H2 par 1-10 begrippen

Amsterdam is een voorbeeld van
A
Concentrisch groeimodel
B
Sector groeimodel
C
Meerkernen groeimodel
D
Historisch groeimodel
1 / 25
next
Slide 1: Quiz
Aardrijkskunde GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Amsterdam is een voorbeeld van
A
Concentrisch groeimodel
B
Sector groeimodel
C
Meerkernen groeimodel
D
Historisch groeimodel

Slide 1 - Quiz

Lelystad is een voorbeeld van
A
Concentrisch groeimodel
B
Sector groeimodel
C
Meerkernen groeimodel
D
Historisch groeimodel

Slide 2 - Quiz

Stad 
Agglomeratie
Stedelijke zone
Klein oppervlak
Groter oppervlak
Grootste oppervlak

Slide 3 - Drag question

De Randstad is een voorbeeld van een
A
Historische stad
B
Agglomeratie
C
Stedelijke zone

Slide 4 - Quiz

De hoeveelheid klanten die een winkel nodig heeft om te bestaan, noem je
A
Reikwijdte
B
Drempelwaarde
C
Verzorgingsgebied

Slide 5 - Quiz

De reikwijdte van een pianowinkel is groter/kleiner dan die van een bakkerij.
A
Groter
B
Kleiner

Slide 6 - Quiz

Welke uitspraak hoort bij het verzorgingsgebied van de Pathé Haarlem?
A
Klanten komen uit Haarlem en omgeving
B
De reikwijdte is de stad Haarlem
C
De drempelwaarde is 125 klanten per dag

Slide 7 - Quiz

Ruimtelijke ordening gaat over het inrichten van de ruimte.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Over een bestemmingsplan kan je als inwoner stemmen, dit heet inspraak.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Door het bouwen van extra huizen in de stad, neemt de mobiliteit af/toe (1) Hierdoor neemt de congestie af/toe (2)
A
1 = af / 2 = af
B
1 = af / 2 = toe
C
1 = toe / 2 = af
D
1 = toe / 2 = toe

Slide 10 - Quiz

Door de een-kind-politiek werd dit een groot probleem:
A
Er zijn teveel vrouwen in China, mannen kunnen niet trouwen.
B
Enorme vergrijzing! Te weinig mensen om al het werk te doen.
C
Kinderen zitten met te weinig op school, die moeten sluiten.

Slide 11 - Quiz

Forensisme komt in China niet voor tussen het lege westen en het drukke oosten. Welke uitspraak is juist?
A
De Chinese regering bouwt voor iedereen een huis in het westen.
B
De afstand tussen oost en west is te groot om elke dag te reizen.
C
Er ontstaat een eindeloze braindrain van oost naar west.

Slide 12 - Quiz

Een bewijs van waar je geboren bent (platteland/stad) noem je een
A
Hutong
B
Urbanisatie
C
Hukou
D
Suburbanisatie

Slide 13 - Quiz

Oorzaak:
Gevolg:
Hutongs  verdwijnen
Uitbreiding OV
Toename congestie
Hoogbouw neerzetten
Mobiliteit vergroot
Stijgende welvaart

Slide 14 - Drag question

Geboorteoverschot =
A
Aantal geboortes per 1000 inwoners
B
Ander woord voor babyboom
C
Als er meer geboortes dan sterftes zijn

Slide 15 - Quiz

Stad heeft 60.000 inwoners, sterftecijfer is 3. Hoeveel mensen gaan er dood dat jaar?
A
20.000
B
150
C
180

Slide 16 - Quiz

Japanse kinderen die in NL naar de Japanse school gaan is een voorbeeld van:
A
Integratie
B
Immigratie
C
Emigratie
D
Segregatie

Slide 17 - Quiz

Sociale ongelijkheid gaat over
A
Afkomst
B
Inkomen
C
Leefbaarheid

Slide 18 - Quiz

Wat zie je in een bevolkingspiramide?
A
Sociale bevolkingsgroei
B
Natuurlijke bevolkingsgroei

Slide 19 - Quiz

Nederland heeft 517 inwoners per vierkante kilometer. Dit gaat over:
A
Bevolkingsspreiding
B
Bevolkingsdichtheid

Slide 20 - Quiz

Deze afbeelding hoort bij welk soort land?
A
Arm
B
In ontwikkeling
C
Rijk

Slide 21 - Quiz

Laag geboortecijfer
Fase 1
Fase 3
Fase 4
Fase 2
Hoog geboortecijfer
Hoog sterftecijfer
Hoog geboortecijfer
Ontwikkeld land
Arm land
Land in ontwikkeling

Slide 22 - Drag question

Suburbanisatie
A
Verhuizen van platteland naar stad
B
Verhuizen van stad naar net buiten stad
C
Verhuizen van net buiten stad naar stad
D
Verhuizen van stad naar platteland

Slide 23 - Quiz

Braindrain is:
A
Migratie naar het buitenland
B
De bevolking is netjes verspreid
C
Kennis verdwijnt uit krimpgebieden

Slide 24 - Quiz

Verhuizen omdat in het gebied waarin je woont geen werk is. Dit is een ........ verhuismotief.
A
Politiek
B
Economisch
C
Sociaal
D
Ecologisch

Slide 25 - Quiz