4D1a Les 1 Periode 4 Terugblik en doel gesprekken

1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Wat betekent LSD?
A
Luisteren, spreken, doorzetten
B
Luisteren, selecteren, domineren
C
Luisteren, samenvatten, doorvragen
D
Een snoepje

Slide 12 - Quiz

Welke vraag is in LSD een goed voorbeeld bij 'S'?
A
Dus wat wilt u nu eigenlijk?
B
Dus u bent ontevreden over onze service?
C
Dus u wilt koffie?
D
Wat is er aan de hand?

Slide 13 - Quiz

Gesprekken

Slide 14 - Slide

Communiceren
  • Omgeving
  • Luisteren
  • Houding
  • Vragen   
  • LSD 
  • Spreektempo 
  • Verstaanbaarheid        

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

1. Welke bewering past het beste bij baliemedewerkster Lisette in de openingsscene van deze aflevering?
A
De baliemedewerkster ziet er niet representatief en verzorgd uit.
B
De baliemedewerkster neemt een gastvrije, vriendelijke houding aan.
C
De baliemedewerkster vraagt zodra Arie Linx binnenkomt of zij hem ergens mee kan helpen.
D
De baliemedewerkster realiseert zich niet dat zij het visitekaartje is van het bedrijf waarvoor zij werkt.

Slide 18 - Quiz

2. Arie Links komt voor de directeur van Startbaan. Wat is het probleem?
A
De heer Smith komt niet voor in het computersysteem .
B
Arie weet niet meer precies hoe laat hij een gesprek met de heer Smith heeft.
C
De heer Smith is de deur uit voor een andere afspraak.
D
Er staan zoveel 'Smith' in de computer, dat Arie echt niet weet bij wie hij moet zijn.

Slide 19 - Quiz

3. Wat is de voornaamste reden voor Arie om de baliemedewerkster te verzoeken er een collega bij te halen?
A
Arie wil graag iemand met meer ervaring spreken.
B
Arie begint zijn geduld te verliezen en wil nu direct goed geholpen worden.
C
Arie vindt de baliemedewerkster zeer onbeschoft.
D
Arie ziet dat de baliemedewerkster heel zenuwachtig is en hij heeft met haar te doen.

Slide 20 - Quiz

4. Hoe reageert de baliemedewerkster op het handelen van haar collega?
A
Lisette let goed op en probeert van haar collega te leren.
B
Lisette loopt weg, omdat ze toch niet langer nodig is.
C
Lisette blijft wel staan kijken, maar gedraagt zich onverschillig.
D
Lisette schaamt zich en staart naar de grond.

Slide 21 - Quiz

5. Hoe komt het dat Arie zich door de tweede baliemedewerkster wel serieus genomen voelt?
A
De tweede baliemedewerkster stelt zich voor en geeft Arie een hand.
B
De tweede baliemedewerkster brengt hem naar de directeur.
C
De tweede baliemedewerkster stuurt de andere medewerkster weg voordat zij Arie helpt.
D
De tweede baliemedewerkster begroet Arie en helpt hem op een professionele manier.

Slide 22 - Quiz

6. Wat doet de tweede baliemedewerkster om Arie zo snel mogelijk met de heer Smith in contact te brengen?
A
Zij legt aan Arie uit in welke vergaderzaal de heer Smith op hem zit te wachten.
B
Zij zoekt telefonisch uit waar de heer Smith is en laat hem ophalen door de eerste baliemedewerkster.
C
Zij loopt zelf naar de kamer van de heer Smith om hem op de komst van Arie te wijzen.
D
Zij brengt Arie naar de vergaderzaal waar de heer Smith op hem zit te wachten.

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Vond je deze les zinvol?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Huiswerk:

Studiemeter 3F Taalverzorging – Start met Woordenschat
Lees in het handboek Deel 4 H1: blz. 90 t/m 93
(WB blz. 115: opdr. 9 is in de klas gemaakt).

Slide 26 - Slide