Als iets echt zo gebeurd is en je kunt het controleren, dan spreken we van een feit.
Vind je persoonlijk dat iets of iemand zo is, dan spreken we van een mening.
1 / 30
next
Slide 1: Slide
maatschappelijke vormingSecundair onderwijs
This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Feiten en meningen
Als iets echt zo gebeurd is en je kunt het controleren, dan spreken we van een feit.
Vind je persoonlijk dat iets of iemand zo is, dan spreken we van een mening.
Slide 1 - Slide
Oefening 1: Feit of Mening?
Schrijf ook waarom?
Slide 2 - Slide
1)De orkaan Michael veroorzaakte in Amerika heel wat materiele schade.
Slide 3 - Open question
2) Het kapsel van koningin Mathilde is zeer modieus.
Slide 4 - Open question
3) De leerkracht geschiedenis kan heel goed vertellen.
Slide 5 - Open question
4) 1+1=2
Slide 6 - Open question
5) De kapper knipt het haar van zijn klanten.
Slide 7 - Open question
6) Wiskunde is tof.
Slide 8 - Open question
Oefening 2: Eigen mening geven
Er zijn 4 ondernemingen te zien. Jullie mogen jullie mening geven o.a vragen:
Vinden jullie dat een leuk bedrijf of niet?
Zeg ook waarom?
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Adidas:
Slide 11 - Open question
Slide 12 - Slide
Telenet:
Slide 13 - Open question
Slide 14 - Slide
Primark:
Slide 15 - Open question
Slide 16 - Slide
Instagram:
Slide 17 - Open question
Goederen en diensten
Een onderneming kan goederen maken en verkopen, of een dienst verlenen.
Een goed kun je vastpakken een gsm of een broodje.
Een dienst kun je niet vastpakken. Iemand doet iets voor je, bijvoorbeeld een gsm-abonnement.
Slide 18 - Slide
Oefening 3: Wat zijn goederen en diensten?
Slide 19 - Slide
1) Een cola bestellen in het cafe
A
Goederen
B
Diensten
Slide 20 - Quiz
2) Een eisje eten?
A
Goederen
B
Diensten
Slide 21 - Quiz
3) Les krijgen van je leerkracht?
A
Goederen
B
Diensten
Slide 22 - Quiz
4) Fruit kopen op de markt?
A
Goederen
B
Diensten
Slide 23 - Quiz
3 belangrijke woorden om te weten
Slide 24 - Slide
1)Profitsector
In deze sector trachten bedrijven in de eerste plaats om zoveel mogelijk winst te maken door bepaalde beslissingen te nemen.
Slide 25 - Slide
2)Non-profitsector
In deze sector zullen de organisaties zich op de eerste plaats inzetten voor de mensen, het milieu, de dieren enz. en ze zullen ze bijvoorbeeld stickers verkopen voor het Rode Kruis.
Slide 26 - Slide
3) Sociale sector
Sociale sector is een onderdeel van profitsector. Daartoe behoren onder andere ziekenhuizen, centra voor geestelijke gezondheidszorg, culturele centra, bibliotheken...
Slide 27 - Slide
Een kleine herhaling...
Slide 28 - Slide
Wat is het verschil tussen feit en mening?
Slide 29 - Mind map
Bedenk zelf een voorbeeld van een goed en van een dienst. Noteer jouw voorbeeld hieronder.