L3.3 - 18-01 English online 5

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

English

Theme 4 - After school

Doel:

Ik ken de juiste zinsopbouw

Ik ken zinnetjes over 'sidejobs'

Ik kan praten over geld verdienen / uitgeven

Kies de juiste volgorde

1. Wie - doet - waar - wat - wanneer
2. Wie - doet - waar - wanneer - wat
3. Wie - doet - wat - wanneer - waar
4. Wie - doet - wat - waar - wanneer

Sidejobs / Careers

What do you spend your money on?

Today

• Homework
  

•  Exercise: 23-24-26
• Grammar 9
• Exercise: 27-28
  

Homework

Maken: Opdracht 18 t/m 22  (bz.15-18)

Leren: Vocabulary A t/m D

Hand in in ELO

Nakijkblad is nu 'live'

Reading - Speaking & writing

Maken opdracht 24-26

Opdracht 23 (blz.18) -  Bestudeer Stone 10 op blz. 70. Zoek de juiste zin. Schrijf op.

Opdracht 24 (blz.18) – Schrijf op hoe je reageert. Gebruik Stone 10 op blz. 70.

Opdracht 26 (blz. 18/19) – Schrijf een reactie 60-80 woorden. Gebruik Stone 10 op blz. 70.

Bekijk de video: Grammar 9. Maak opdracht 27-28

Opdracht 27 (blz.20) – Bestudeer Grammar 9 op blz. 71. Omcirkel de juiste werkwoordsvorm.

Opdracht 28 (Blz. 21) – Bestudeer Grammar 9 op blz. 71. Vul de juiste werkwoordsvorm in.

Leren: Vocabulary A t/m G op blz. 73/74

Stone 10 P. 70

Exercise 23 P. 18

Exercise 24

P. 18

Exercise 26

P. 18/19

Grammar 9 P. 71

Bekijk de clip hieronder (0:57)

This video is no longer available

Welke video was dit?

Present simple

(tegenwoordige tijd)

Hoe ziet dit eruit?

Present continuous

(duurvorm tegenwoordige tijd)

Hoe ziet dit eruit?

Habits

Gewoontes

Facts

Feiten

Regelmatig

Bij activiteiten die regelmatig gebeuren.

Bijvoorbeel: I play soccer every saturday

Let op de bijwoorden van frequentie!

deze geven aan hoe vaak iets gebeurt

To be + werkwoord + ing

Je maakt de present continuous met een vorm van: to be + hele werkwoord + ing.

Bijvoorbeeld: He is playing on his guitar

Nu aan de gang

De present continous gebruik je om aan te geven dat iets NU aan de gang is. 

Bijvoorbeeld: The man is walking his dog -  De man laat zijn hond uit.

Dit gebeurt op dat moment.

Irritaties

Bij irritraties gebruik je ook de present continuous

Bijvoorbeeld:v He keeps walking on ther grass!

Werkwoord (+s)

Bij de present simple gebruik je het hele werkwoord (stam)

Bij: I / you / we / they gebruik je het hele werkwoord

Let op! Bij: She / He / It komt er een 's' achter (werkwoord+s)

Anne normaly ……………… at the bakery.

1. works
2. is working

She usually ………………. her homework before dinner.

1. does
2. is doing

James and Eric ………………. tennis right now.

1. plays
2. are playing

Exercise 27

Exercise 28

Grammar 9

Reading - Speaking & writing

Maken opdracht 24-26

Opdracht 23 (blz.18) -  Bestudeer Stone 10 op blz. 70. Zoek de juiste zin. Schrijf op.

Opdracht 24 (blz.18) – Schrijf op hoe je reageert. Gebruik Stone 10 op blz. 70.

Opdracht 26 (blz. 18/19) – Schrijf een reactie 60-80 woorden. Gebruik Stone 10 op blz. 70.

Bekijk de video: Grammar 9. Maak opdracht 27-28

Opdracht 27 (blz.20) – Bestudeer Grammar 9 op blz. 71. Omcirkel de juiste werkwoordsvorm.

Opdracht 28 (Blz. 21) – Bestudeer Grammar 9 op blz. 71. Vul de juiste werkwoordsvorm in.

Leren: Vocabulary A t/m G op blz. 73/74

Extra oefening: To be - Quizlet

Next lesson

• Think about your dreamjob
• What is important in a job for you?
• What makes that job so special?

AM

ARE

IS

you

we

they

he

I

she

it

  Tim

Janine

Britt &

Thomas

Practice L3.3

• Oefen de woorden met Quizlet

https://quizlet.com/_9anmwd?x=1qqt&i=31s4m1

Present Continuous vs Present simple