Bi H4 Th7 Bs4 Veranderende ecosystemen

BS4: Veranderende ecosystemen
1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

BS4: Veranderende ecosystemen

Slide 1 - Slide

Wanneer ben je succesvol?

Slide 2 - Open question

Successie
De weg naar "succes" in de ecologie

Slide 3 - Slide

Na deze les kun je...
  • Beschrijven hoe successie verloopt in een ecosysteem
  • Het verschil benoemen tussen primaire en secundaire successie
  • Benoemen wat een indicatorsoort is
  • Beschrijven hoe in een ecosysteem twee stabiele evenwichten met een kantelpunt kunnen voorkomen -> doorschuiven naar volgende les?

Slide 4 - Slide

The road to succes

Slide 5 - Slide

Successie
Stap 1: kaal terrein

Slide 6 - Slide

Successie
Stap 1: kaal terrein
Stap 2: eerste plantjes kunnen erop leven*
Stap 3: kleine diertjes leven van de eerste plantjes (eerste ecosysteem)

*Vaak bestaande uit korstmossen op rots, of koolzaad op zand

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Pioniersecosysteem
  • Eerste ecosysteem op kaal terrein
  • Weinig verschillende soorten
  • Simpel voedselweb
  • Open kringloop
  • Biomassa neemt toe

Aantekening

Slide 9 - Slide

Welk van deze soorten verwacht je het eerst in een nieuw ecosysteem?
A
Lijsterbes
B
Vos
C
Koolmees
D
Paardenbloem

Slide 10 - Quiz

Zullen pionierssoorten hun zaden en stuifmeel verspreiden met de wind of met insecten?
A
Wind
B
Insecten

Slide 11 - Quiz

Successie
Stap 1: kaal terrein
Stap 2: eerste plantjes kunnen erop leven
Stap 3: kleine diertjes leven van de eerste plantjes (eerste ecosysteem)
Stap 4: door eerste begroeiing worden abiotische factoren minder extreem en ontstaat humus

Slide 12 - Slide

Humus
Na verloop van tijd sterven de eerste plantjes zoals korstmossen en ontstaat er een ondergrond van humus
Humus bestaat uit meer of minder vergane dode resten en reducenten. 


Slide 13 - Slide

Als individuen van 2 verschillende populaties lange tijd niet met elkaar voortplanten

Bijvoorbeeld door geografische isolatie zoals een rivier of bergketen
Aantekening
Humus = mix van organische & anorganische stoffen samen met reducenten in de bodem
Aantekening heb je al in Bs1 gemaakt

Slide 14 - Slide

Successie: pioniersecosysteem
Stap 1: kaal terrein
Stap 2: eerste plantjes kunnen erop leven
Stap 3: kleine diertjes leven van de eerste plantjes (eerste ecosysteem)
Stap 4: door eerste begroeiing worden abiotische factoren minder extreem en ontstaat humus


Slide 15 - Slide

Stel: je moet een jaar lang buiten slapen. Waar doe je dat dan liever?

Slide 16 - Poll

Successie: tussenfase
Stap 5: nieuwe plantensoorten kunnen leven op de humuslaag en verdringen de korstmossen en andere pionierssoorten

Slide 17 - Slide

Successie: tussenfase
Stap 5: nieuwe plantensoorten kunnen leven op de humuslaag en verdringen de korstmossen en andere pionierssoorten
Stap 6: nieuwe (vaak wat grotere) dieren volgen de nieuwe plantjes (het ecosysteem bereidt zich uit)

Slide 18 - Slide

Successie: tussenfase
Stap 5: nieuwe plantensoorten kunnen leven op de humuslaag en verdringen de korstmossen en andere pionierssoorten
Stap 6: nieuwe (vaak wat grotere) dieren volgen de nieuwe plantjes (het ecosysteem bereidt zich uit)
Stap 7: de abiotische factoren worden steeds minder extreem en de humuslaag groeit -> stappen 5 en 6 herhalen zich

Slide 19 - Slide

Successie
  • Opeenvolging van soorten die leidt tot een steeds complexer ecosysteem 
Aantekening

Slide 20 - Slide

Successie: climaxecosysteem
Stap 8: abiotische factoren blijven ongeveer gelijk. Er is daardoor geen wisseling meer van soorten. Het eindstadium van de successie is bereikt. 

Slide 21 - Slide

Climaxecosysteem
  • Eindstadium van successie
  • Geen (weinig) wisseling meer van soorten
  • Vaak complex voedselweb
  • Gesloten kringloop
  • Biomassa blijft gelijk
Aantekening

Slide 22 - Slide

Ook een climaxecosysteem

Slide 23 - Slide

Geen climaxecosysteem

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Voedselweb
Pioniersecosysteem
Climaxecosysteem
Biodiversiteit
Abiotische factoren
Eenvoudig
Ingewikkeld
Klein
Groot
Sterk wisselend
Stabiel

Slide 26 - Drag question

Oefenvraag 28 (blz. 149) werkplan maken
 

Eerder klaar? Vraag 25 wordt huiswerk

Slide 27 - Slide

4 punten voor een werkplanvraag
  1. Meerdere proefpersonen/dieren/plantjes 
  2. Verander slechts 1 factor per keer
  3. Houd alle andere omstandigheden gelijk
  4. Benoem wat en hoe je gaat meten

Slide 28 - Slide

  1. Meerdere proefpersonen/dieren/plantjes   
  2. Verander slechts 1 factor per keer     
  3. Houd alle andere omstandigheden gelijk
  4. Benoem wat en hoe je gaat meten 
  1. Haal op 10 plekken in de getijdezone 
  2. alle zeesterren weg, op 10 andere plekken laat je alles gelijk
  3. De overige omstandigheden laat je gelijk
  4. Meet na twee maanden (whatever) het aantal verschillende soorten op de plekken

Slide 29 - Slide

Welk ecosysteem heeft de dikste humuslaag?
Pioniersecosysteem
Loofbos in Nederland
Naaldbos in Noorwegen
Tropisch regenwoud in Colombia

Slide 30 - Poll

Loofbos Nederland
Naaldbos Noorwegen
Dunne strooisellaag
Dikke humuslaag
Dikke strooisellaag
Medium humuslaag

Slide 31 - Slide

In een tropisch regenwoud: 
  • zoveel soorten 
  • dode resten supersnel opgeruimd
  • mineralen weer supersnel opgenomen door planten 
Daarom juist dunne humuslaag

Slide 32 - Slide

Kale grond zonder humuslaag
Kale grond mét humuslaag
Climaxecosysteem
Primaire successie
Secundaire successie
Start:
Finish:

Slide 33 - Slide