Sätze, die man oft verwenden kann

Sätze, die man oft verwenden kann
1 / 45
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Sätze, die man oft verwenden kann

Slide 1 - Slide

mening, gevoel, vragen, antwoorden, discussie
Wie sagt man.....
13 vragen

Slide 2 - Slide

Hoe bedoel je dat?

Slide 3 - Open question

Hoe zie jij dat?

Slide 4 - Open question

Dat klopt!

Slide 5 - Open question

Dat kan natuurlijk niet.

Slide 6 - Open question

Das is mij te makkelijk gedacht.

Slide 7 - Open question

Je vergist je.

Slide 8 - Open question

Das begrijp ik.

Slide 9 - Open question

Welke argumenten heb je daarvoor?

Slide 10 - Open question

Het spijt mij dat...

Slide 11 - Open question

Ik herinner mij dat...

Slide 12 - Open question

Dat maakt mij niet uit.

Slide 13 - Open question

De hulp.

Slide 14 - Open question

De ontwikkeling.

Slide 15 - Open question

Eine These verteidigen
Wie sagt man.....
13 vragen

Slide 16 - Slide

vertellen

Slide 17 - Open question

pas

Slide 18 - Open question

ophouden, stoppen

Slide 19 - Open question

elke dag

Slide 20 - Open question

waar naartoe?

Slide 21 - Open question

waar vandaan?

Slide 22 - Open question

verkeerd

Slide 23 - Open question

soms

Slide 24 - Open question

enige

Slide 25 - Open question

zoals gebruikelijk

Slide 26 - Open question

hoewel

Slide 27 - Open question

op de een of andere manier

Slide 28 - Open question

onlangs

Slide 29 - Open question

top 100 Duits
Wie sagt man.....
9 vragen

Slide 30 - Slide

Ik ben ervoor / ertegen.

Slide 31 - Open question

Ik ben ervoor / ertegen.

Slide 32 - Open question

Ik vraag mij af, of...

Slide 33 - Open question

Dat is voor mij hetzelfde.

Slide 34 - Open question

Ten eerste... ten tweede...

Slide 35 - Open question

Ik bedoel iets anders.

Slide 36 - Open question

Wat zei je nou net?

Slide 37 - Open question

Ik kan niet op het juiste woord komen.

Slide 38 - Open question

Dat kan ik niet uitleggen.

Slide 39 - Open question

beweren

Slide 40 - Open question

beargumenteren

Slide 41 - Open question

Begrijp je niet wat ik bedoel?

Slide 42 - Open question

Nog even over...

Slide 43 - Open question

Zum Schluss

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide