Taal thema 2, les 3 eten en drinken

• Taal
• Basisschool
• Groep 8

Lesdoel

Ik weet wat de woorden en uitdrukkingen over eten en drinken betekenen.

de amuse

een klein hapje dat je vooraf of tussen twee gangen

  door krijgt.

Het diner in het restaurant begon met een kleine amuse.

de gang

een deel van de maaltijd

Het diner bestond uit drie gangen. Een voor-, hoofd- en nagerecht.

de delicatesse

lekker en bijzonder eten

Sommige mensen vinden oesters een delicatesse.

de etagère

boven elkaar geplaatste borden in een rekje waar je
  kleine hapjes mee opdient.

De gebakjes werden mooi geserveerd op een etagère.

de recensie

een stukje tekst waarin de mening staat van iemand die er verstand van heeft.

Die man vond het eten heel lekker, dus hij heeft een goede recensie geschreven.

de cocktailprikker

Een houten stokje waaraan je een hapje prikt.

het plateau

een hoog blad waarop bijvoorbeeld eten ligt.

de kost

een ander woord voor voedsel

De hond in de pot vinden.

Te laat komen, waardoor het eten al op is. 

Roet in het eten gooien

De plannen of een gebeurtenis verpesten.

De appel valt niet ver van de boom.

Kinderen lijken in hun gedrag vaak op hun ouders.

Zelfs in de lekkerste appeltaart zit wel een pit.

Over alles is wel iets negatiefs te zeggen.