Par. 1.5 Revolutie in Amerika

Hoofdstuk 1 Pruiken en revoluties


Par. 1.5  Revolutie in Amerika

1 / 33
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 1 Pruiken en revoluties


Par. 1.5  Revolutie in Amerika

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat gaan we deze les doen?

Check huiswerk: 1 t/m 8 van paragraaf 1.4


Uitleg paragraaf 1.5 


Maken opdrachten paragraaf 1.5


Slide 3 - Slide

Wat is de belangrijkste baan van de wereld?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Onvrede in de Britse kolonies
1609: Eerste Britse kolonisten naar Amerika
Steeds meer kolonisten; dit zorgde voor 13 Britse kolonien
Groot-Brittanië liet de kolonisten zoveel mogelijk zelf beslissen


Slide 8 - Slide

Groot-Brittannië en Amerika
  • Het oosten van Noord-Amerika wordt een kolonie van Groot-Britannië 
  • Veel immigranten in de Britse kolonie.
  • Veel Amerikanen voelen geen verbondenheid met het Britse rijk.

Slide 9 - Slide

Amerikanen steeds bozer
Britse oning had geld nodig.

  1. Ze mochten alleen maar spullen kopen uit GB
  2. Ze moesten belasting betalen
  3. Ze mochten niet stemmen

Slide 10 - Slide

'Geen belasting zonder vertegenwoordiging'

Slide 11 - Slide

Boston Tea Party (1773)..
  • Britten drinken veel thee (300 liter p.p. per jaar)
  • Amerikanen drinken ook veel thee....
  • Britten gaan belasting op thee heffen.
  • --> gevolg: Amerikanen worden boos en gooien kratten thee van de Britse schepen.



Slide 12 - Slide

4 juli 1776:
  • Onafhankelijkheidsverklaring (geschreven door Thomas Jefferson)
  • Begin van de onafhankelijkheidsoorlog.
  • 1783: onafhankelijkheidsoorlog afgelopen. De onafhankelijkheid wordt uitgeroepen.


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

George Washington
Leider van de opstand.

1e president van Amerika

Slide 15 - Slide

George III (koning van G-B)

Slide 16 - Slide

Amerika wint!
Na een strijd van 5 jaar wint Amerika. Ze worden onafhankelijk.
Ze schrijven dan de Bill of Rights: grondrechten

Slide 17 - Slide

1783: onafhankelijkheidsverklaring
De founding fathers (de eerste leiders) maakten van de Verenigde Staten een federatie
Begrip: Een verbond van staten

Slide 18 - Slide

Verkiezingen en Bill of rights

President en congres door de bevolking gekozen

Bill of rights--. staan de grondrechten van de Amerikaanse burgers --> vrijheid van godsdienst, het recht op een eerlijk proces, verbod op wrede straffen

Slide 19 - Slide

Democratische revolutie
De Amerikaanse Revolutie was de eerste democratische revolutie
Begrip: Revolutie waarbij een democratische grondwet wordt ingevoerd
Meer rechten voor de bevolking

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

De Franse Revolutie speelde zich alleen in Parijs af.
A
Goed
B
Fout.

Slide 22 - Quiz

Wanneer eindigde Napoleon met een staatsgreep de Franse Revolutie?
A
1796
B
1799
C
1800
D
1805

Slide 23 - Quiz

wat waren de 3 ideeën van de Franse Revolutie?
A
vrijheid, slaven, broerschap
B
vrij hebben, gelijk hebben, broeders hebben
C
vrijheid, gelijkheid, broederschap
D
vrijheid, gelijkheid, broer

Slide 24 - Quiz

Waarmee begon de Franse Revolutie?
A
Belastingverhoging van de koning
B
Bestorming Bastille
C
onthoofding van de koning
D
vlucht van koning Lodewijk XIV

Slide 25 - Quiz

Welk ideaal van de Franse revolutie zorgde vooral voor tegenstand?
A
Wie niet luistert moet onder de guillotine
B
iedereen is gelijk
C
Je moet je naaste lief hebben
D
een dictatuur is het best

Slide 26 - Quiz

wat was het doel van de Franse revolutie?
A
meer macht voor het volk
B
meer macht voor de koning
C
meer macht voor de adel
D
meer macht voor de geestelijkheid

Slide 27 - Quiz

Wat waren abolitionisten?
A
slaven
B
mensen die de slavernij wilden afschaffen
C
slavenhouders
D
mensen die de slavernij wilden handhaven

Slide 28 - Quiz

Wanneer werd de slavernij in Nederland afgeschaft?
A
1963
B
1583
C
1863
D
1977

Slide 29 - Quiz

22. Aan welke revolutie maakte Napoleon een einde?
A
Bataafse Revolutie
B
Amerikaanse revolutie
C
Franse Revolutie
D
agrarische revolutie

Slide 30 - Quiz

Welk begrip of persoon hoort niet bij de Bataafse Revolutie?
A
Patriot
B
Orangist
C
Lodewijk Napoleon
D
Willem III

Slide 31 - Quiz

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 32 - Open question

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 33 - Open question