Een winkelier zal vooral geïnteresseerd zijn in de nettowinst. Deze bereken je door de kosten van de brutowinst af te halen. Een winkelier heeft diverse bedrijfskosten. In deze paragraaf leer je over bedrijfskosten en de nettowinst.
1 / 6
next
Slide 1: Slide
This lesson contains 6 slides, with text slides.
Items in this lesson
1.3 De kledingboetiek
Een winkelier zal vooral geïnteresseerd zijn in de nettowinst. Deze bereken je door de kosten van de brutowinst af te halen. Een winkelier heeft diverse bedrijfskosten. In deze paragraaf leer je over bedrijfskosten en de nettowinst.
Slide 1 - Slide
De kosten
Ondernemers maken allerlei kosten voor hun bedrijf. Bij deze bedrijfskosten horen bijvoorbeeld huisvestingskosten, loonkosten, inkoopkosten en verkoopkosten. Bedrijfskosten zijn noodzakelijk om het bedrijf goed te laten draaien. Ondernemers hebben bijvoorbeeld personeel nodig in hun bedrijf en dat kost die ondernemers loon.
Slide 2 - Slide
Kosten en drukte in het bedrijf
In een bedrijf is het niet altijd even druk. In een drukke periode zijn sommige kosten hoger, zoals loon voor extra personeel. De kosten die samenhangen met de drukte in het bedrijf noemen we variabele kosten.Vaste kosten hangen niet samen met de drukte in het bedrijf. Voorbeelden van vaste kosten zijn de huur en verwarming van het pand.
Slide 3 - Slide
Kosten door waardevermindering
Alle duurzame spullen in een bedrijf dalen in waarde tijdens het gebruik. Door de waardevermindering van bijvoorbeeld bestelauto’s, kassa’s, bureaustoelen en gereedschappen gaat een ondernemer er financieel op achteruit. De waardevermindering van de duurzame spullen hoort bij de bedrijfskosten. Het zijn de afschrijvingskosten.
Slide 4 - Slide
Een positief of negatief bedrijfsresultaat
Als de bedrijfskosten van de brutowinst zijn afgetrokken, blijft er meestal nog wel een bedrag over. Dat is de nettowinst. De nettowinst is voor de eigenaar van het bedrijf. Hij moet een deel van dat geld gebruiken voor zijn privé-uitgaven. Want bij kleine bedrijven moeten de eigenaren leven van hun nettowinst.
Slide 5 - Slide
De eigenaar kan ook een deel van het geld investeren in zijn bedrijf, bijvoorbeeld om uit te breiden. Soms zijn de bedrijfskosten hoger dan de brutowinst. Er is dan een verlies. Als de verliezen hoog zijn of lang aanhouden, zijn ze niet meer op te vangen. Dan gaat het bedrijf failliet.