1.3 Denken en doen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

1.3 Denken en doen

Leg je boeken, aantekeningenschrift en pen op tafel!

Korte herhaling

Het verleden indelen

• 10 tijdvakken
• 5 perioden

Wat kan je straks?

• Je kan uitleggen hoe boeren hun voorouders vereerden
  
• Je kan uitleggen waarom boeren goden in de natuur vereerden
  
• Je kan uitleggen welke kleine verschillen er waren tussen jager-verzamelaars
  
• Je kan uitleggen hoe verschillen tussen boeren groter werden
  

Verering van voorouders

3400 v.C.: boeren begonnen met het bouwen van de hunebedden

Waarom?

Ze geloofden in het leven na de dood (hiernamaals)

• Doden kregen daardoor ook bezittingen mee (sieraden, werktuigen en potten met eten en drinken)
  

Door de hunebedden weten we meer over hun cultuur (het denken en doen van een groep mensen)

Deze dia hoef je NIET over te nemen!!!

Kunst of geloof?

Ca. 5300 v.C. heeft iemand het Mannetje van Willemstad uit eikenhout gesneden

Nu moet je wel weer aantekeningen maken

Verering van goden in de natuur

Boeren vereerden gebeurtenissen in de natuur (Natuurgodsdienst)

Maar wat is de verklaring hierachter?

• Natuurgodsdiensten bestonden doordat mensen veel onbegrijpelijke dingen meemaakten, bijv. onweer of droogte.

Wat ken je tot nu?

1. Je kan uitleggen hoe boeren hun voorouders vereerden
2. Je kan uitleggen waarom boeren goden in de natuur vereerden

Kleine verschillen tussen jager-verzamelaars

➡ Waarom zo weinig verschil?

✔ Weinig bezittingen

✔ Erg afhankelijk van de groep

✔ Verschil in aanzien (waardering) was niet zo groot

✔ Een hoofdman had weinig macht over de groep

Grote verschillen tussen boeren

De verandering van het leven als jager-verzamelaars naar het leven als boeren was groot!

• Je had rijke en arme boeren in een landbouwsamenleving.
  
• Er kwam ongelijkheid in bezit, aanzien en macht.
  

Dit soort verschillen tussen mensen en groepen in een samenleving noemen we sociale verschillen.

• Boeren moesten met meer mensen rekening houden en afspraken maken

Aan de slag

Wat: Maak opdracht 1, 2a en b, 3, 5 en 6 van 1.3 op blz. 12-13 van je werkboek

Hoe: Je werkt alleen (zelfstandig)

Hulp: Handboek -> klasgenoot -> docent

Tijd: Tot het einde van de les

Resultaat: Je hebt de meeste opdrachten al gemaakt, waardoor je minder huiswerk hebt

Klaar?

• Maak 2c (dit wordt niet nagekeken, maar is wel erg leuk om te doen ;)
• Maak flashcards
• Leer de begrippen
• Lees een boek (niet op je telefoon of laptop)