Romantiek Realisme: stromingen aanwijzen (beeldend)
1 / 28
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Divisionisme/pointillisme
Romantiek
Impressionisme
Realisme
Slide 2 - Question de remorquage
A
Neo classicisme
B
Romantiek
C
Realisme
D
Impressionisme
Slide 3 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 4 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 5 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 6 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 7 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 8 - Quiz
A
Neo classicisme
B
Romantiek
C
Realisme
D
Impressionisme
Slide 9 - Quiz
A
Neo classicisme
B
Romantiek
C
Realisme
D
Impressionisme
Slide 10 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 11 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 12 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 13 - Quiz
A
Neo classicisme
B
Romantiek
C
Realisme
D
Impressionisme
Slide 14 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 15 - Quiz
A
Neo classicisme
B
Romantiek
C
Realisme
D
Impressionisme
Slide 16 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 17 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 18 - Quiz
A
Neo classicisme
B
Romantiek
C
Realisme
D
Impressionisme
Slide 19 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 20 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 21 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 22 - Quiz
A
Realisme
B
Divisionisme/pointillisme
C
Impressionisme
D
Romantiek
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Diapositive
Welke kenmerken horen bij de Romantiek en zijn zichtbaar in dit schilderij?
A
Nationalisme
B
Exotisme
C
Historische gebeurtenis
D
Gevoelsmatige benadering van het thema
Slide 25 - Quiz
Welk kenmerk past het best bij dit werk?
A
Het moment van de dag wordt geschilderd.
B
Het onderwerp geeft een vlucht uit het dagelijkse leven weer.
C
Het onderwerp geeft het zware dagelijkse leven weer.
D
In dit schilderij wordt het nationalisme weergegeven.
Slide 26 - Quiz
Welke kenmerken horen bij het impressionisme en zijn zichtbaar in dit schilderij?
A
De schilder schildert niet precies omdat het maar een schets is.
B
De schilder schildert het moment van de dag.
C
De schilder schildert een romantisch beeld van twee geliefden op het water.
D
De schilder schildert met snelle penseelstreken om het licht en de kleur op dat moment te pakken.
