B4: Vruchten en zaden

6.4 Vruchten en zaden
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

6.4 Vruchten en zaden

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Je kunt de veranderingen in het vruchtbeginsel na bevruchting beschrijven

Slide 2 - Diapositive

Wat zie je hier gebeuren?
A
Bestuiving
B
Bevruchting
C
Vorming van stuifmeelbuis
D
Vorming van zaden

Slide 3 - Quiz

Wat is het verschil tussen bestuiving en bevruchting?

Slide 4 - Question ouverte

9.
Eicel
Kern eicel
Kern stuifmeel
Stempel
Stijl
Stuifmeelbuis
Stuifmeelkorrel
Vruchtbeginsel
Zaadbeginsel

Slide 5 - Question de remorquage

Wat is bestuiving?
A
stuifmeel komt op een stamper
B
eicellen komen op de meeldraad
C
eicellen komen op de stamper
D
stuifmeel komt op de meeldraad

Slide 6 - Quiz

Wat is bevruchting?
A
versmelten van kernen eicel en stuifmeelkorrel
B
groeien van de stuifmeelbuis
C
stuifmeelkorrel komt op de stempel
D
bloemen maken nectar

Slide 7 - Quiz

Welke vruchten ken je?

Slide 8 - Carte mentale

B4: Vruchten en zaden

Na de bevruchting: 
  • Zaadbeginsels in vruchtbeginsel waarvan de eicel is bevrucht, gaan groeien
  • Deze zaadbeginsels ontwikkelen zich tot zaden
  • Vruchtbeginsel wordt groter

Slide 9 - Diapositive

Na de bevruchting: zaadbeginsels in vruchtbeginsel waarvan de eicel is bevrucht, gaan groeien
Deze zaadbeginsels ontwikkelen zich tot zaden
Vruchtbeginsel wordt groter

Slide 10 - Diapositive

B4: Vruchten en zaden

Bevruchting bij een boonplant (peulvrucht):
  • Zaadbeginsels ontwikkelen zich tot zaden (bonen)
  • Vruchtbeginsel groeit uit tot vrucht (de sperzieboon)
  • Restanten van de bloem blijven over: bloemkelk en stijl

Slide 11 - Diapositive

B4: Vruchten en zaden

Bevruchting bij een boonplant (peulvrucht):
  • Zaadbeginsels ontwikkelen zich tot zaden (bonen)
  • Vruchtbeginsel groeit uit tot vrucht (de sperzieboon)
  • Restanten van de bloem blijven over: Bloemkelk en stijl

Slide 12 - Diapositive

Wat eet je bij doperwtjes?
A
wortels
B
vruchten
C
zaden
D
bloemen

Slide 13 - Quiz

B4: Vruchten en zaden

  • Sommige vruchten bevatten vruchtvlees
  • Dit ontstaat vaak uit het vruchtbeginsel en soms uit de bloembodem

Slide 14 - Diapositive

B4: Vruchten en zaden

Slide 15 - Diapositive

Banaan
Sinaasappel

Slide 16 - Diapositive

B4: Vruchten en zaden

  • De vrucht kan ook ontstaan uit de bloembodem
  • Dit gebeurt bij de appel
  • Het klokhuis bevat het vruchtbeginsel en de zaden

Slide 17 - Diapositive

B4: Vruchten en zaden

Het aantal zaden in een vrucht kan sterk verschillen

Slide 18 - Diapositive

Eetbare zaden

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Checkvragen

Slide 21 - Diapositive

Waaruit bestaat een stamper?

Slide 22 - Question ouverte

Tweeslachtige bloem
Eenslachtige bloem (mannelijk)
Eenslachtige bloem (vrouwelijk)

Slide 23 - Question de remorquage

Wat is de functie van het kelkblad?
A
Aantrekken van insecten
B
Stuifmeel aanmaken
C
Beschermt de bloem tegen kou, uitdrogen en beschadiging
D
De onderdelen van de bloem zitten hierop vast

Slide 24 - Quiz

Je moet in een afbeelding van de bloem van de plant de juiste 
namen bij de onderdelen kunnen zetten.

Zet de namen op de juiste plek in de afbeelding.
stempel
stijl
stamper
vruchtbeginsel
stengel
helmdraad
helmknop
kelkblad
kroonblad
meeldraad

Slide 25 - Question de remorquage

Deze sinaasappel bevat vier zaden en is na bevruchting uit een sinaasappelbloem gegroeid.

1.Hoe vaak heeft in deze bloem minstens bevruchting plaatsgevonden?
2. Hoeveel vruchtbeginsels zijn er betrokken geweest bij de vorming van deze vrucht?
A
1) 1 x bevruchting 2) 1 vruchtbeginsel
B
1) 1 x bevruchting 2) 4 vruchtbeginsels
C
1) 4 x bevruchting 2) 4 vruchtbeginsels
D
1) 4 x bevruchting 2) 1 vruchtbeginsel

Slide 26 - Quiz

In de afbeelding zie je acht vruchten.

Welke vruchten zijn ontstaan uit een vruchtbeginsel met één zaadbeginsel?

Slide 27 - Question ouverte

Wordt hooikoorts vooral veroorzaakt door stuifmeel van insectenbloemen of door stuifmeel van windbloemen?
A
Windbloemen
B
Insectenbloemen

Slide 28 - Quiz

Stuifmeel wordt gemaakt in
A
Bloembodem
B
Stamper
C
Helmdraad
D
Helmknop

Slide 29 - Quiz

Welke nummers geven zelfbestuiving aan?
A
1, 2, 3 & 6
B
1, 3 & 6
C
1 & 3
D
1 & 6

Slide 30 - Quiz

veel stuifmeel
kleverig stuifmeel
stempels in de bloem
bloemen hebben nectar
meeldraden buiten de bloem
bloemen geuren

Slide 31 - Question de remorquage

Welke pijl is kruisbestuiving?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 32 - Quiz

Windbloem
Windbloem
Windbloem
Insecten-bloem
Insecten-bloem
Insecten-bloem

Slide 33 - Question de remorquage