Orale antidiabetici

• Verpleegkunde
• Secundair onderwijs

Orale antidiabetici

Inhoud

•  Terugblik / brainstorm
•  Medicatiekaartjes opstellen
•  Casussen 
•  Quiz
•  Reflectie 

Leerdoelen:

Je kunt de verschillende groepen orale antidiabetica benoemen

Je begrijpt werkingsmechanisme van elk type

Je linkt bijwerkingen aan de werking van het geneesmiddel

Je formuleert verpleegkundige aandachtspunten en observaties

Medicatiekaartjes 

VOORBEELD: 

Metformine (Biguanide)

Werking: .............................................................

Bijwerkingen: .............................................................

Verpleegkundige aandachtspunten: .............................................................

Medicatiekaartjes (2)

Casussen

1. Wat is de belangrijkste bijwerking van metformine?

1. Gewichtstoename
2. Hypoglycemie
3. Maag- en darmklachten
4. Slaperigheid

2. Welk oraal antidiabeticum verhoogt het risico op urineweginfecties?

1. Sulfonylurea
2. Metformine
3. SGLT2-remmer
4. DPP-4-remmer

3. Wat moet je als verpleegkundige controleren bij een patiënt die gliclazide neemt?

1. Nuchtere cholesterolwaarden
2. Lichaamstemperatuur
3. Regelmatige maaltijden en bloedsuiker
4. Ademhalingsfrequentie

4. Welke medicatiegroep stimuleert de afgifte van insuline, zelfs zonder maaltijd?

1. Metformine
2. Sulfonylurea
3. SGLT2-remmers
4. Incretinemimetica

5. Wat is GEEN verpleegkundige aanbeveling bij het gebruik van SGLT2-remmers?

1. Goede intieme hygiene
2. Genoeg water drinken
3. Medicatie altijd op lege maag nemen
4. Infectie signaleren in de urinewegen

Reflectie 

Wat neem je mee naar volgende stage over orale antidiabetica?