This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Paragraaf 4.3
De Arabische stad
Slide 1 - Slide
Leerdoelen 4.3
- Je kunt de begrippen uit paragraaf 4.3 in eigen woorden uitleggen. - Je kunt ten minste drie verschillen noemen tussen de Medina en de Ville Nouvelle
- Je kunt verklaren waarom er segregatie voorkomt in steden. - Je begrijpt bron 3 op blz. 61 tekstboek.
Slide 2 - Slide
Herhaling 4.1
Slide 3 - Slide
Waar vind ik in Nederlandse steden over het algemeen de oudere woningen
A
In het centrum
B
Net buiten het centrum
C
Aan de rand van de stad
D
Nergens
Slide 4 - Quiz
Waarom daar?
Slide 5 - Open question
Wat is een verschil tussen en Europese stad en een Noord-Amerikaanse stad?
A
Europese steden hebben geen historisch centrum
B
Europese steden hebben geen haven.
C
Europese steden hebben wel een historisch centrum
D
Europese steden hebben geen militaire basis
Slide 6 - Quiz
Wat is het "centrum" van Noord-Amerikaanse steden?
A
CBD
B
Winkelcentra
C
Luchthaven
D
Treinstations
Slide 7 - Quiz
In deze les:
- Opbouw steden elders ter wereld. (m.n. Arabische steden)
- Verschil in stadsopbouw
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Map
Slide 11 - Map
Medina (oude deel)
- Oude cenrum met smalle straatjes.
- Kasteel, markt, moskee
- Gekoppeld aan armere bevolking (zie bron 3, blz. 61)
https://www.youtube.com/watch?v=5KAdf0SfQg4
Ville Nouvelle (nieuwe stad)
- Europese invloed
- Moderner - Gated Communities
- Ook gekoppeld aan “rijkere” bevolking (zie bron 3, blz. 61)
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Sloppenwijken:
- Arme bevolking - Urbanisatie -> nieuwkomers in de stad
- Illegale woonwijken (zelfgebouwd)
Gated Communities:
- Rijke bevolking
- Ommuurde woonwijken
- Geen contact met de "paupers".
- Veiligheid
Slide 14 - Slide
Opdracht 4
Slide 15 - Slide
Opdracht 5
Slide 16 - Slide
Paragraaf 4.5
‒ Je weet waarom de stad Shenzhen zo snel is gegroeid en kent de rol van de overheid daarbij.
‒ Je begrijpt de relatie tussen economische groei en migratie in de Parelrivierdelta.
‒ Je weet hoe Shenzhen met de snelle groei van de stad omgaat.
‒ Je begrijpt de relaties tussen functies en vorm van Shenzhen.
Slide 17 - Slide
Waar in China liggen de meeste steden?
A
Noorden
B
Oosten
C
Zuiden
D
Westen
Slide 18 - Quiz
Waarom liggen de steden daar?
A
Ligging aan een rivier
B
Ligging aan zee
C
Fijnste klimaat om te leven
Slide 19 - Quiz
Waarom kiezen veel bedrijven voor China?
A
Lage lonen
B
Weinig milieueisen
C
Goede kwaliteit spullen
D
Goede rechten voor de werknemers
Slide 20 - Quiz
In China vind ik geen ruimtelijke segregatie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Het gemiddelde inkomen van China is ongeveer ......... (US Dollar)
A
10.000
B
15.000
C
20.000
D
25.000
Slide 22 - Quiz
In China woont ongeveer ..... van de mensen in de stad