5.4 Economische globalisering - BASIS

Globalisering
5.4 Economische globalisering 

1 / 36
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Globalisering
5.4 Economische globalisering 

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je begrijpt waarom het voor de economie belangrijk is dat handelsgrenzen verdwijnen.
  • Je kunt uitleggen waarom het voor internationale bedrijven goedkoper is om de productieketen op te delen in stukken.
  • Kunt uitleggen waarom er een global shift ontstaat.
  • Weet waarom een brainport past bij een kenniseconomie.

Slide 2 - Slide

Grenzen verdwijnen

Samen lezen blz. 30
"Grenzen verdwijnen"

Slide 3 - Slide

1989: Val Berlijnse Muur
Weg met de Muur!!!
1990: Duitse eenwording

Slide 4 - Slide

Bij de WTO (Wereldhandelsorganisatie) zijn ruim 150 landen aangesloten. Eén van de taken van de WTO is om handelsbelemmeringen (protectiemaatregelen) op te heffen, oftewel vrijhandel te bevorderen.

Slide 5 - Slide

Belangrijkste handelsstromen

Slide 6 - Slide

Grenzen verdwijnen 

Slide 7 - Slide

Goedkoop
Samen lezen blz. 31
"Goedkoop"

Slide 8 - Slide

Multinationals = Bedrijf met vestigingen en/of fabrieken in meerdere landen. 
 Productieketen =  Alle schakels in het productieproces.  

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Productie keten

Slide 11 - Slide

Multinationals:
Bedrijven met vestigingen in verschillende landen.

Slide 12 - Slide

Made in ... ?
Samen lezen blz. 32
"Made in ... ?

Slide 13 - Slide

Made in...?
Nieuwe internationale arbeidsverdeling: iedere regio op de aarde heeft zijn eigen rol in de wereldeconomie. 

Global shift: verschuiving van VS/Eu naar Azië van fabrieken. 
Reden: lagere lonen. 

Slide 14 - Slide

Nieuwe internationale arbeidsverdeling
  • verdeling van de wereld in gebieden die zich specialiseren in het winnen van grondstoffen en het maken van producten van grondstoffen
Global shift --> producten die eerst in EU werden gemaakt, worden nu geproduceerd in landen met lage lonen
Producten komen aan op (lucht)havens in o.a. EU --> mainports

Slide 15 - Slide

Global shift






Begin de jaren 1900

Slide 16 - Slide

Global shift






Rond jaar 2000

Slide 17 - Slide







Goedkope arbeid

Slide 18 - Slide

Goedkope Chinese arbeid       

Slide 19 - Slide

Mainport
Goederen komen in NL door transport via containerschepen of vliegtuigen. 

Mainports: belangrijke havens voor internationale handel. 
VB in NL: Rotterdamse haven & Schiphol

Slide 20 - Slide

Geld verdienen door kennis
Samen lezen blz. 33
"Geld verdienen door kennis "

Slide 21 - Slide

Brainport
Kenniseconomie: gebieden waar de economie draait om het hebben van kennis. 

Brainport: een gebied waar veel hightechbedrijven, universiteiten en onderzoeksinstituten bij elkaar zitten. 
VB in NL: Eindhoven

Slide 22 - Slide

Geld verdienen door kennis
  • Veel fabrieken gaan naar China (productie-economie)
  • Nederland heeft veel slimme mensen (kenniseconomie)

Kenniseconomie:
Nederland verdient geld aan uitvindingen, applicaties en verbeteren van allerlei computers.
Bijv. het uitvinden van een nieuw soort synthetisch rubber.

Slide 23 - Slide

Aan de slag
Noteer in je agenda:
Leren blz. 22 t/ 33
Maken 5.4 opdr 1 t/m 8
Nu:
Maken 5.4 opdr 1 t/m 8 
Af: 
Maken herhaling blz. 34

Slide 24 - Slide

Quiz / Herhaling 5.3 en 5.4

Slide 25 - Slide

Wat is een gevolg van vrijhandel?
A
Concurrentie neemt toe
B
Concurrentie neemt af

Slide 26 - Quiz

Wat doet het WTO?
A
Deze organisatie dat zorgt voor meer handel in de wereld
B
Bedrijf dat zorgt voor handel in Europa

Slide 27 - Quiz

Schiphol is een voorbeeld van een..
A
Mainport
B
Brainport

Slide 28 - Quiz

Waarom worden veel producten in Zuid-oost Azië geproduceerd?
A
Omdat daar de kwaliteit beter is
B
Omdat daar de lonen lager liggen
C
Omdat het makkelijker is om te vervoeren

Slide 29 - Quiz

Hoe noem je handel zonder grenzen?
A
Vrijkoop
B
Vrijhandel
C
Vrijland
D
Vrijheid

Slide 30 - Quiz

Hoe noemen we gebieden waar handel niet draait om goederen maar om kennis?
A
Kennishandel
B
Kenniseconomie
C
Kennisquiz
D
Kennisbasis

Slide 31 - Quiz

De Zernike waar een groot deel van de RUG en de Hanze zitten is een voorbeeld van een..
A
Mainport
B
Brainport

Slide 32 - Quiz

Welk begrip past bij dit plaatje?
A
Productiehandel
B
Productieschema
C
Productieketen

Slide 33 - Quiz

De Technische Universiteit een voorbeeld van een..
A
Mainport
B
Brainport

Slide 34 - Quiz

De Rotterdamse haven is een voorbeeld van een..
A
Mainport
B
Brainport

Slide 35 - Quiz

Globalisering is ...
A
Het proces waarbij alle gebieden op de wereld steeds meer met elkaar verbonden worden.
B
Het geld dat alle inwoners van een land in een jaar samen verdienen.
C
Het maken van goederen met behulp van machines in een fabriek
D
Alle bedrijven die zich bezighouden met het verlenen van diensten.

Slide 36 - Quiz