This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
16.2 Stikstofkringloop
Slide 1 - Slide
leerdoelen
planten nemen stikstof op NO3- en NH4+ voor vorming eiwitten
Sommige planten leven in symbiose met bacteriën die N2 uit de atmosfeer opnemen
stikstofrijke planten worden door de boer gebruikt om de bodem te bemesten (groenbemesting)
Slide 2 - Slide
In welke groep kun je de afvaleters indelen?
A
producenten
B
consumenten
C
reducenten
D
bij geen enkele groep
Slide 3 - Quiz
Wat stellen de pijlen met de nummers 5, 7 en 10 voor?
A
dissimilatie
B
assimilatie
C
afsterven van de organismen
D
fotosynthese
Slide 4 - Quiz
Welk nummer of welke nummers kun je plaatsen bij het proces fotosynthese?
A
alleen nummer 1
B
alleen nummer 6
C
nummer 1 en 6
D
nummer 1, 3 en 6
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
BINAS 93G
Slide 7 - Slide
Stikstofkringloop - belangrijke begrippen
Stikstofgas: N2
Nitraat: NO3-
Nitriet: NO2-
Ammoniak: NH3
Ammonium: NH4+
Aeroob: met zuurstof (O2)
Anaeroob: zonder zuurstof (O2)
Slide 8 - Slide
Welke van de volgende stoffen bevat stikstof ?
A
alleen nitraat
B
alleen nitraat en eiwitten
C
ammonium, nitraat, nitriet en eiwitten
D
ammonium, glucose, nitraat en nitriet
Slide 9 - Quiz
Welke van de volgende stoffen worden door de plant opgenomen die stikstof bevatten ?
A
nitraat
B
nitraat en nitriet
C
nitraat en ammonium
D
aminozuren, nitraat en ammonium
Slide 10 - Quiz
Ammonificatie:
omzetten van organische stikstofverbindingen in ammonium (NH4+) en ammoniak (NH3)
gebeurt door rottingsbacteriën
anaeroob
Slide 11 - Slide
Nitrificatie:
omzetten van ammoniak (NH3) en ammonium (NH4+) in nitriet (NO2- ) en van nitriet tot nitraat (NO3- )
gebeurt door nitrificerende bacteriën
in zuurstofrijke omstandigheden (aeroob)
dit proces noem je chemosynthese: chemische energie gebruiken voor het maken van organische stoffen. Deze bacteriën zijn chemo-autotroof
Slide 12 - Slide
Stikstofassimilatie:
planten halen met hun wortels nitraat (NO3- ) en ammonium (NH4+) uit de grond
van dit stikstof maken ze aminozuren en eiwitten
Slide 13 - Slide
Denitrificatie:
omzetten van nitraat (NO3-) in stikstofgas (N2)
gebeurt door denitrificerende bacteriën
gebeurt in zuurstofarme bodem (anaeroob)
Slide 14 - Slide
Stikstoffixatie:
omzetten van stikstofgas (N2) in stikstofverbindingen die door planten gebruikt kunnen worden, bijvoorbeeld ammonium (NH4+)
gebeurt door stikstofbindende bacteriën
anaeroob
Slide 15 - Slide
Stikstoffixatie:
effect van knolletjesbacteriën op plantengroei
veel vlinderbloemige planten leven in symbiose met stikstofbindende bacteriën van het geslacht Rhyzobium
deze bacteriën leven in wortelknolletjes en fixeren stikstof voor de plant. In ruil daarvoor krijgen ze glucose van de plant
Slide 16 - Slide
Stel je bent een spruitjesteler....
Slide 17 - Slide
Je hebt grond met genoeg voedingsstoffen nodig. Je kiest ervoor om kunstmest/stalmest te gebruiken. Welke stof zit hierin die de planten vooral nodig hebben?
Slide 18 - Open question
Is voor nitrificatie door nitrificerende bacteriën zuurstof nodig? En voor denitrificatie?
A
alleen voor nitrificatie
B
alleen voor denitrificatie
C
voor zowel nitrificatie als voor denitrificatie
D
voor geen van beide processen is zuurstof nodig
Slide 19 - Quiz
Bij de afbraak van eiwitten door rottingsbacteriën ontstaat?
A
Ammoniak en CO2
B
Ureum en ammoniak
C
CO2 en N2
D
Ureum en CO2
Slide 20 - Quiz
Welke functie hebben de bacteriën in de wortelknolletjes van vlinderbloemige planten?
A
Het omzetten van
nitraat in nitriet.
B
Het binden van de N2
uit de lucht.
C
Het omzetten van
nitraat in N2.
D
De vorming van nitraat uit ammoniak en ammoniumzouten.