Leesvaardigheid (argumentatiestructuren)

Vorige les

H17 standpunt en argument, feitelijk en waarderend
H18 enkelvoudig en meervoudig

Vandaag
H18 herhaling en nevenschikkend en onderschikkend) 

Voor volgende week
Lees in je boek, iedereen boekopdracht 2 
Daarna gezamenlijk lezen in Reinaert de vos
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 55 min

Items in this lesson

Vorige les

H17 standpunt en argument, feitelijk en waarderend
H18 enkelvoudig en meervoudig

Vandaag
H18 herhaling en nevenschikkend en onderschikkend) 

Voor volgende week
Lees in je boek, iedereen boekopdracht 2 
Daarna gezamenlijk lezen in Reinaert de vos

Slide 1 - Slide

Verzin zelf (in tweetallen)
Een nevenschikkende argumentatie en een onderschikkende argumentatie (vijf minuten)

Ik heb mijn weektaak niet afgemaakt. 


Wie heeft er een overtuigende tekst over religie gevonden?

Slide 2 - Slide

Bereid je slim voor
Je moet de begrippen kennen
Om ze correct te kunnen herkennen en benoemen in oefenopgaven uit de module.
Daardoor kun je de theorie vervolgens met vertrouwen en op de juiste manier toepassen in een hele tekst.
Zodat je zowel binnen als buiten de lessen Nederlands meer begrijpt, beter begrepen wordt én meer invloed hebt.

Slide 3 - Slide

Je kent verschillende vormen van argumentatiestructuur:
enkelvoudig, meervoudig, nevenschikkend en onderschikkend
Je kunt standpunt en argument onderscheiden in een (eenvoudige) tekst.
Je kunt op basis van een tekst een argumentatiestructuur herkennen, benoemen en invullen.
Weektaak

Slide 4 - Slide

Argumentatie-structuur

Slide 5 - Slide

Soms (vaak) lastig om het standpunt en het argument van elkaar te onderscheiden in een tekst.

Want en daarom zijn handige hulpmiddelen om het verschil te zien.

Slide 6 - Slide

1

2

3

4

We hebben al heel lang niet geshopt.
Laten we naar de stad gaan.
Het is onaanvaardbaar dat hij een voldoende krijgt.
Hij heeft plagiaat gepleegd.
Iedereen zou per direct moeten stoppen met roken.
Roken is ontzettend slecht voor de gezondheid.
Iedereen zou The Hate U Give moeten lezen.
Je ervaart dan de grote rol die racisme nog in de VS heeft.

Slide 7 - Drag question

Enkelvoudig
De eenvoudigste vorm van argumentatie. Eén standpunt dat onderbouwd wordt door één argument.

Let op: blijf nagaan wat het standpunt is en wat het argument.

Slide 8 - Slide

Meervoudig (Nevenschikkend
onafhankelijk)

De losse argumenten hebben niets met elkaar te maken. Het is een opsomming van argumenten om het standpunt te onderbouwen.

Slide 9 - Slide

Nevenschikkend
onafhankelijk
De losse argumenten hebben niets met elkaar te maken. Het is een opsomming van argumenten om het standpunt te onderbouwen.
Het lezen van boeken is ontzettend belangrijk.
Het geeft je de kans avonturen te beleven die je anders nooit zou meemaken.
Door literatuur krijg je meer inlevingsver-mogen.

Slide 10 - Slide

Nevenschikkend
afhankelijk
Twee of meer argumenten hebben elkaar nodig om het standpunt te onderbouwen. Los van elkaar zijn het geen geldige argumenten.
Het festival Welcome to the Village was vorige maand niet leuk.
Ondanks de hitte was er helemaal geen schaduwplek.
Ik verbrand heel snel.

Slide 11 - Slide

Onderschikkend
Je geeft niet alleen een argument, maar je geeft ook nog een uitleg of toelichting waarom dat argument klopt.

Slide 12 - Slide

Onderschikkend
Je geeft niet alleen een argument, maar je geeft ook nog een uitleg of toelichting waarom dat argument klopt.
Het is belangrijk om huiswerk te maken.
Alleen door te oefenen zet je de stap van kennen naar kunnen.
Je brein heeft training nodig om de leerstof te begrijpen.

Slide 13 - Slide

Combinatie

Slide 14 - Slide

Leesvaardigheid in Kern 
H18, Opdrachten: 1, 2, 3, 5 en 6

maken boekopdracht 2 / lezen in je boek 

Einde van de les
groepsopdracht: zoeken van een tekst (opdracht 7, p77)

Slide 15 - Slide

Huiswerk: opdracht 7 (p.77)
Zoek zelf een opinietekst over religie in de maatschappij. 
Welke argumentatievormen herken je?
Hoe kun je tegen deze argumenten ingaan?
Schrijf zelf een kort tekstje (min. 5 regels) 

Slide 16 - Slide