1.3 Grammaire partir en sortir

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

> je maakt kennis met de onregelmatige werkwoorden 'sortir' & 'partir'

> je weet hoe je ze moet vervoegen en hoe je ze in een zin kunt gebruiken.

> Répétition: persoonlijk voornaamwoord

> Explication: les verbes sortir et partir

> Faire: exercice 8 page 16-18

> Fini: faites les exercices supplémentaires

Je hoeft het filmpje niet helemaal af te kijken

Faites exercice 8 page 16 t/m 17 (20 min)

apprenez: Partir et sortir

fini? maak flitskaartjes van partir en sortir (apprendre 3 page 39) of: socrative: Mooi5719 + EIGEN naam!

Extra oefenen: Werken met 'Verbuga.eu'

Kies bij temps de présent en de passé composé

Kies sortir,partir, sentir werkwoorden

Klik op confirmer

Maak de opdrachten (je kunt eindeloos oefenen!)

Je kunt ook kiezen voor NL-FR!

Uitspraak partir

uitspraak sortir