Fictie Analyse - Poëzie - Les 4 - Stijlfiguren

Leerdoelen
Aan het eind van de les...
kun je een eufemisme uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een understatement uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een hyperbool uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een litotes uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een repetitio uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een enumeratio uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een tautologie uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een pleonasme uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een contaminatie uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een climax uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een anti-climax uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een retorische vraag uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een antithese uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leerdoelen
Aan het eind van de les...
kun je een eufemisme uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een understatement uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een hyperbool uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een litotes uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een repetitio uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een enumeratio uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een tautologie uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een pleonasme uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een contaminatie uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een climax uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een anti-climax uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een retorische vraag uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een antithese uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.

Slide 1 - Slide


Dinsdag 6e uur vrij
Woensdag 2e uur vrij
Donderdag 4e uur vrij

Slide 2 - Poll

Eufemisme vs. Understatement

Slide 3 - Slide

Cristiano Ronaldo kan een aardig balletje trappen.

A
Eufemisme
B
Understatement

Slide 4 - Quiz

Zij is niet erg slim!
A
Eufemisme
B
Understatement

Slide 5 - Quiz

Zij hadden een woordenwisseling.
A
Eufemisme
B
Understatement

Slide 6 - Quiz

Een miljoen is een leuk zakcentje.
A
Eufemisme
B
Understatement

Slide 7 - Quiz

Litotes
  • Je ontkent het tegenovergestelde.

  1.  Dat is geen slecht idee! 
  2. Hij is niet achterlijk.
  3. Dat cijfer is niet verkeerd.
  4. Zij zijn niet vies van uit eten gaan.
  5. Dat was geen succes

Slide 8 - Slide

Hyperbool (en nog eens eufemisme)

Slide 9 - Slide

Repetitio
Repetitio: een herhaling

Plus geeft meer, veel meer.

Slide 10 - Slide

Enumeratio
Enumeratio = opsomming

Merel houdt van kersen, frambozen, aardbeien en bessen, kortom: van fruit.


Slide 11 - Slide

Opsomming in drieën 
Opsomming in drieën: een opsomming van drie woorden, zinsdelen of zinnen.

Nu wil ik geen gezeur meer: je bord leeg eten, de spullen in de vaatwasser en dan als de gesmeerde bliksem aan je huiswerk voor morgen.

Slide 12 - Slide

Pleonasme vs. Tautologie

Slide 13 - Slide

Contaminatie
Als je twee woorden of uitdrukkingen ten onrechte vermengt, spreek je van een contaminatie.

Voorbeelden:
Deze computer kost duur (kost veel of is duur).
Ik zal dat nachecken (nakijken of checken).
Hij kreeg ongenadeloos op zijn kop. (ongenadig of genadeloos)
Hij neemt in de klas altijd het hoogste woord (heeft het hoogste woord of het woord nemen).
Aan het eind van de partij legde hij het laatste loodje (het loodje leggen of de laatste loodjes wegen het zwaarst).

Slide 14 - Slide

Climax

Slide 15 - Slide

Anti-Climax

Slide 16 - Slide

Retorische vraag
Een vraag waar je eigenlijk het antwoord al op hebt of weet.
Verhuisd

Namen in mijn oude straat,
bordjes die er altijd waren.
Nog dezelfde buurvrouw staat
uit hetzelfde raam te staren.
Hoe zijn mensen toch in staat
om te blijven, alle jaren?

Willem Wilmink

Slide 17 - Slide

Antithese
Tegenstelling van begrippen
Voor jou zoek ik
De stilte in de storm
De zachtheid van graniet
In de nacht de opgaande zon
Het verdampen van verdriet
Jij bent voor mij
Een droom in de morgen
Het vierkant in het rond
Een stem in zwijgen verborgen
In de luister van je mond
Je verschuilt je achter
Een zuil van versteende hitte
Je diepgevroren glimlach
O, edelstenen ogenlicht
Je opwaardeert mijn dag
Je verdient
De kleur van vloeibaar goud
En glans van verre sterren
Je bevrijdt de warmte uit de kou
Van mijn hart in jouw volière

Slide 18 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van de les...
kun je een eufemisme uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een understatement uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een hyperbool uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een litotes uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een repetitio uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een enumeratio uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een tautologie uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een pleonasme uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een contaminatie uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een climax uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een anti-climax uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een retorische vraag uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.
kun je een antithese uitleggen en herkennen en benoemen in een zin/gedicht.

Slide 19 - Slide

Leerdoelen: check?!
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll