This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
H5 par. 3
De beste van alle werelden
Verlichting
Verlichte denkers
Vrijheid, gelijkheid, broederschap
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
De Verlichting
Periode (vanaf ongeveer 1700) waarin mensen hun kennis (willen) vergroten, door steeds meer uit te gaan van het verstand.
Ze waren daarbij kritisch: niet zomaar alles aannemen omdat een koning of de kerk dat zegt.
Ze vinden dat iedereen vrij en gelijkwaardig moet zijn: arm of rijk, slim of dom
Slide 3 - Slide
De Verlichting
Voorbeelden van' Verlichte'denkers zijn Spinoza en Locke.
Ze vonden het belangrijk dat je niet zomaar alles aannam wat de kerk en koning zij.Zij vonden dat je je verstand moest gebruiken. Je 'ratio'.
Een ander woord voor de Verlichting is rationalisme
Slide 4 - Slide
Wat is de verlichting?
Slide 5 - Open question
Een nieuwe manier van denken
Slide 6 - Slide
* Verlichte denkers geloofden dat je zelf kon bepalen wat je met je leven wilde doen.
* De beslissingen die je neemt over je leven moet je nemen met behulp van je gezonde verstand.
* Door kritisch na te denken over jezelf en jezelf te ontwillen help je ook de samenleving.
Slide 7 - Slide
Spinoza (NL)
Vrijheid van meningsuiting is belangrijk.
Vorsten moeten hun volk niet onderdrukken maar een vorst moet je af kunnen zetten als hij niet naar behoren functioneert.
Hij geloofde dat in een rationeel bestuurde maatschappij iedereen mag denken en zeggen wat hij wil.
Slide 8 - Slide
John Locke (GB).
Ideeen van Locke:
tolerantie is belangrijk.
een mens kan niets zeker weten, daarom kan dus niemand beweren: 'zo is het en niet anders'.
we hebben recht op ons bezit dat we door arbeid hebben verkregen.
Slide 9 - Slide
Andere verlichte denkers in Frankrijk
bv Voltaire en Rousseau
Rousseau:
ieder mens is van nature vrij maar wordt van zijn vrijheid beroofd door de beschaving.
alle mensen zijn gelijk
Slide 10 - Slide
Vrijheid, gelijkheid en broederschap
In de middeleeuwen werd beandrukt: geloof, traditie en gezag.
Tijdens de Verlichting werd benadrukt: vrijheid en gelijkheid van mensen.
De Verlichting betekende dus een breuk in het westerse denken.
Slide 11 - Slide
Belangrijke personen
Montesquieu
John Locke
Voltaire
Adam Smith
Trias Politica (volgende dia)
Koning krijgt niet de macht van god maar door de burgers. Bestuurders moeten mensenrechten beschermen. Voorstander van de rechtstaat (voorzowel burger als overheid).
Iedereen zijn eigen geluk na streeft, wordt iedereen gelukkig, op economisch gebied. Smith is voorstander van 'markt van vraag in aanbod' en tegenstander van het merantilisme.
De kar trekker van de verlichting en met name godsdienstcriticus.
Slide 12 - Slide
Charles de Montesquieu
Slide 13 - Slide
Charles de Montesquieu
Scheiding van de machten
Het parlement maakt de wetten (wetgevende macht)
De koning en de regering voeren de wetten uit (uitvoerende macht)
Rechters, voor het leven benoemd, geven straffen als iemand zich niet aan de wet houd (rechtsprekende macht)
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Dankzij de boekdrukkunst konden de ideeen van de Verlichte denkers zich snel verspreiden.
Het uiten van nieuwe ideeen was gevaarlijk, je kon erdoor in de gevangenis komen.
Toch bleven veel schrijvers anoniem stukken verspreiden.
In cafe's en koffiehuizen werd fel gediscuseerd over deze nieuwe ideeen
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Bij het rationalisme is het belangrijk dat je
A
vertrouwd op je geloof
B
luistert naar de Koning
C
je eigen verstand gebruikt
D
overlegd met anderen
Slide 18 - Quiz
Als je tolerant bent accepteer je dat iemand andere ideeën heeft.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quiz
Waarom lieten veel Verlichte denkers hun werk anoniem verschijnen?
Slide 20 - Open question
Leg uit waarom je de Verlichting een breuk met het verleden kunt noemen.