Grootheden en Eenheden

grootheden eenheden en meetinstrumenten

Praktijkopdracht:

1 / 20

Slide 1: Slide

NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

grootheden eenheden en meetinstrumenten

Praktijkopdracht:

Slide 1 - Slide

Bij het vak Nask hebben we vaak te maken met grootheden die we kunnen meten.

Voorbeelden hiervan zijn: lengte, tijd, temperatuur, massa en volume, geluidssterkte, toonhoogte.

Maak een foto waarop duidelijk te zien is om welke grootheid het gaat.

Maak duidelijk welke eenheden bij deze grootheid horen.

Laat zien hoe je deze grootheid kunt meten. (Foto’s of filmpje)

Je zet de informatie in een PowerPoint, Prezi, fotocollage (bv. picollage) of filmpje.

Het resultaat mail je naar

jhvan.dijk@wellant.nl

Slide 2 - Slide

Je gaat in een groepje van twee of drie leerlingen een presentatie maken over een grootheid en hoe je die kunt meten.

Slide 3 - Slide

Grootheden en Eenheden

Deze les hoort bij Hoofdstuk 1, paragraaf 1.3

Als je iets onduidelijk vindt:

Lees je dictaat/ leerboek
Kijk de video's
Vraag je docent

Slide 4 - Slide

Grootheden

De volgende grootheden zijn we tot nu toe tegen gekomen

Lengte
Massa
Tijd
Volume

Gewicht
Geluidssterkte
Toonhoogte
Temperatuur

Slide 5 - Slide

Meten van deze grootheden

We kunnen deze grootheden meten met de volgende meetinstrumenten:

Lengte ----> liniaal,meetlint

Massa ----> weegschaal en balans

Tijd ----> stopwatch

Volume/inhoud ----> maatcilinder

Temperatuur ----> thermometer

Geluidssterkte ----> decibelmeter

Slide 6 - Slide

Grootheid en Eenheid

Bij iedere grootheid hoort een standaardeenheid

Grootheid Standaardeenheid Afkorting

Tijd seconde s

Lengte meter m

Volume /Inhoud Liter L

Massa kilogram kg

Gewicht Newton N

Temperatuur graden Celsius C

Geluidssterkte decibel dB

Toonhoogte Hertz Hz

Slide 7 - Slide

Rekenen met eenheden

Massa

x 1000

------------------->

1 kilogram (kg) = 1000 gram (g)

<----------------

: 1000

Slide 8 - Slide

Opgaven massa

2,5 kg = ........................g (ram)

3,05 kg = ....................................g

560 g = ............................kg

4500 g = ..................................kg

Slide 9 - Slide

Rekenen met eenheden

Volume / Inhoud

x 1000

------------------>

1 Liter (L) = 1000 milliter (ml)

<-----------------

: 1000

Slide 10 - Slide

Opgaven inhoud/volume

3,4L = .....................................ml

2,1 L = ................................ml

350 ml = ..............................................L

6000 ml = .........................................L

Slide 11 - Slide

Wat je moet weten

1 Liter = 1 dm3

1 ml = 1 cm3

1 g = 1000 mg

Slide 12 - Slide

Huiswerk kgt/tl

par. 1.2 blz. 18 Hoe werkt een gasbrander.

Voor de praktijkles blz. 214 uit leerboek lezen.

Activiteitenboek A blz. 25, 26 en 27 vragen 2 t/m 13 maken.

Slide 13 - Slide

Welke afkorting heeft de eenheid temperatuur?

Slide 14 - Open question

Met welk meetinstrument meet je de grootheid Massa?

Slide 15 - Open question

Met een maatcilinder meet je de grootheid?

Slide 16 - Slide

Welke afkortingen heeft de eenheid
volume/ inhoud?

Slide 17 - Open question

Huiswerk Basis

Leren H1 blz. 25 par. 1.2 hoe werkt een gasbrander.

vragen maken blz. 25 en 26 no 6,7,8.

Par. 1.3 blz. 33,34,35,36,37 vragen 1 t/m 14 maken.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Grootheden en Eenheden

Maak de afsluitende toets .

Tekst

Slide 20 - Slide