gedrag 2

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

sociaal gedrag

gedrag van soortgenoten ten opzichte van elkaar

communicatie

geluid,zichtabre signalen,geuren,kleuren,aanrakingen.

ook door gezichtsuitdrukkingen.

leven in groepen

Veel dieren levewn in groepen. Hierdoor zijn ze minder kwetsbaar. De dieren zijn heel sociaal en kennen hun groepsgenoten.

Ze hebben vaak een eigen taakverdeling, rangorde en manier van communicatie.

voortplantingsgedrag

bij vogels en vissen noem je dit balts

bij zoogdieren noem je dit bronst

broedzorg: verzorgen van eieren of jongen

territoriumgedrag

dieren kunnen een eigen gebied hebben waar ze in leven. dit noem je een territorium. De grenzen van dit gebied markeren ze door urine of geurstoffen.

imponeergedrag

rangorde

Elke groep heeft een leider, meestal is dat een ervaren mannetje.

Als een ander mannetje met hem wil strijden laat hij imponeergedrag zien (maakt zich groot,laat zijn tanden zien)

De rivaal gaat toch vechten of onderwerpt zich (maakt zich klein, verbergt tanden, laat kwetsbare delen van lijf zien)

rangorde in groepen bv. pikorde

gedrag van mens en dier

Bij mensen is gedrag  voor een groot gedeelte hetzelfde als bij een dier.

Een baby heeft ook aangeboren gedrag: zuigreflex.

sleutelprikkel:verzorgen

supranormale prikkel

mensen:

vertonen ook territoriumgedrag

schutting

plekje markeren voor koningsdag

vertonen ook groepsgedrag

imiteren elkaar vaak

imponeergedrag

overspronggedrag (bij zenuwen aan haar zitten bv)

rolpatronen

gedrag wat van je wordt verwacht in een bepaalde rol. Deze kunnen in elke cultuur anders zijn.

Man-vrouw

minister

normen en waarden

Waarden: wat je belangrijk vind. Bijvoorbeeld eerlijkheid, trouw,vrijheid.

Normen: de eigen regels die een groep bij hun eigen waarden heeft gemaakt. bijvoorbeeld bij trouw: je komt voor elkaar op.