5H - Leesstrategieën MVT

Lesestrategien
1 / 22
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

This lesson contains 22 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Lesestrategien

Slide 1 - Slide

Les 1 -   Inhalt:
- Welke leesstrategieën zijn er? 

In deze les ga je de leesstrategieën gelijk toepassen op de tekst 'Die Wahrheit erfinden' (havo 2013-I).
Alles gebaseerd op:
Keijzer J., Verheggen K., Gils, D. van (2016). Differentiëren in het talenonderwijs. Bussum: Coutinho
L. Peute

Slide 2 - Slide

Glossar
Leesstrategie = Bij elk leesdoel hoort een bepaalde manier van lezen van de tekst.

Leesdoel = Je kunt een tekst lezen met verschillende doelen.
Zoals:
1. Antwoord krijgen op een korte vraag;
2. De belangrijkste informatie weten;
3. Alles precies weten.

Slide 3 - Slide

Van te voren
1) Anticiperen
-> Titel (& ondertitel)
-> illustraties
--> opvallende delen (citaten, jaartallen..)
--> Bedenk bij elk kopje wat er in kan staan.
2) Voorkennis gebruiken
Bedenk trefwoorden met wat je al weet en probeer ze aan de alinea's te koppelen.

Slide 4 - Slide

de 1e opdracht...
Voorbeeld bij
"Die Wahrheit erfinden" [havo, 2013-I]

Gebruik twee strategieën:
 Anticiperen

Voorkennis
1
2
timer
1:00

Slide 5 - Slide

Skimmen
Lees de tekst snel door;
Let niet op de details;
Wat zijn de belangrijkste gedachten / punten in de tekst(delen)?

Slide 6 - Slide

Structureren
Dat kan op twee manieren:
1. Lees de eerste alinea en geef in (kern)woorden weer wat de inhoud is. Bedenk een tussenkopje voor elke alinea.
2. Bekijk de tussenkopjes en kijk welke alinea's of tussenkopjes bij elkaar horen. Markeer de signaalwoorden en maak de verbinding tussen de alinea's.

Slide 7 - Slide

de 2e opdracht...
Structuren

  1. Bedenk een tussenkop voor alinea 1. Zorg dat je eerst een aantal trefwoorden noteert.
  2. Bedenk een tussenkop voor alinea 2.
  3. Is er een verband en zo ja, wat is het verband tussen de twee alinea's?
timer
1:00

Slide 8 - Slide

Scannen
Lees de opdracht goed door;
Bekijk de tekst vluchtig (bijv. ELZA of EZA)
Zoek naar het antwoord. 
Heb je een tekstdeel gevonden dat je nodig hebt voor het antwoord, dan lees je dat tekstdoel in detail door.

Slide 9 - Slide

de 3e opdracht...
  1. Welke eigenschappen hebben zowel de auteur als het personage uit het boek [alinea 2]?

  2. [Anders geformuleerd:]
    Hoeveel overeenkomsten worden genoemd in alinea 2 tussen de auteur en het personage uit het boek?
timer
3:00

Slide 10 - Slide

Les 2 - Inhalt:
Verder werken met:
- intensief lezen
- woorden afleiden
- signaalwoorden en tekstverbanden
- interpretatie

Slide 11 - Slide

In detail lezen / intensief
Lees het gedeelte goed door.
Geef in jouw eigen woorden weer wat de inhoud is.
Lees het weer met de opdracht erbij. 
Zoek voor jouw antwoord de moeilijke/onbekende woorden op.

Slide 12 - Slide

de 4e opdracht...
Intensief lezen

Warum nimmt Jan Seghers der 3. Antwort nach nicht gern reale Verbrechen als Vorbild für seine Bücher?

Geef antwoord in het Nederlands in jouw eigen woorden.
timer
2:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

de 5e opdracht...
Vertaal de volgende woorden uit de tekst. Gebruik geen woordenboek.
1. Schauplatz [Einleitung]
2. Verbechen [Absatz 3]
3. Bassin [Absatz 3]
4. Vorbilder [Absatz 3]
5. eine blasse Wolke [Absatz 3] 
timer
3:00

Slide 15 - Slide

Begriffe
1. Schau-platz [Einleitung]
= toneel
2. Verbechen [Absatz 3]
= negatief --> misdrijf
3. Bassin [Absatz 3]
= bassin [NL]
4. Vorbilder [Absatz 3]
= voorbeelden [NL]
5. eine blasse Wolke [Absatz 3] 
= negatief --> een vage 'wolk'

Slide 16 - Slide

Signaalwoorden en tekstverbanden
Jullie hebben een SSL-formulier met signaalwoorden en verbanden ontvangen. Deze heb je altijd nodig voor het maken van leesvragen bij teksten.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

de 6e opdracht...
Signaalwoorden en tekstverbanden

  1. Wat is het verband van "Beide haben ... intolerante Dummköpfe." [2. Antwort] op de zin ervoor?

  2. En de zin erna?
timer
1:00

Slide 19 - Slide

de 7e opdracht...
Kies de juiste strategie om de volgende vraag te beantwoorden.

"und jetzt habe ich den Salat" (5. Antwort)
Wat bedoelt Jan Seghers daarmee?

timer
1:00

Slide 20 - Slide

En tot slot..

Slide 21 - Slide

Interpreteren
van de bedoeling, opvattingen en gevoelsn van de auteur:

1. Wat wil de schrijver met zijn lezers?
2. Wat is de mening van de schrijver over dit onderwerp?
3. Hoe voelt de schrijver zich erbij?

Slide 22 - Slide