Schrijfvaardigheid - les 2-3 - lezen, verhaal schrijven + GR lidwoorden

Welkom!
  • Lezen
  • Grammatica: lidwoorden (huiswerk)
  • Verhaal schrijven
1 / 15
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
  • Lezen
  • Grammatica: lidwoorden (huiswerk)
  • Verhaal schrijven

Slide 1 - Slide

Leesboek
Elke maandag: leesboek mee!

Slide 2 - Slide

Huiswerk (blz. 258)

Slide 3 - Slide

Pauze
Andere lestijden:
  • 10:40-11:20
  • Pauze
  • 11:35-12:20

Slide 4 - Slide

De basis van een verhaal
Een verhaal begint ergens, heeft een of meerdere hoofdpersonen, er gebeurt iets met hen en er komt een einde aan. 

Het plot van je verhaal: de verhaallijn, de kapstok van je verhaal.

Slide 5 - Slide

Het plot, in zeven stappen: 
  1. Er is een hoofdpersoon. Deze wil iets: hij heeft een doel, wens of een probleem.
  2. Hij moet in actie komen om doel te behalen of probleem op te lossen.
  3. Hij ondervindt weerstand (mensen die tegenwerken of obstakels).
  4. Er komen beschermers of helpers.
  5. Na allerlei gebeurtenissen nadert hij zijn doel. Tot het laatst blijft het spannend.
  6. Hij bereikt zijn doel/lost het probleem op. Of het loopt niet goed af!
  7. De hoofdpersoon is veranderd door de gebeurtenissen.

Slide 6 - Slide

Vraag
Wat is het plot in deze sprookjes?
  1. Assepoester
  2. Sneeuwwitje
  3. Hans en Grietje

Slide 7 - Slide

Aan de slag
Werk in je schrijfdossier.
Je gaat het begin van een verhaal schrijven. Het thema is 'misdaad'.
  1. Bedenk een hoofdpersoon. Geef een korte omschrijving.
  2. Bedenk het doel/wens/probleem van de hoofdpersoon. Schrijf op in één zin!
  3. Schrijf nu de eerste alinea('s) van het verhaal. (Ong. 100 woorden).

Slide 8 - Slide

Schrijf je oefenverhaal af
Werk in je schrijfdossier.
  • Je hebt al een hoofdpersoon en zijn probleem/wens/doel bedacht.
  • Werk de andere stappen van het plot uit in steekwoorden (stap 7 hoeft niet per se). 
  • Schrijf daarna je verhaal. Gebruik ongeveer 500-600 woorden. 
  • Moet volgende les = vrijdag, af zijn.

Slide 9 - Slide

Huiswerk
Schrijf je oefenverhaal af.

Elke les: lesboek + laptop mee!
Elke maandag: leesboek mee.

Slide 10 - Slide

Huiswerk: opd. 1, 2, 3 (blz. 125)
Opdracht 1
1 omgangsregeling
2 stadscentrum
3 eenmanszaak
4 bioscoopstoel
5 onweersbui
6 beroepsspeler
7 staatssteun
8 gevoelstemperatuur
9 passagiersschip
10 proteststem

Opdracht 2
1 zwijnenstal
2 groentesoep
3 bereleuk
4 spinnenweb
5 tarwebrood
6 koekenpan
7 zonnesteek
8 berenhol
9 geboortekaartje
10 invalidenplaats

Slide 11 - Slide


Zo bang als een...
A
beer
B
kwartel
C
vogel
D
wezel

Slide 12 - Quiz

Leesboek!

Slide 13 - Slide

Planning
t/m 6 april Sollicitatieproject
Vanaf 11 april Literatuur
17 april t/m 6 mei Meivakantie
2 juni Creatieve schrijfopdracht (PO)
Toetsweek (22-28 juni) Repetitie literatuur

Verder: leesboek lezen!

Slide 14 - Slide

Deel 1 - solliciteren en vacatures
Werk alleen. Overleggen mag.
Zoek op ELO het document 'Sollicitatieproject' op.
Maak in je Drive een map aan voor het sollicitatieproject (in je map Nederlands).
Maak daarin een document aan en werk de opdrachten van blz. 4 t/m 7 uit.

Slide 15 - Slide