7.1: Ontstaan van de mens

Hoofdstuk 7 Evolutie
Paragraaf 1 Theorieen over de ontwikkeling van het leven 
1 / 27
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 7 Evolutie
Paragraaf 1 Theorieen over de ontwikkeling van het leven 

Slide 1 - Slide

Programma
  • Leerdoelen
  • Bibliotheek-tijd
  • Controle vragen
  • Uitleg of zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  1. Je beschrijft hoe de diversiteit aan levende wezens is ontstaan volgens het creationisme en volgens de evolutietheorieën van Lamarck en Darwin. 
  2. Je beschrijft de evolutie van de mens volgens gangbare wetenschappelijke ideeen. --> presentatie aanvullen! 

Slide 3 - Slide

Bibliotheektijd
Lezen blz. 215-217
timer
7:00

Slide 4 - Slide

'Na iedere natuurramp vond er weer een nieuwe schepping plaats'. Deze uitspraak past bij.....
A
Creationisme
B
De theorie van Cuvier
C
De theorie van Lamarck
D
De theorie van Darwin

Slide 5 - Quiz

Deze afbeelding is een voorbeeld van......
A
Creationisme
B
De evolutietheorie van Darwin
C
De evolutietheorie van Lamarck
D
Neodarwinisme

Slide 6 - Quiz

De ontdekking van ..... en .... hebben de evolutietheorie een moleculaire onderbouwing gegeven. Die aanvullingen op de evolutietheorie van Darwin vormen de basis voor de neodarwinistische theorie. Welke twee woorden ontbreken ...

Slide 7 - Open question

Waarom wordt mitochondriaal DNA gebruikt om de herkomst te bepalen van een recente gemeenschappelijke vrouwelijke voorouder.
A
Alleen vrouwen hebben mitochondriaal DNA
B
Alleen vrouwen kunnen mitochondriaal DNA doorgeven aan nakomelingen
C
Het mitochondriaal DNA van mannen bevat meer mutaties
D
Vrouwen hebben twee X-chromosomen

Slide 8 - Quiz

Ontwikkeling van het leven: de verschillende theorieën
  1. Scheppingstheorie/Creationisme (Bijbel)
  2. Catastrofetheorie (Cuvier 1768-1832)
  3. Transformatietheorie (Lamarck 1744-1829)
  4. Evolutie door selectie (Darwin 1809-1882)

Slide 9 - Slide

Als vragen goed gingen... keuze...
  1. Zelf aan de slag met de planner op Its Learning
  2. Eerst meedoen met uitleg, daarna verwerken

Slide 10 - Slide

Ontwikkeling van het leven: de verschillende theorieën
  1. Scheppingstheorie/Creationisme (Bijbel)
  2. Catastrofetheorie (Cuvier 1768-1832)
  3. Transformatietheorie (Lamarck 1744 - 1829)
  4. Evolutie door selectie (Darwin 1809 - 1882)

Slide 11 - Slide

Schepping
  • Gebaseerd op Genesis (bijbel)
  • God schiep de aarde en al het leven
  • Soorten veranderen niet want God heeft ze geschapen zoals ze zijn (Creationisme)
  • Intelligent design: Levende organismen zitten (moleculair) zo complex in elkaar dat ze ontworpen moeten zijn. (voorbeeld: bloedstollingscascade)

Slide 12 - Slide

Bloedstollings-cascade

Doel van de cascade: voorkomen van onnodig bloedverlies, voorkomen van bloedstolsels

Slide 13 - Slide

Catastrofetheorie
(Cuvier 1769-1832)
Cuvier probeerde te verklaren waarom fossielen uit afzettingslagen niet lijken op de levende organismen in het gebied (geologie).

Theorie: Door catastrofe evenementen (natuurrampen) verdwijnen alle organismen in het getroffen gebied. Door nieuwe schepping ontstaan er nieuwe soorten in het gebied.

Past binnen het scheppingsverhaal (creationisme)

Slide 14 - Slide

Transformatietheorie (Lamarck 1744-1829)
In de 18e eeuw -> soorten veranderen wel!

Lamarck (1809) komt met de eerste evolutietheorie: 
  • Fossielen uit verschillende lagen vertonen overeenkomsten in lichaamsbouw -> maakte een stamboom
  • Theorie: tijdens het leven verworven eigenschappen worden doorgegeven aan de nakomelingen (erfelijkheid)

Slide 15 - Slide

Evolutie door selectie (Darwin 1809 - 1882)
Darwin komt in 1859 met een nieuwe evolutietheorie door de volgende inzichten: 
  • Er is variatie tussen individuen van een populatie 
  • Twaalf verschillende soorten Galápagosvinken op de verschillende Galápagos eilanden
  • Eilanden hebben verschillende leefomstandigheden (type voedsel)
  • Iedere soort specifiek aangepast aan de leefomstandigheden van het eiland

Slide 16 - Slide

Galapagos vinken

Slide 17 - Slide

Evolutie door selectie (Darwin 1809 - 1882)
Darwins evolutietheorie: 'The origins of species' (1859)

De omgeving oefent een selectie uit op de populatie. De individuen (vinken) die het best zijn aangepast aan de leefomstandigheden (type voedsel) overleven het langst en planten zich meer voort. De populatie bestaat voornamelijk uit individuen die goed zijn aangepast aan het type voedsel dat te vinden is.

Slide 18 - Slide

4 principes van Darwin
1. Er is individuele variatie binnen een soort
2. Er is een strijd om voorzieningen tussen individuen (voedsel, voortplantingspartners, ruimte om te nestelen etc.)
3. De variatie binnen een soort levert sommige individuen een voordeel op t.o.v. andere individuen
4. Eigenschappen worden doorgegeven aan de nakomelingen

Slide 19 - Slide

Neodarwinisme
Darwin kon geen verklaring geven voor de manier waarop eigenschappen worden doorgegeven.

De erfelijkheidswetten van Mendel en de ontdekkingen van DNA, mutaties, en recombinatie van allelen gaven hier wel een verklaring voor. Zij vulden de evolutietheorie van Darwin aan en zijn verwerkt in de huidige neodarwinistische evolutietheorie





Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Wat is het antwoord van de vraag op de vorige slide?

Slide 22 - Open question

Verwerken
  • Ga naar de planner op It's Learning en maak de opdrachten bij de les: Ontstaan van de mens (Paragraaf 7.1).
    -> Basis: in ieder geval
    -> Extra hulp: als je denkt de leerdoelen nog niet te beheersen.
    -> Verdieping: bij uitdaging of ter oefening van toets/examenvragen.
  • Kijk de gemaakte opdrachten ook na. De antwoorden staan in Its Learning onder content (hoofdstuk 7).

Slide 23 - Slide

College over evolutie door Freek Vonk:

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Link

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video