17 juni: Introductie interview en vragen maken

Vak: Nederlands
Spreekvaardigheid
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Terugblik
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vak: Nederlands
Spreekvaardigheid
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Terugblik
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welkom!
Telefoon in de bak.
Neem plaats.
Jas uit.
Op tafel: Werkboek Nederlands of laptop en schrift dicht 
Tas op de grond.
Niet eten of drinken in de klas.
Presentie!
timer
2:00

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan ik in mijn eigen woorden uitleggen wat een interview is en kan ik ten minste drie verschillen benoemen tussen open en gesloten vragen.


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

"INTERVIEW"
Waar denk je aan?

Slide 4 - Carte mentale

Hulpvragen:
  • Hoe definieer je een interview?
  • Waar moet je op letten?
  • Waar kom je interviews tegen?

Slide 5 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag?
Wat doet de interviewer goed?

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat valt je op tijdens het interview?
Wat doet de interviewer?
- Hij herhaalt wat de geinterviewde zegt
- Hij gaat in op de antwoorden van de geinterviewde
- Hij vraagt door

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doorvragen
  • Dat betekent dat je met een nieuwe vraag ingaat op het antwoord van de geïnterviewde.

  • Je vraagt door wanneer je het gevoel hebt dat de geïnterviewde nog niet voldoende antwoord heeft gegeven.

Slide 8 - Diapositive

Bijvoorbeeld:

Interviewer: “Vindt u uw werk als leraar leuk?”
Leraar: “Ja.”
Interviewer: “Wat vindt u er zo leuk aan?”
Leraar: “Ik vind het heel leuk om met kinderen te werken.”
Interviewer: “Wat vindt u daar leuk aan?”
Leraar: “Kinderen hebben zo’n frisse kijk op de wereld, daar word ik vrolijk van. Wij volwassenen zitten soms nog zo vastgeroest in onze eigen denkbeelden. Door te werken met kinderen kom ik daar een beetje los van.”
Open vragen en gesloten vragen
Open vragen:  Meerdere antwoorden mogelijk zijn. 
Ze beginnen vaak met wie, wat, waar, waarom en hoe. 

Gesloten vragen: Kun je ja of nee antwoorden.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld van openvragen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn voorbeelden van open vragen en gesloten vragen?

Gesloten vragen
Open vragen

Bent u moe?

Wilt u vandaag of morgen uw zoon bellen?

Wat heeft u gegeten vanmorgen?

Waarom bent u boos?

Wilt u nu de krant lezen?

Wat heeft u voor uw verjaardag gekregen?

Slide 11 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Interview?
  • Een interview is een vraaggesprek.
  • Open vragen en gesloten vragen
  • Een interview kan op beeld (televisie) zijn, of geschreven. 
  • Het doel is: iets te weten komen van de persoon, het onderwerp of de mening van een groep mensen.

Slide 12 - Diapositive

In het landelijke nieuws komen bijvoorbeeld vaak interviews voor met belangrijke personen uit de politiek of de film- en muziekwereld.
In het regionale nieuws  zou je bijvoorbeeld een interview met de trainer van een grote voetbalploeg tegen kunnen komen en in het lokale nieuws  een interview  met de burgemeester.
Hyperlokaal kun je denken aan een interview met de directeur van jullie school.
Voorbereiden eigen interview

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht: Vragen maken
Bedenk 5 open vragen en 5 gesloten vragen over de volgende onderwerpen:
School
Vakantie
Hobby's

Deze vragen gebruik je voor het interview met een andere leerling.

Interviews op: 20 / 24 / 25 juni

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions