Taal les leestekens

Taal les leestekens
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Taal les leestekens

Slide 1 - Diapositive

Introductie
hopelijk snappen jullie een beetje door deze zin waarom die leestekens zo belangrijk zijn want deze zinnen zijn niet erg makkelijk te lezen zonder die leestekens vinden jullie ook niet groep acht groetjes juf Harjet

Slide 2 - Diapositive

Hoe vond jij het om deze tekst te lezen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Sondage

Doel van de les
Je leert wanneer je komma, puntkomma en dubbelepunt gebruikt en je gebruikt dit in zinnen.

Slide 4 - Diapositive

Welke leestekens ken je allemaal al? En wanneer gebruik je deze?

Slide 5 - Carte mentale

Uitleg over , ; :
komma ,
dubbele punt :
puntkomma ;
Deze gebruik je als je iemand aanspreekt, tussen twee persoonsvormen en bij opsommingen en bij samengestelde zinnen
Deze komt voor een opsomming of een verklaring en bij een directe rede
Deze schrijf je tussen twee hoofdzinnen zonder voegwoord die nauw met elkaar samenhangen

Slide 6 - Diapositive

Verdiepingsopdracht
Dit is voor: Jonathan, Mirella, Maartje, Iris



Bedenk een zin waarin je minimaal 2 van deze leestekens heb verwerkt, maar schrijf de zin op zonder deze leestekens. Jij weet alleen het antwoord. Straks gaan we hier klassikaal naar kijken. Succes! 

Slide 7 - Diapositive

Uitleg 
Hij ging meteen naar huis zijn vriend bleef nog even.


Slide 8 - Diapositive

Hij keek thuis twee films Superheld deel II en De Reddertjes

Slide 9 - Question ouverte

's Nachts droomde hij ervan maar het was geen nachtmerrie

Slide 10 - Question ouverte

Zinnen verdieping

Slide 11 - Diapositive

Toen mijn broertje op ballet ging () schaamde ik me voor hem
Die jongen heeft een maillot () hij heeft er wel zes.
Hij moest vaak trainen () iedere dinsdag, donderdag en zaterdag.

Komma ,
Puntkomma ;
Dubbele punt :

Slide 12 - Question de remorquage

Waar sta je met betrekking tot dit leerdoel?
0 -> het lukt nog niet, 10 -> ik kan het!
0100

Slide 13 - Sondage

Wat heb je geleerd?

Slide 14 - Question ouverte

Wat vond je van zo'n les online?
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Sondage