hartkamer
B
de rechter boezem
C
de linker hartkamer
D
de linkerboezem

Slide 25 - Quiz

Je ziet hier een afbeelding van het hart. Nummer 2 is ...
A
de rechter hartkamer
B
de rechter boezem
C
de linker hartkamer
D
de linkerboezem

Slide 26 - Quiz

hoeveel hartkleppen heeft het hart?
A
2
B
3
C
4
D
6

Slide 27 - Quiz

Je ziet hier een afbeelding van het hart. Nummer 10 is ...
A
de rechter hartkamer
B
de rechter boezem
C
de linker hartkamer
D
de linkerboezem

Slide 28 - Quiz

Je ziet hier een afbeelding van het hart. Nummer 9 is ...
A
de rechter hartkamer
B
de rechter boezem
C
de linker hartkamer
D
de linkerboezem

Slide 29 - Quiz

Je ziet hier een afbeelding van het hart. Nummer 4 is ...
A
de aorta
B
de onderste holle ader
C
de bovenste holle ader
D
de longslagader

Slide 30 - Quiz

In afbeelding 1 staat een hart weergegeven. Een aantal delen en bloedvaten staan aangegeven met cijfers.
Er worden twee beweringen gedaan over het hart in de afbeelding.
1. De delen 6 en 7 van het hart ontvangen bloed uit aders.
2. Het bloed dat het hart verlaat via bloedvat 3, komt het hart weer binnen via bloedvat 4.

Welke bewering is of welke zijn juist?

A
De beweringen zijn allebei onjuist
B
De beweringen zijn allebei juist
C
Alleen bewering 1 is juist
D
Alleen bewering 2 is juist

Slide 31 - Quiz


Een rode bloedcel die in de kleine bloedsomloop zuurstof heeft opgehaald gaat terug naar het hart.

In welk deel van het hart komt deze bloedcel als eerste terecht?

A
linkerboezem
B
linkerkamer
C
rechterboezem
D
rechterkamer

Slide 32 - Quiz

Zitten de boezems boven of onder in het hart?
A
boven
B
onder

Slide 33 - Quiz


Wat is de functie van het hart?
A
Alle organen voorzien van zuurstof
B
Alle organen voorzien van zuurstof en voedingsstoffen
C
Alle organen voorzien van voedingsstoffen
D
Alle organen voorzien van zuurstof, voedingsstoffen en koolstofdioxide

Slide 34 - Quiz

In de afbeelding is een doorsnede van het hart met aansluitende bloedvaten schematisch getekend.
Via welk van de genummerde bloedvaten komt zuurstofarm bloed het hart binnen?
A
Via bloedvat 1
B
Via bloedvat 2
C
Via bloedvat 3
D
Via bloedvat 4

Slide 35 - Quiz

Hoeveel kamers heeft het hart?
A
Drie
B
Vijf
C
Vier
D
Zes

Slide 36 - Quiz


Hiernaast zie je een afbeelding van het hart.
Waar bevindt zich zuurstofarm bloed?
A
1
B
2
C
4
D
5

Slide 37 - Quiz

Wat is de volgorde van de kleine bloedsomloop?
A
Hart - hersenen - hart
B
Hart - kleine tenen - hart
C
Hart - longen - hart
D
Hart - nieren - hart

Slide 38 - Quiz


De wanden van het hart
A
zijn overal even dik
B
zijn bij de linkerkamer dikker dan de rechterkamer
C
zijn bij de rechterkamer dikker dan bij de linkerkamer
D
zijn bij de boezems dikker dan bij de kamers

Slide 39 - Quiz


Het hart pompt zuurstofrijk bloed in de:
A
Longslagader
B
Longader
C
Aorta
D
Holle ader

Slide 40 - Quiz

Het hart brengt in de grote bloedsomloop het bloed naar de:
A
organen
B
longen

Slide 41 - Quiz

In de afbeelding is een doorsnede van het hart met aansluitende bloedvaten schematisch getekend.
Via welk van de genummerde bloedvaten komt zuurstofrijk bloed het hart binnen?
A
Via bloedvat 1
B
Via bloedvat 2
C
Via bloedvat 3
D
Via bloedvat 4

Slide 42 - Quiz

In de afbeelding is een doorsnede van het hart met aansluitende bloedvaten schematisch getekend.
Welk nummer geeft het deel van het hart aan dat het bloed in de longslagader pompt?
A
nummer 5
B
nummer 6
C
nummer 7
D
nummer 8

Slide 43 - Quiz

In welke richting pompt het hart het bloed?
A
orgaan 1
B
orgaan 2
C
orgaan 4

Slide 44 - Quiz

Bij de werking van het hart zijn drie fasen te onderscheiden. Tijdens welke fase staan de kleppen tussen de boezems en de kamers open?
A
Alleen tijdens de hartpauze
B
Alleen tijdens het samentrekken van de boezems
C
Alleen tijdens het samentrekken van de kamers
D
Zowel tijdens de hartpauze als tijdens het samentrekken van de boezems.

Slide 45 - Quiz