present simple and present continuous

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k, havo
• Leerjaar 1

Present Continuous

Uitleg en oefenen

1. Ik weet wat de Present Continuous is.

• duurvorm / -ingvorm
• je vertaalt het met 'aan het .....'
  

2. Ik kan de Present Continuous maken.

to be (zijn)

AM

ARE

IS

werkwoord

ING

+

+

3. Ik weet wanneer ik de Present Continuous gebruik.

• now / at the moment / listen, ..... / look, .....
  
• de handeling duurt even (aan het praten, aan het slapen, aan het lezen, etc.)
  

Oh ja!

sommige werkwoorden eindigen op een 'stomme e'

(je schrijft hem wel maar je hoort hem niet)

move - moving

drive - driving

hope - hoping

make - making

Oh ja! Oh ja!

sommige werkwoorden krijgen een verdubbeling van de medeklinker

run - running

plan - planning

swim - swimming

stop - stopping

Present Continuous vs Present simple

Choose the Present Continuous.

Listen! The birds ___ a song!

1. sing
2. singing
3. are sing
4. are singing

Choose the Present Continuous.

Our teacher ___ the grammar.

1. explains
2. is explain
3. explaining
4. is explaining

Choose the Present Continuous.

When ___ for vacation?

1. are we leaving
2. are we leave
3. we leaving
4. we leave

Bij welke woorden moet je de Present Continuous gebruiken?

Let op meerdere antwoorden mogelijk!

1. At the moment
2. Every Saturday
3. Now!
4. Often

What is happening?

https: